De bedekte moord in Terheijden

In Terheijden staan de rooms-katholieke Sint-Antonius Abtkerk en het protestantse Witte Kerkje dicht bij elkaar. De gotische kruisbasiliek staat op de Marktstraat 2 en het protestantse kerkje staat op de Hoofdstraat 1. Dat laatste kerkje stamt uit 1809 en is een Napoleonskerkje. De charmante jongedame Marlies Burggraaf gaat al haar hele jeugd naar het Witte Kerkje, waar zij door menige jongeman begeerd wordt. Tijdens het zingen van psalmen en gezangen gaan de smachtende ogen van de verliefde jongemannen dikwijls richting de onweerstaanbare schoonheid van Marlies. Zij volgen iedere, zichtbare en denkbare ronding van haar. Marlies woont nog bij haar ouders op de Raadhuisstraat 31 in Terheijden. Haar vader Sjoerd Burggraaf is notaris en oudheidkundige en haar moeder Yvonne van Oosterhout is een kunstenares, die o.a. het beeld 'D'n Bleyk' heeft gemaakt, wat bij de Abtkerk staat. Dat is een kubistische stier. Marlies heeft een geheime liefdesrelatie met de rooms-katholieke Baptist van Duinkerken, die op de Bredaseweg 12 woont. Baptist is dubbel zo oud als Marlies en hij heeft als kunstschilder een zekere faam verworven. Door zijn heroïneverslaving heeft zijn werk een bijna buitenaards karakter gekregen en wordt er door de brave realisten meewarig op hem neergekeken. Marlies aanbidt zijn werk en zij ziet in hem een tweede nog onbegrepen Van Gogh. Het is maar goed dat haar vader niet weet, dat zij vaak naakt voor hem poseert.

Sjoerd Burggraaf is een geval apart. Hij verzamelt namelijk zoveel mogelijk de schilderijen van Petrus van Schendel, die in Terheijden geboren is. Zo heeft hij o.a. 'De indiscretie', 'Nachtmarkt' uit 1850, 'De avondmaal bij Emmaüs', 'Markt bij kaarslicht' uit 1869, 'Voorbereiding op het bal' en 'Een peperkoekverkoopster bij kaarslicht'. Zijn werken van Van Schendel hangen allemaal zorgvuldig in het koetshuis, waar hij op een dag 'Museum Van Schendel' van wil maken. Hij is bezeten van deze wensdroom. Hij is totaal geobsedeerd door de kaarslichttaferelen en de veelal mooie marktvrouwen van Van Schendel. De zeer licht erotische ondertoon bevalt hem in hoge mate. Dit in tegenstelling tot de libertijnse Baptist, die expliciet pornografische afbeeldingen nastreeft, op dezelfde manier zoals Jeff Koons zijn ex-vrouw Elena Anna Staller uitbeeldde. Op een zwoele zomeravond ligt Marlies weer eens wijdbeens voor Baptist te poseren. Baptist schildert de behaarde vagina van Marlies zo realistisch mogelijk en daar omheen creëert hij bizarre hallucinaties. 'Jouw vader verzamelt toch Van Schendel's?', vraagt hij. 'Klopt!', zegt zij, 'hij wil ze het liefste allemaal hebben!'. 'Zodra we hier mee klaar zijn, neem ik je even mee naar zolder, want daar heb ik geloof ik nog een Van Schendel liggen!', zegt hij, terwijl hij met een vergrootglas haar vochtige vagina onderzoekt. 'Als je uitgekeken bent, zou je me dan een plezier willen doen?', vraagt zij. Nadat zij op vurige wijze de liefde bedreven hebben, gaan zij op slome, waggelende wijze naar de zolder, waar Baptist na wat zoekwerk met de 'Heilige Maria Magdalena in gebed' van Van Schendel te voorschijn komt. 'Wil je die aan mijn vader verkopen?, vraagt Marlies. 'Wat mij betreft wel, stuur hem maar langs!', antwoordt Baptist, 'maar ik ga er wel een hoog bedrag voor vragen!'.

