Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De val van Moeder Overste Thecla

Nabij een oud Franciscanessenklooster in Ten Boer staat een boerenhoeve, waar vijf Franciscanen een kleine kloostergemeenschap vormen. Broeder Antonius is de oudste en van boerenafkomst. Hij regelt het biologische bedrijf. Broeder Sebastian melkt vooral de veertig koeien en broeder Augustinus verzorgt de kaasproductie. Broeder Nicolaas beheert de bibliotheek op zolder. En dan is er nog de jonge broeder Franciscus, die de toiletten schoon houdt, de tuinen spit en verder overal inzetbaar is. Vroeger waren protestanten en rooms-katholieken als water en vuur voor elkaar, maar tegenwoordig is er zelfs in Ten Boer geen kerkstrijd meer bespeurbaar. De kerkelijke leegloop is ook op het Groninger platteland gebeurd. De meeste, Groningse kerken zijn inmiddels ateliers van vrijgevochten kunstenaars, musea of activiteitencentra. Sommige van die robuuste pronkstukken zijn zelfs tot riante woonhuizen omgebouwd, met of zonder bed & breakfast.

Broeder Franciscus houdt enorm veel van het Groninger landschap, van de wijde kleiweilanden met wuivende tarwe en noeste bieten. Hij fietst graag over de lange, smalle wegen, die door de eindeloze weilanden kronkelen. Hij voelt zich vereerd om langs die rustieke slootjes te mogen fietsen, terwijl er een serene stilte heerst. Het mag dan even vervelend zijn, wanneer er zo'n monsterlijke trekker voorbij rijdt, maar het groeten van de boer maakt dat weer goed, ook al valt hij dan bijna in de sloot. Vroeger woonde hij in het romantische Poortershuisje in Groningen-stad. Toen leefde hij net als de heilige Franciscus van Assisi in zijn jeugdjaren, volop feestvierend, achter de lekkere wijven aan en zoveel mogelijk drank naar binnen werkend. Zijn bed in het Poortershuisje kraakte bijna elke dag vanwege zijn heftige vrijpartijen. En wanneer hij even geen vrouw voor handen had, dan marcheerde hij naar de hoerenbuurt om daar weer flink te scoren. Het liefste bij Babette, een Duitse deerne, die ook wel bij hem thuis in de bedstede kroop. Zij waren dik bevriend geraakt en hij noemde haar graag zijn Maria Magdalena, zonder te impliceren dat hij dan Jezus zou zijn. Het was dan ook wel een dingetje, toen hij bij de Franciscanen moest beloven celibatair te gaan leven. Liever had hij Babette meegenomen.

Tijdens de kerkdiensten dragen de broeders een bruin habijt, maar verder mogen ze het zelf weten hoe ze erbij wilden lopen, al heeft broeder Antonius, die stilzwijgend als de abt werd beschouwd, liever dat ze zoveel mogelijk in het habijt voortbewegen, ook ter promotie van hun orde. De burgers van Ten Boer en de omliggende dorpen waren daar volop aan gewend. 'Er is niets aanstootgevends aan! Integendeel!', had broeder Antonius gezegd. Broeder Franciscus komt graag in het vrouwenklooster van de Franciscanessen, maar daar gaat vaak weken, soms maanden overheen. Sinds een paar dagen heeft hij een geheime relatie met zuster Clara, die ook niet echt van de celibataire gelofte is. Ze hebben een geheime ontmoetingsplek achter de schapenschuur van boer Piet Akkerman, die vaak de hort op is, omdat hij met pensioen is en flink geboerd heeft. Ze sturen elkaar brieven, waarin ze de ontmoetingsdata en -tijden regelen. Tot nu toe is dat nog goed gegaan, maar zuster Clara zegt, dat ze door moeder overste Thecla gechanteerd wordt. Volgens haar moet ze tegen haar zin seksuele handelingen bij Thecla verrichten, omdat ze anders uit het klooster wordt gegooid, want Thecla weet inmiddels van haar ontmoetingen met broeder Franciscus. 'Wellicht heeft iemand ons gezien en verklikt!', zegt Clara en ze vertelt Franciscus tot in de goorste details wat ze allemaal bij Thecla moet doen. 'Verdomde walgelijk!', zegt Franciscus, 'wat een perverse, oude taart!'.

Naarmate Franciscus er meer over zit na te denken, hoe die vette zeekoe Clara misbruikt, begint zijn woede over te koken. Hij broedt op een heilzame vergelding. 'Eraan gaan doen we toch!', denkt hij, 'want dit blijft natuurlijk niet eeuwig verborgen!'. Het is zondagavond en na de Completen glipt Franciscus naar buiten en fietst hij naar de schapenschuur van boer Piet. Clara kan ieder moment komen. Zodra ze er is, geeft hij haar een stevige tongzoen en rolt hij met haar in het hooi. Net wanneer hij de liefdesdaad wil vervullen, schrikt hij op, want in de donkere verte ziet hij twee koplampen naderen. 'Godver, je bent gevolgd!', zegt hij overstuur, 'snel, kleed je aan!'. Maar het is al te laat en even later schijnen er twee zaklampen op hen. 'Wat moet dat daar?!', roept een bromstem, die hij meteen herkent. 'Ben jij dat, zuster Clara?!', zegt de ander. Franciscus bedenkt zich geen moment en hij vliegt naar de schijnheilige moeder overste, die hij met beide handen de keel indrukt. 'Wil je dat wel eens laten, naarling!', schreeuwt broeder Antonius, 'jij, verrekte duivel!'. Ineens valt Antonius op de grond. Zijn zaklamp dooft in het hooi. Thecla schijnt op Clara, die haar hand voor haar mond houdt, en dan op Antonius, die in zijn rug een riek heeft staan. Franciscus denkt niet meer anders te kunnen en hij keelt Thecla. 'Je verdiende loon!', zegt hij ook nog, maar hij heeft het helemaal mis, want hij ziet niet hoe Clara de riek uit Antonius trekt om hem direct daarna in zijn rug te steken. Verbluft en verslagen valt hij zijwaarts. 'Waarom?', vraagt hij, 'waarom ik ook?'. 'Omdat zuster Thecla helemaal niet lesbisch is en mij met geen vinger heeft aangeraakt en omdat ik jullie allemaal haat, tot op het bot!', antwoordt Clara.

Alle dorpsagenten van Groningen zijn in een verhoogde staat van paraatheid om die zwaargestoorde zuster Clara te vangen, maar tot de dag van vandaag is er geen duidelijk spoor van deze mysterieuze moordenares. Mogelijk zwerft zij ongezien van dorp naar dorp en weet zij op criminele wijze te overleven. Of zij zit ergens als zuster Agatha in een Belgisch klooster Moeder Overste bieren te nuttigen. Bedenk het maar, maar blijf vooral ver uit haar buurt, want volgens de politie is zij levensgevaarlijk en volstrekt onbetrouwbaar. Niet zelf benaderen, maar meteen de politie bellen, is dan ook het geijkte advies.

Schrijver: Joanan Rutgers
16 mei 2020


Geplaatst in de categorie: misdaad

3.0 met 2 stemmen 40



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)