Een andere wijze van ziekenhuisopname operatie 6
Dat het virus heel wat op ‘t geweten heeft is wel duidelijk. De gemoedelijkheid voorheen zo normaal in het ziekenhuis is verdwenen met de Noorderzon, tenminste dat denk ik dan.
Vorige week was ik na maanden afwachten of het wel kon uiteindelijk aan de beurt om wederom een operatie te ondergaan. Sinds ik met de andere vijand te maken heb waar collectebussen voor rondgaan, waar een heuse maand naar vernoemd is en waar je armbanden, kettingen en wat dies meer zij, voor aan kunt schaffen, waarvan de opbrengst dan weer bestemd is voor het KWF, was dit dus snijsessie nummer zes, met wel één verschil: ik hoefde nu niet omdat men weer iets gezien had, maar zou operatief worden afgeholpen van een zo goed als ondraaglijke pijn! Want dat dit ook iets is wat er nog bij kan komen. dDat weet ik inmiddels ook en ben dus een ervaring rijker.
Jammer alleen wel dat er eerst van alles en nog wat aan geprobeerd wordt voor men besluit er het mes in te parkeren, maar ook dat is achter de rug! Eerst de gewone middelen, dan pas het grote werk zeg maar, terwijl de chirurg zei: ik weet niet of ik het kan wegnemen, zei ik: al is het maar voor 25% dan doe ik het er al voor!
Zo word ik door dochterlief naar het ziekenhuis gebracht en nadat er eerst iemand zegt dat ze niet blijven mag, bleek later dat dit toch mocht en zaten we gezellig mensen te kijken in de hal, met zijn tweetjes, op zich knus natuurlijk, dan rinkelt mijn mobiel en moet ik meteen naar boven want: ze wachten op me, tja dat is altijd beter dan dat ik moet wachten toch! Een snel afscheid, een zoen, een zwaai, dochter vertrekt en ik wordt in een supercharmante outfit gehesen, mooi blauw is niet lelijk en er zit geen streepje door, ook weer winst!
Men rijdt me naar de voorbereidingskamer, normaal zou dochter daarheen meelopen maar vanwege dat verhipte pokkenvirus is dat ook al geen normale gang van zaken. De verpleegster zegt: tot straks hoor en ik blijf achter.
De afdeling is onder handen genomen, veel is er vernieuwd sinds de laatste keer dat ik er was, vier jaar geleden, alles blinkt, het is groter, we lopen er nog een paar bekenden tegen het lijf die ook mij herkennen, is geen goed teken dat weet ik maar ja...een gezicht verschijnt, de chirurg komt even poolshoogte nemen en laat me precies aanwijzen waar het probleem zit, zet nog even een paar strepen op m’n hand de grapjas en hij weet waar hij snijden moet.
Het is blijkbaar etenstijd want het duurt even voor er iemand komt, de chirurg laat zich opnieuw zien en is licht verbolgen, heeft een OK, maar die is verder leeg, geen personeel en ook ik ben nog niet klaar dus...
Dan gaat alles in rap tempo want een verbolgen chirurg wil niemand natuurlijk, ineens lig ik op een andere tafel, die licht verwarmd is ook nog en men zegt me dat ik zuurstof op krijg, ik ruik eens aan dat ding en zeg: is nieuw zeker, het ruikt naar plastic. Dat klopt dus ook al en op het moment dat het kraantje van het slaapmiddel gaat lopen, men wacht tot mijn luiken dichtvallen krijg ik een vreselijke pijn in de hand, waar dat infuus zit, alsof mijn hand in een emmer met scheermesjes gestopt wordt waar zuur in zit, ik heb het niet meer, wat een PIJN. Men schrikt, verbaasd wordt gekeken naar wat er loos is want ik zou onder zeil moeten zijn en ik roep: ik slaap niet eens joh mijn hand ligt er haast af! Help! Dan is er redding, er loopt iemand naar het apparaat en langzaam val ik weg...gelukkig dus.
Als ik bijkom op de wakker-worden kamer is de pijn weg, niet alleen die van mijn hand maar ook de pijn, waarvan de arts niet zeker wist of deze weg te snijden zou zijn. Inmiddels vier dagen verder en ja, natuurlijk trekken de hechtingen, natuurlijk komen ze me elke dag helpen maar: de pijn, die ondraaglijke pijn, die is weg! Na een uurtje rijdt men me terug naar de afdeling, komt wederom de chirurg nog even om me op het hart te drukken: niet je arm omhoog doen de komende twee weken, want dan springen de hechtingen open!
Met een sling om samen met de liefste dochter van de wereld ga ik naar huis, alwaar ik door een blije eega word opgewacht. Even later verschijnt de liefste oudste kleindochter van 13 die de komende dagen hand- en spandiensten verrichten zal. Ze is gisteren weer naar huis gegaan, maar we weten dat, als ik haar nodig heb, ze ook komt! Wat ben ik een bevoorrecht mens, want er gaan dingen mis, maar wat nooit mis gaat is de geweldige communicatie tussen moeder, dochter en kleindochter.
... Anders in het ziekenhuis ...
Schrijver: An Terlouw, 24 augustus 2020Geplaatst in de categorie: ziekte
Maar laat ze ook des te meer gelezen worden door mensen, die zelf opgenomen worden. Die verhalen van jou steken hun een hart onder de riem. Zelf moet ik op 8 september naar het ziekenhuis om een vetbult uit mijn rug weg te laten halen. Wel iets heel wat lichters en onbeduidender dan wat jij al hebt meegemaakt.