Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Bedenkingen bij een nader bekeken gedicht

Er zijn zo van die gedichten, die blijven maar spoken in mijn hoofd, daarvoor hoeven ze ogenschijnlijk niet eens van een hoog kaliber te zijn, nee, het gaat juist om een ondefinieerbare intentie, die me op een wrede manier blijft achtervolgen. Vrouwelijke krijgers op afschrikwekkende strijdwagens, met zwarte, vlijmscherpe zwepen in de pezige dameshanden. Ik moet rennen, hard hollen, door mijn pijngrenzen gaan, want zij willen mij misschien wel lynchen, als een beest in een vuil hok opsluiten, mij verkrachten wanneer zij zin hebben en mij verbranden met de ratten. Ik kan mij nergens verschuilen op deze ijselijke vlakte. Hoe zouden diezelfde brute deernen zich gedragen terwijl de morfine continu door hun aderen vloeit, terwijl de hitte van een Turkse sauna hun verslapte lendenen uitput? Ik draag in mijn dromen de paradijselijke beelden naar hen toe en ik vermoed dat zij hetzelfde doen, maar ik ben bang van niet. De waarheid is dat ik als een eenzame wolf door de nacht ren, waar de jagende stropers met hun brandende toortsen mij meer en meer inhalen. Abracadabra, laat het Laatste Oordeel aan mij voorbijgaan. De dwingende beelden overstelpen mij, zoals gezegd, er zitten dodelijke gifslangen onder het bedwelmende gras van de lyrische verbeelding. Maar dit alles is ver uit de koers van de ingeslagen weg, dus nu terug naar het gedicht dat ik speciaal onder jullie aandacht wil brengen. Het betreft een gedicht van de Nederlandse/Amerikaanse dichteres Georgine Sanders, oftewel de al wat oudere Tineke Vroman, inderdaad, de vrouw van de beroemde dichter Leo Vroman.

Het Joodse Poortje in Gouda ( 1990 )

Besloten waterstad, omringd door groen
met achter gevels en verzakte straten
een weiland dat zich voortzet in een tuin.
Dit werd mijn ouderhuis, een toevlucht later

voor hen die door de oosterstorm verjaagd
nog vrede zochten in wat houdbaar scheen.
Het uitstel heeft hun noodlot slechts vertraagd,
hun gele sterren doofden, een voor een.

Ik dacht als aan een uitgestorven stad,
getekend door gemis. Maar Gouda leeft
in jeugd en kleur, meer warmte dan het had,
met een verleden dat het toekomst geeft.


( Uit: 'Autogeografie', uitgeverij Querido, 1995 )

Dit gedicht komt uit haar tweede bundel, haar eerste bundel heet 'Het onvoltooid bestaan'. Mevrouw Vroman studeerde medicijnen in Utrecht en ze houdt zich voornamelijk bezig met de cognitieve revalidatie van mensen met een hersenbeschadiging. Heb je wel eens goed naar de oogleden van Marcel Proust gekeken? Ik wel en ik ben tot de vrolijke conclusie gekomen dat mijn oogleden een sterke overeenkomst zijn gaan vertonen. Proust hield ook wel van een drankje op zijn tijd en daarbij was hij een niet te verbeteren tobber, een angstwekkende chaoticus, die moeizaam naar orde zocht, die altijd en overal zijn dwangbeelden moest camoufleren, een man met duizenden maskers, net als Oscar Wilde, de schrijver die nooit een eigen leven leidde. Vraag het Kafka of Hemingway, niemand kreeg literaire resultaten voor niets. Schoenmaker, blijf bij het Joodse Poortje! Het Joodse Poortje is te zien in de Jeruzalemstraat, dat ligt in het verlengde van de Spieringstraat, alwaar de bibliotheek ( voormalig weeshuis ) is gevestigd. Naast de Vroesentuin, waar Albahrak volgende week een Erasmusbeeld opnieuw onthuld. Het Joodse Poortje ziet uit op de dominante Sint Jan, door goddeloze calvinisten gestolen van de katholieken. De beeldenstorm indachtig, kijk ik altijd met argusogen naar de strenge pettensekte, die pronkt met andermans veren. Het Joodse Poortje is een monument ter nagedachtenis aan de Joodse mensen, die in de Tweede Wereldoorlog zijn vermoord door brute aanhangers van Hitler. Het Poortje is een plek van groot verdriet. Zonder God zou er geen troost voor deze onmenselijkheid, de Joden aangedaan, bestaan. 'Besloten waterstad', dat klopt, het is een sompige moerasstad, nog net geen Atlantis, het is dat er een spoorrails doorheen loopt. Maar 'omringd door groen' is mij een raadsel, het ontbeert Veluwe-bossen, ze zal de weilanden bedoelen, schrijf dan 'omringd door vlakken van groen', Mondriaanachtig. Ik vind gevels op zich nietszeggend, maar 'verzakte straten' heel typerend en scherp waargenomen. Als 'een weiland dat zich voortzet in een tuin' letterlijk kan worden genomen, dan had de schrijfster een behoorlijk grote tuin. Gouda was een tijdelijke toevlucht voor vluchtende Joden, voortgejaagd door de 'oosterstorm'. Nu vernielt een storm wel veel, maar niet zo gericht en afgericht als moordzuchtige 'mensen'. Een storm is een natuurverschijnsel, waar men zich heel goed kan voor verschuilen, terwijl een gruwel als moord op zondebokken instinctief tegennatuurlijk is. Het was eerder een hel, tegengoddelijk! Over 'vrede zochten' zeg ik: ik denk dat zij in de eerste plaats veiligheid zochten, want vrede werd ook gezocht door niet-Joden. Dat 'uitstel' inherent is aan 'heeft hun noodlot slechts vertraagd', vind ik overbodig opgeschreven. Het woord 'noodlot' vind ik bezwaarlijk, want dit bagatelliseert het belangrijke feit, dat er nog zoiets bestaat als menselijke verantwoordelijkheid en daarbij, sinds dandy Couperus dit woord als boektitel gebruikte valt dit zwakke gegeven niet serieus te nemen. Met 'hun gele sterren doofden' kan ik niet meegaan in de dubbelzinnige betekenis van 'sterren', daar Hitler's kannibalen wel de lichamen konden doden, maar niet de zielen. Dat was wat Jezus tegen de Romeinse machthebbers inbracht en wat Paulus herhaalde i.v.m. de christenvervolgers. Deze wetenschap neemt absoluut niets weg van het lijden en de tot in het extreme doorgevoerde onbarmhartigheden. Het is een onzichtbare talisman van onoverwinnelijkheid. Het is de geestelijke magie tegen de stoffelijke stigmatisering. Wat 'een uitgestorven stad, getekend door gemis' betreft, dit is ontroerend mooi gezegd. Juist het donkere verleden is het 'dat het teokomst geeft', volgens Tineke, maar ik verzet mij tegen deze zienswijze van op en neer gaande bewegingen in de tijd, van pieken en dalen als een soort perpetuum mobile, een onontkoombare levenswet, mijn visie is een visie van individuele geesteskracht, niet overgeleverd aan groepsprocessen of tijdgeesten. Ik geloof niet dat het leven bestaat uit louter reacties op reacties, ik geloof dat de menselijke waarde een kenmerk is van de vrije wil, die nooit en te nimmer wordt bepaald door de al dan niet opdringerige buitenwereld.

Schrijver: Joanan Rutgers, 24 oktober 2009


Geplaatst in de categorie: oorlog

3.0 met 1 stemmen 1.306



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)