Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Duimelaar 1

Het is de duim die opvalt bij deze mensen. Volgens zeggen is deze tweemaal zo groot als bij ons, "gewone" mensen.
Zij worden ook wel het Duimelaarvolk genoemd.
Ik heb dat altijd vreemd gevonden.
Ik bedoel maar je hebt Engelsen, Fransen, Nederlanders etc.
Maar Duimelaars kan ik nergens terugvinden, hoe goed ik ook zoek.
De Duimelaars vallen dus niet alleen op door dat grote ding, vastgenaaid aan hun hand, maar ook door hun gedrag.
Wanneer wij op de fiets stappen en een eindje gaan rijden, steken wij als welopgevoede mensen onze hand uit als we naar rechts of naar links gaan.
Dat is bij de Duimelaars niet mogelijk, wanneer zij hun hand uitsteken schiet de duim er bovenuiten dan lijkt het net iets van FY.
Het ding zit gewoon in de weg.
Daarom heb ik ook nooit een Duimelaar op een fiets gezien, ook niet in een auto trouwens, bij het draaien aan het stuur of het schakelen zit dat grote ding nou eenmaal altijd in de weg.

Wat doet dat volkje dan?
Zij wonen en leven en vermaken zich in hun eigen wijk. Deze wordt al gauw omgedoopt tot het Duimelhofje. Het zijn een paar straatjes, een stuk of tien, gebouwd in blokvorm, met een klein pleintje en een paar bankjes om op uit te rusten en even te praten met buurtgenoten. Of gewoon even om te zitten en duim te zuigen.
In het midden van dat pleintje staat een fontein. Deze fontein spuit water uit een grote stenen Duim. Daar worden, op dat pleintje ook alle verhalen geboren.

Er is een Duimelaar die begint en diegene die er bij zitten vullen het aan en/of in. Het is er altijd heel gezellig. Dat kun je je wel voorstellen.
Een Duimelaarse, laten we haar voor het gemak even Lotje noemen begint met een verhaaltje en Luutje komt er bij zitten, luistert en vult aan.
De kring luisteraars, allemaal Duimelaars, en vertellers, inwoners van dat kleine wijkje, schuiven of sluiten aan en doen ook een duit in het zakje.
Totdat het donker wordt brengen zij zo de avonden door en zo onstaan er vele mooie verhalen, die, mits onthouden en niet mooier gemaakt worden dan zij zijn, weer door verteld worden aan de Duimelaars die er toevallig die avond niet bij aanwezig zijn.

Je kunt je voorstellen dat soms de verhalen, als ze doorverteld worden een mooiere of juist lelijkere klank hebben dan waar het in oorsprong om begonnen is. Niets menselijks is hen vreemd.

Alleen het werken gaat niet echt goed. Zij zijn zo druk met het uit de duim zuigen van verhalen, nog mooier en groter dan de werkelijkheid, dat zij aan werken niet toekomen.
Maar eigenlijk heeft niemand daar echt last van. Zij leven hun leven, hand in hand, duim naast duim.
Soms komen er verhalen buiten het beroemde pleintje met die fontein met die grote spuitende duim in het midden en dan is er heel even ophef.
Schrijvende pers, maar ook de media komen opdraven en willen dan het fijne weten van de achtergronden van dat ene verhaal.
Maar de Duimelaars zijn een hechte groep en niemand, althans bijna niemand verspeelt door het vertellen aan de "buitenwacht"zijn of haar hand.
Want ooit is afgesproken, in een heel grijs verleden, nadat er een aantal malen de hand mee gelicht werd, dat wat op het pleintje verteld wordt, onder de duim gehouden moet worden en ja die duim is groot genoeg dus dat lukt wel.
Op een avond, terwijl men genoeglijk bij elkaar zit op het pleintje komt er een vreemdeling de wijk in. Hij valt meteen op, omdat hij geen grote duimen heeft. Maar zijn gezicht heeft iets vreemds, in het midden tussen zijn ietwat scheefstaande ogen zit een ding, een neus kun je het niet noemen, maar dat moet het haast wel zijn, want het zit op diezelfde plek.
Zoiets hebben de Duimelaars nog nooit gezien. Iemand met zo een grote neus moet wel heel goed kunnen ruiken fluisteren zij tegen elkaar terwijl ze elkaar aanstoten met die immens grote duimen.
De man komt hun richting uit en schuift stilzwijgend aan. Er is nog een plek op het middelste bankje en hij knikt met zijn hoofd (eigenlijk met zijn neus want die zie je het allereerst)en hij gaat zitten.
De aanwezige Duimelaars weten niet wat ze er van moeten denken en voelen zich eigenlijk ongemakkelijk.
De verhalen stoppen en de duimen worden voor heel even weggestopt. De Neus kijkt om zich heen, snuift een paar keer en draait zijn hoofd iets opzij.
Het lijkt wel als hij iets wil zeggen, maar het blijft stil.....

Schrijver: metha, 29 maart 2009


Geplaatst in de categorie: taal

3.8 met 4 stemmen 1.439



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)