Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Hazera 1

Onderstaand verhaal speelde veertig jaar geleden d.w.z. vóór 9/11, Esfan Jani was nog niet geboren. En dat is wel te merken ook.

HAZERA

Een paar minuten te laat voor het college vond ik een lege plaats ergens bovenin de collegezaal, gaf links en rechts een routineus knikje, ging zitten en pakte mijn dictaatschrift.

Na enige tijd vraagt mijn buurvrouw links: Wat voor taal schrijf jij? Nederlands, zeg ik, maar dit is steno, kortschrift. Even later vraagt ze uitleg van een woord van de prof. Ik geef zo goed mogelijk uitleg. Hetzelfde gebeurt nog een keer. Na afloop van het college zegt ze: Dank voor de help, eh... húlp. (Zeker een Engelstalige.) Graag gedaan, natuurlijk. Woon je ook in Utrecht? ‘Ja’, zegt ze. ‘Waar’? Ze kijkt me een moment inschattend aan en noemt dan haar adres. Dat is de andere kant uit. Tot ziens. ‘See you’. En zo scheidden onze wegen.

‘s Avonds in de mensa loop ik met mijn blad gekookte of rauwe calorieën en vitaminen naar de eetzaal en zie haar alleen aan een tafel zitten. Ik ga tegenover haar staan: Do you mind? Oh no, zegt ze, please take a seat. En dat doe ik. ‘Ik ben Fons’. Chazéra’, zegt ze. Hoe spel je dat? Bleek H-A-Z-E-R-A te zijn. Maar alle letters klonken vreemd. Ik deed een aantal pogingen om het precies na te zeggen en gaf dat toen zuchtend op. ‘Hazéra’ moest maar voldoende zijn.

Wat is ze eigenlijk mooi! Glanzend zwart halflang haar, een puntgave lichtbruine huid met een ondeugend moedervlekje onder het rechteroog. Die ogen! Ze zijn héél donker, zwartbruine iris rond een gitzwarte pupil. Ogen, die me recht aankijken zonder een zweem van brutaliteit of uitdaging. Alleen maar open belangstelling. Een rechte neus, volle lippen en een gaaf gebit. Niet zo’n door-beugels-standaard-afgereguleerde-linie-blokjes-ivoor. Een paar kleine onregelmatigheden. Geen mascara, geen oogschaduw, rouge, poeder of zo. Alles puur natuur. O nee: in beide oorlellen een klein gouden knopje. Ik dacht bij mezelf: een veel mooier Maria-de-moeder-van-God-koppie dan die blanke, blauwogige blondines die ze er hier in het Westen altijd van maken. Maar zoiets zeg je natuurlijk niet hardop.

Ik zie ineens dat ze zit te lachen. Er is me blijkbaar iets ontgaan en ik haast me te zeggen: ‘Sorry, wat zei je’? ‘Was jij dat niet die bij Prof Schuurman een college hebt gevuld met een verhaal over die patiënt met total starvation’? Ja, dat was ik. Had je er iets aan? Zeker, maar vond je dat niet eng voor zo’n volle zaal? Nee, dat heb ik al meer gedaan. Maar wat doe je als er iets wordt gevraagd dat je niet weet? Dan roep ik de prof als invaller. Ja, dat is óók weer zo.

We raken aan de praat en: zij is Saoedi-Arabische. Ze is bijna 25. Ze woont in een klein stadje dichtbij de zee. Haar vader zit in de olie en haar moeder is oogspecialiste in een ziekenhuis van een naburige stad. Eén van de zeldzame vrouwen in haar professie. Zelf autorijden mag ze niet dus gaat ze met een taxi. Ze heeft een broer van 23 en nog een zus van 19. Alles studeert in het buitenland. Kostbare aangelegenheid voor je ouders! Kostbaar? Mmm.. ja, alles bij elkaar een hoop geld. Maar dat hébben ze, dus is er geen probleem. Daarom draagt ze natuurlijk zo’n prijzige kleding. Kom je elke avond hier eten? Nee, dat niet. Bijna nooit want ze heeft een paar baantjes om geld te verdienen. Betalen je ouders dan niet alles? Nee (lachend), Dad zegt dat alles voor niks krijgen de mens tot een ‘floater’ (zwever) maakt en hij vindt dat je moet beginnen ‘met beide benen op de grond’.


Wat voor vooropleiding heb je gehad? Eerst gewone school, daarna zes jaar op een internationale school en toen drie jaar les van een meester. Meester? Wat is dat? Dat is wat moeilijk uit te leggen. Kijk, haar familie is moslim. Haar vader leeft weinig of niet volgens de regels van de Koran en hij is niet ‘religieus’. Meer een zakenman. Haar moeder is zéér gelovig. Geen sjiïtische of soennitische of wat voor richtingen er nog meer zijn. Maakt zich óók niet druk over al die voorschriften maar mediteert regelmatig en.. eh.. nou ja, ze leeft met (ze wijst met haar vinger omhoog). Jij bent natuurlijk géén moslim. Nee, ik ben katholiek opgevoed. Rooms katholiek? Ik knik van ‘ja’ en zij knikt begrijpend. Wat gaat er allemaal in dat hoofd om? En... die meester, wat moet ik me daarbij voorstellen”?

Haar moeder had haar aangeraden een paar jaar in de leer te gaan bij een wijze kenner van de Koran en andere geschriften en bij hem een soort van geestelijke training te volgen. Nee, geen officiële imam maar, nou ja, een ‘meester’ noem je zo iemand of een ‘wijze’. Normaal doen vrouwen dat niet, naar zo’n meester gaan, maar dat was voor haar moeder geen punt van overweging. En wat leer je bij zo’n meester? Ten eerste: uitleg van de Koranteksten, want die zijn niet gemakkelijk goed te verstaan. Ook wel van andere zogeheten heilige teksten. En iets dat je theologie zou kunnen noemen, wat het weer niet is. En... mediteren, voorál... mediteren. Ik ben wel in een ongewoon gesprek verzeild geraakt.

De maaltijd is verorberd en na wat over en weer praten besluit ik mee te gaan naar haar ‘kast’ (een kamer in de studentenflat). Dan hoef ik later niet van mijn kamer haar helemaal thuis te brengen en weer alleen terug. Het regent buiten. Die avond en later nog een avond leer ik een massa nieuwe dingen. Er is toch echt meer onder de zon dan we denken te ‘weten’. Ik zal proberen het samen te vatten. (wordt vervolgd dus.)

Schrijver: Fonsaad, 11 september 2007


Geplaatst in de categorie: religie

3.2 met 5 stemmen 309



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)