Twee dagen later staat Sjoerd oog in oog met het schilderij van Van Schendel en wil hij er 5000 euro voor geven, maar Baptist, die nogal high van de hasj is, vraagt er 50.000 euro voor, wat Sjoerd zwaar overdreven vindt, waarna hij hevig gepikeerd het huis verlaat. 's Avonds krijgt hij telefoon van de protestantse burgemeester Godefridus Christiaanse, die hem vertelt, dat zijn dochter Marlies diverse keren bij die verslaafde kunstschilder Baptist van Duinkerken is gesignaleerd en dat zij mogelijk een seksuele relatie met elkaar hebben. Sjoerd ontploft bijna van woede en hij vraagt Marlies meteen om uitleg. Zij erkent de liefdesrelatie, waardoor Sjoerd haar in haar slaapkamer opsluit en haar verbiedt om ooit nog met die gevaarlijke junk in contact te komen. 'Je wilt alleen maar zijn schilderij van Van Schendel hebben!', schreeuwt Marlies. 'Dat is inderdaad waar!', denkt Sjoerd, 'en ik zal die hoe dan ook bemachtigen!'. Hij gaat regelrecht naar het huis van Baptist. 'Zo, kom je de 50.000 euro brengen?', zegt Baptist. 'Hoe raad je het? Laat me maar gauw binnen!', antwoordt Sjoerd. Door het ontblote bovenlijf van Baptist ziet Sjoerd de vele injectieprikken in de armen van Baptist. In zijn atelier ziet hij allemaal schilderijen met vagina's en borsten erop. Een intense walging bekruipt hem. 'Wat is dit voor heidense rat?', denkt hij, 'heeft Marlies misschien ook voor die smeerlap geposeerd?'. Op zolder smelt hij een tijdje bij het zien van de Van Schendel. 'Kom op met die 50.000!', zegt Baptist, 'ik heb meer te doen vanavond!'.

De volgende dag wordt Baptist van Duinkerken onder het standbeeld 'D'n Bleyk' gevonden. Hij is door een overdosis heroïne overleden, zegt het officiële bericht van overlijden. Dat Sjoerd hem even daarvoor zijn nek heeft gebroken, wordt door de onderzoekers verzwegen. Dat Sjoerd het tragische nieuws op schijnheilige, vrome wijze aan Marlies meldt, vindt Marlies meteen verdacht, maar zij is overstelpt door verdriet. 'En dát onder mijn beeld!', reageert Yvonne geschokt. De zogenaamde zelfdoding van Baptist leidt tot een nieuw schisma tussen de roomsen en de protestanten van Terheijden. Pastoor Egidius Fabricius verspreidt het gerucht, dat Sjoerd van Duinkerken weleens de moordenaar van Baptist kan zijn, dat de protestanten dat in de doofpot hebben gegooid. Ondanks al die verdachtmakingen opent Sjoerd jaren later 'Museum Van Schendel', met een flinke subsidie van de gemeente. Zodra Marlies, die sinds het overlijden van Baptist in het psychiatrisch ziekenhuis Reinier van Arkel in Vught verblijft, het schilderij 'Heilige Maria Magdalena in gebed' in haar vader's museum ziet, weet zij wat haar te doen staat. Het is of Maria voor de ziel van Baptist bidt. Terwijl zij voor dit schilderij staat, kijkt zij naar haar vader. De tranen lopen over haar wangen en de angst staat in de ogen van haar vader. Zij weet het nu zeker. Zij grijpt het schilderij en zij rent ermee naar 'D'n Bleyk'. 'Hou haar tegen!', schreeuwt Sjoerd nog. Marlies verscheurt en vertrapt het schilderij en zij gaat demonstratief onder de stier liggen. De omstanders begrijpen haar symbolische gebaar maar al te goed en zij roepen massaal 'Boeh!', wanneer de agenten haar wegslepen.

Terheijden Marlies Burggraaf Sjoerd van Duinkerken

• 1
• 2
• 3
• 4
• 5

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 90