Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Eigen schouderklopje mag zo af en toe, niets mis mee.

Afgelopen week was het dan zover: we waren voor de Burgerlijke Stand op 27 augustus 1959 met elkaar in het huwelijk getreden. Voor deze lange verbintenis van 65 jaar, ook wel briljanten bruiloft genoemd, kwamen de pers en de wethouder van Goeree Overflakkee op de koffie. We ontvingen zelfs een felicitatie van de Commissaris van de Koning in Zuid-Holland. Mijn echtgenote en ik hadden dit, gezien het in een sneltreintempo achteruitgaan van onze mobiliteit, nauwelijks durven verwachten. Met mopperen (dat niets helpt) en het aanschaffen van twee z.g. sta-op-stoelen zijn we er nog altijd.

In de tijd van de feestelijkheden wordt men zich er pijnlijk van bewust, hoe klein het aantal van nog in leven zijnde familieleden van je eigen generatie is geworden. Iedereen die je lief was, is onlangs of langere tijd geleden al heengegaan. Tijdens een gezellig etentje met alle gasten in een bekend wok-restaurant in onze buurt werd deze constatering nog eens duidelijk zichtbaar. Tegelijkertijd constateer je, dat de volgende generatie bezig is om qua aantal op sterkte te komen. Deze situaties met jong en oud – hoeveel personen nog onder ons zijn en hoeveel jonge, opgroeiende nakomelingen je omringen - gedraagt zich als het verschijnsel van eb en vloed en dat geeft de burger moed!

Bovengenoemd jubileum heeft onbemerkt een voor mijn echtgenote en mij belangrijke mijlpaal in de schaduw van feiten doen belanden. Mijn vrouw stopte ruim 27 jaar geleden abrupt met roken en ik twee jaar later. Zij deed dit uit vrije wil en ik uit angst. Wij begonnen er eigenlijk samen aan, nadat wij de laatste sigaret doormidden hadden geknipt en hadden opgerookt. Vrouwlief had geen enkele last van ontwenningsverschijnselen, hoewel zij toch ook altijd tot in de longen inhaleerde. Na veertien dagen taalde zij niet meer naar nicotine en liet mij in deze tijd met een blijkbaar vooruitziende blik, alle kamers witten, behangen en van een laagje verf voorzien. Onze vier katten kickten eveneens af en probeerden aan de ruiten van de ramen, of er nog een beetje nicotine kleefde door er voortdurend aan te likken. – Ik had bij begin van het stoppen al wat ‘mitsen en maren’ ingebouwd, want wat dat betreft ben ik nooit een doorzetter geweest. Na twee en een halve week van afzien, klagen, slecht humeur en slapeloosheid vond ik mezelf blijkbaar zo zielig, dat ik vond na deze lijdensweg wel een sigaretje te hebben verdiend.

Het gevolg was, dat ik het gezichtsverlies niet zo erg vond en aankondigde voortaan weer gewoon te gaan roken. Dat mocht, na een pittige discussie, maar dan alleen buitenshuis. Zo kon het niet uitblijven, dat ik in de buurt al snel het “Weermannetje” werd genoemd als ik weer op het balkon stond te paffen. Ik rookte voordien al behoorlijk veel, maar na hervatting van deze gewoonte draaide ik voor 30 of meer sigaretten (ook enkele keren afgewisseld met een sigaartje of een pijp) mijn hand niet om. Ondanks waarschuwende signalen van het lichaam, zoals kramp in mijn benen met het lopen of slapende tenen) bleef ik doorgaan. Totdat ik op een zaterdag begin mei 1999 hevig begon te transpireren en werd geplaagd door pijn in mijn slokdarm en in de linker borstkast. Die klachten bleven ook op de zondag doorgaan, vooral in de nachtelijke uren.

Om kort te gaan: ’s maandags vroeg naar de huisarts die na lang luisteren en meten niets beters wist om te zeggen: “Ik kan niets vinden maar vertrouwen doe ik uw klachten ook niet. Gaat u maar lekker rustig lopend naar huis, ik stuur wel iemand voor een cardiogram.” Zo geschiedde en de opgeroepen dame werd meteen hypernerveus. “Dat ziet er niet goed uit, de hele voorkant is weg (?), ik bel meteen een ambulance.” In het ziekenhuis werd mij meegedeeld, dat ik twee dagen eerder een myocardinfarct had gehad en dat inmiddels mijn pompvermogen daardoor was gereduceerd tot 66% van het normale.

Vanaf dat moment nooit meer gerookt. Nu, 25 jaren later en vier stents in de kransslagader rijker (?), denk ik, dat ik zonder verwaandheid tot de volgende conclusie mag komen: hoewel ik me ervan bewust ben ‘dat eigen roem stinkt’, mag ik me gerust, en natuurlijk ook mijn echtgenote, een schouderklopje geven. Ook al is mij volharding aanvankelijk ingegeven door angst, zegt mijn gezonde verstand mij nu, dat dit me toch tot steun is geweest om mijn slechte motivatie te verbeteren. Tóch neem ik mijn petje af voor personen die zulks op eigen vaste wilskracht kunnen volbrengen of eveneens hebben volbracht. Ook voor hen een welgemeend schouderklopje!

... mijlpalen in het leven ...

Schrijver: Günter Schulz, 9 september 2024


Geplaatst in de categorie: ouderen

5.0 met 5 stemmen 86



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Redactie
Datum:
9 september 2024
Beste Günter,

Onze hartelijke gelukwens - ook voor je echtgenote - met het briljanten huwelijk dat jullie op 27 augustus hebben bereikt en gevierd.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)