Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Gekwelde nieuwlichter

(voor Guillaume Apollinaire)

Zijn virtuoze bronnen zaten niet aanwijsbaar onder zijn gekwetste schedeldak, maar de mysterieuze kosmos balde in hem samen, de goden en godinnen waren zijn beste vrienden, dweepten zelfs met zijn artistieke begaafdheid, ook al hadden ze die zelf met veel moeite ontworpen. Dat deze dichterlijke reus geveld werd door een akelig vliegje was een hoogst bizarre grap van de natuur, alsof dat beestje stiekem naar binnen vloog, toen de deksel van zijn hersenpan open stond.

Maar zijn kunstzinnige bevlogenheid waaide niet weg, daar de geesten van de inspiratie vrij ronddoolden om zijn getergde geest, hem steunend in zijn magistrale verbeeldingskracht. Waar hij ze heeft ontmoet, dat blijft altijd een mysterie, misschien wel in zijn eerdere levens, toen hij een soort Picasso was. Zo refereren de snaren van de harp (onze Dublinbrug) aan de balleinen van een walvis. Wat had hij vandaag de dag heerlijk kunnen goochelen op internet, zijn spinneweb zou door vele leergierige surfspinnen bezocht worden, maar zijn originele ingevingen zouden vroeg of laat even vlak en machinaal gevloerd worden, opgeslorpt door een overvloed van gekunstelde beelden, los van de voedzame wortels van de ware kunst.

Kijk eens rechtstreeks in zijn ogen, zoals eerdere generaties veel beter durfden, steeds op zoek naar het echt nieuwe gedicht, dat totaal verbluft, verwend met woorden, duidelijk beïnvloed door zijn makkers uit de flamboyante schilderkunst. Hij schilderde zijn lyrische taferelen vanuit een optische hoek, die een klein deel van het water in de wensput toonde. Dat smaakt naar meer, het maakt het trappelende ongeduld in ons wakker. Hij snuffelde aan van alles, een kien straathondje, dat was hij. Niet enkel een lekker leventje ambiërend, nee, hij wist de hoogste treden van de zinvolle zelfopoffering te bereiken. De dingen beschrijven die anderen heimelijk denken, dat heet gedurfde waaghalzerij van geniale verschoppelingen.

Zo zag hij eens midden in het oorlogsgeweld een vrouw die oprees als een vurige femme fatale, maar die acuut de vrede stichtte door heel subtiel en frivool het strakke aanhechtingspunt aan de voorkant van haar flink gevulde bustehouder los te knippen met de gouden kroontjespennen van de bedrempelde dichter. De bezwete soldaten van beide kampen stonden perplex van wat zij daar te zien kregen, maar hij was het die zijn vermoeide en uitgebarste hoofd op de dampende plek van het gesprongen aansluitsel mocht neerleggen, veilig tussen de hoge bergen (Spitsbergen in zicht!), die voor een man altijd de welverdiende bekroning zijn op het geleden leed. Was het de nagalm van Annie? van Marie? Zijn dichterspassie toverde reusachtige fantomen voor het geestesoog van velen, zijn magische krachten spotten met de wetten van tijd en modieuze kiesheid, een onblusbare bezetene van schoonheid in het meest verborgene. Zich nauwelijks beroerend, zoals yogi's doen of zeer belezen olifanten, zo zien wij de sporen van God vaak achteraf, na de ontmoetingen, maar Hij zag het goddelijke direct, hij schiep daarna de sporen.

Schrijver: Joanan Rutgers, 15 mei 2009


Geplaatst in de categorie: literatuur

3.0 met 2 stemmen 214



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)