Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Feuilleton Deel 2

Uit het moeizame leven van Otto Berendsen.
(feuilleton in een nog onbekend aantal delen)


Otto Berendsen, docent Onduidelijke Vakken aan gefuseerde Scholengemeenschap de Vallei (waar men alweer denkt aan opsplitsen), rekte zich nog eens uit en trok het eenpersoonsdekbed behaaglijk om zich heen.

Vandaag 4 lesuurtjes en teamvergadering. Hij kon nog even blijven liggen.
Sinds Janneke er genoeg van had dat hij elke nacht teveel dek naar zich toetrok zodat zij bloot kwam te liggen, waren er uit een Wehkampdoos twee eenspersoons exemplaren tevoorschijn gekomen. Eendendons, warm in de winter, koel in de zomer. Topkwaliteit volgens zijn vrouw.
En ondanks dat hij zich als oud lid van de protestgeneratie wat misplaatst voelde onder de satijnen hoes met de roze bloemen, (had hij niet in de zomer van ’69 liftend door Europa aan een rol aluminiumfolie genoeg gehad om de nacht door te komen), lag het lekker dat moest hij toegeven. Natuurlijk lang niet zo ingebakerd als onder de drie wollen AB dekens en het stijf omgeslagen laken thuis als kind in het opklapbed, maar toch.
Door solo te slapen behoorde het spontane lichamelijke contact met Janneke echter ook tot het verleden. Hoewel dat nog maar af en toe door zijn gedachten schoot sinds zij, wegens kou op de botten, een tweedelig en tot aan de hals dichtgeknoopt pyamapak droeg.

Vroeger waren ze elkaar s’nachts nog weleens midden in bed tegenkomen, allebei half wakker en lekker warm, de geur van slaap en vers zweet walmde onder hen vandaan. Dat waren momenten van grote hartstocht geweest waar ze elkaar de volgende ochtend alleen met een glimlach aan hoefden te herinneren.
Wat resteerde was een klein luchtkusje en een half gemompeld ‘trusten’ voor het licht werd uitgeknipt en de cijfers van de wekkerradio hun zachte licht in zijn waterglas op het nachtkastje wierpen.

‘Hup eruit Otto, geen muizenissen’, zei hij zacht tegen zichzelf.
‘Je moet nog even door jongen.’ Hij hoopte in een niet zo verre toekomst op lange ontbijten, doordeweeks in zijn badjas met de krant. Op je gemak een puzzeltje oplossen, misschien weer eens wat pielen op die oude gitaar waar hij vroeger tijdens sit-inns zo’n indruk mee gemaakt had. Daar had hij ook Janneke ontmoet. Tijdens een anti-Vietnam demonstratie was ze plotseling naast hem opgedoken en bood aan de andere stok te dragen van het witte laken waarop hij met rode menie uit het schuurtje van zijn vader ‘Johnson Molenaar’ had geschreven, omdat ‘Moordenaar’ van de politie niet mocht.
Haar lange Henna lokken dansten boven de Afghaanse jas die enorm naar natte hond rook, maar haar groene ogen keken hem zo doordringend aan dat hij als een blok voor haar gevallen was. En nu zoveel jaar later was ze voor de zoveelste keer zonder groetje de deur uitgegaan.
‘ Pasta, rundergehakt, wokgroente, speltbrood, niet laat, xJ’ , stond op het briefje dat ze in hun open keuken op de bar had achtergelaten.

In de badkamer zag hij dat Janneke in grote haast naar het gemeentehuis was vertrokken. De inhoud van het make-up tasje lag her en der verspreid over haar deel van de dubbele wastafel. Hij rook de geur van ‘L’esprit du Rêve’ het exclusieve parfum dat ze zichzelf sinds kort gunde. Het flesje in de vorm van een gesluierde buikdanseres stond akelig dicht bij de porceleinen rand. Was die lucht niet wat heftig voor een B&W vergadering.
Enfin, je kon er tegenwoordig toch geen peil op trekken. Voorzichtig zette Otto de flacon een stukje verder weg.

Onder de nieuwe regendouche probeerde hij over de bolling van zijn gevorderde embonpoint nog een blik op te vangen van het goede gereedschap dat volgens de volkshumor onder een afdakje hoorde te hangen.
Pas als hij zijn buik met grote inspanning introk kon hij het water weer van zijn Jan met de vele bijnamen af zien druipen.
Een plotselinge tochtvlaag zei hem dat de badkamerdeur openging.
‘Hallo Pa’…
‘Nee maar, ook nog onder ons’, antwoordde Otto.
‘Nu al wakker of net thuis?’
‘Ik had een gig in Antwerpen maar ik ga nou naar bed, doei.’
‘U hoorde Joris, Hard House DJ zonder maatschappelijk geaccepteerde papieren, de ongeletterde vrucht van onze schoot. Heer bewaar ons’ , mompelde Otto terwijl hij uitdruipend op de vloer een warme badhanddoek van de designradiator griste.

Schrijver: trawant, 9 december 2014


Geplaatst in de categorie: algemeen

4.5 met 2 stemmen 558



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)