Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Het sterfbed.

Naast haar stond de pastoor die haar het sacrament van de stervenden wilde toedienen. Buiten in de regen hoorde ze drie dames haar doodskist timmeren. Ze moest de diepte in zometeen. Ze moest het gat in of ze dat nu leuk vond of niet. Ze verlangde ernaar ringen om haar enkels te krijgen met daaraan belletjes zodat haar mededoden haar konden horen.
Maar nee, die zouden haar nooit meer horen. De pastoor legde haar nu uit dat alleen haar stoffelijk overschot het gat in ging.

Volgens de pastoor had ze geestelijk dezelfde vrouwenvoeten als haar lichamelijke voeten en die moesten zometeen de hoge trap oplopen naar de hemel en daarvoor moesten ze gezalfd worden. De pastoor goot nu heel grote ampullen leeg over haar voeten. Daarna greep hij haar handen en vertelde aan haar dat ze slecht waren. Ja ze waren verrot omdat ze de dwaalleren over God ermee verspreid hadden onder onnozele mensen. Ja ze had ermee de verkeerde boeken doorgegeven over God ook al zat er nog iets van Waarheid over God in.
Haar handen zouden daarom eerst moeten branden met blauw vuur in het hiernamaals totdat ze gezuiverd waren.

De pastoor begon nu met kruizen te slaan over haar lichaam. De pastoor gaf aan haar een zalig gevoel van nabijheid. De gewijde man met zijn blote voeten in zijn sandalen knielde aan haar bed en deed gebedjes tot Maria de zoete ster, tot Maria troosteres van de baby, en tot Maria van de huilende vissen in het water, en tot Maria de Moeder van alle waanzinnigen, en tot Maria de genezeres van de brandwonden in onze ziel en de Moeder van alle Genade.

De ziekenhuisverlichting in de gang ging nu aan. Er reed nu een karretje voorbij met grote glanzende naalden daarop. Heel enge grote stalen naalden lagen op de kar en daarmee zou ze geprikt worden vreesde ze. Maar dat was gelukkig niet zo. Op de kar lag ook een aspirinetablet voor haar voordat ze dood ging en nog een glas water. Ja, ze mocht nog even water drinken met haar dikke lippen die op frambozen leken en die weldra voor eeuwig zouden sluiten.

Ze begonnen samen nog tot Jezus te bidden, een akte van berouw en een akte van liefde. Jezus zag ze al voor haar geest met een groot zwaard in Zijn mond, met een rechterstoga aan. Maar zijn ogen waren naar haar toe zoeter dan anijs en pepermunt. De pastoor sloot de gebeden af en beval aan de ziekenhuiszusters om de zwarte doodsjapon binnen te dragen. De zuster deed haar een beha om de borsten want zonder beha kon de vrouw niet in de hemel komen.

Daarna werd ze op haar zij gelegd en trokken de zusters haar de zwarte doodsjapon aan. Ze vouwden haar lichaam in de zeer zware doodsjapon die was geknipt uit een rouwgordijn. Haar handen legden ze op haar schoot en ze bogen lichtjes haar knieën. En toen begonnen de ziekenhuiszusters haar in de jurk te naaien met een naald en een stalen draad. Ze moest de doodsjapon in en daarna meteen in de doodskist wanneer haar laatste zware ademhalingen die nu steeds zwaarder werden ophielden.

Nadat ze in haar zwarte doodsjapon was ingenaaid werd de vrouw uit bed gehaald en op haar knieën gezet op een koude vloer. Ze werd in haar zwarte doodsjapon op haar knieën gedwongen door de pastoor om haar laatste gebed voor haar God te doen.

Even later kwam er een ziekenhuiszuster met een emmer water en een borstel naar de stervende vrouw. Ze greep met geweld de blote zondige vrouwenvoeten van haar en poetste er met water en zeep al de rode nagellak van haar tenen. Ook poetste ze alle nagellak van haar vingernagels. Want, zei de ziekenhuiszuster, in dit leven wilde jij vrouw door anderen bemind worden, nu moet jijzelf alleen nog maar beminnen!

Na deze woorden van de ziekenhuiszuster stierf de vrouw in haar zwarte doodsjurk.

Schrijver: cornil, 13 augustus 2009


Geplaatst in de categorie: religie

2.8 met 4 stemmen 402



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)