Ouderwets gevoel
Ik zit op een terras, als een groep luidruchtige jongeren voorbij trekt, op weg naar het stadion, veelkoppig monster met collectieve geest. Getatoeëerde lijven met witrode sjaals, eigen lichaamdrug brengt ze in een halfdronken toestand door de Vikingen ‘beresterk’ genoemd. De man van middelbare leeftijd naast mij richt zich tot me: ‘Het was ‘n mooie tijd, met zo’n groep lol te trappen, een machtig gevoel, je hoorde ergens bij’.
“U bent een beschaafd man”, zeg ik, “U ziet hun primitief gedrag, ze missen de oerspanning waaronder de mens is geëvolueerd: roofdieren, bos en savanne branden, vijandige stammen en donder en bliksem van woedende goden. Gevoelens - onze oudste taal - is de geërfde ervaring van onze voorouders en waarschuwen voor gevaren die ze tegenkwamen. Maar ze waarschuwen nu als die gevaren al lang niet meer bestaan. We evolueren naar beschaving waar verstand verouderd gevoel onder controle heeft, mensen die er anders uitzien zijn niet automatisch een gevaar en Chinezen blijken aardige mensen. Ouderwets gevoel wordt niet onderhouden door de natuur en verdwijnt op den duur en daarmee ons karakter want wij zijn onze gevoelens.
Mijn buurman onderbreekt mij: ‘Dat primitief gedrag was in de prehistorie nodig om te overleven en een groepsdier als de wolf maakt duidelijk waarom. Bij terugval van de beschaving door mondiale rampen hebben we deze lieden nodig om te overleven. Mijn overlevingskans bij de hooligans is groter dan bij de professoren. Een verouderd gen kunnen we niet weghalen omdat genen met elkaar samenwerken om ons karakter te vormen; als we genen die autisme veroorzaken uitschakelen zal er geen genie meer geboren worden’.
De ober spreekt m’n buurman aan: ‘Telefoon voor U professor’. De man gaat naar binnen. Verbaasd vraag ik de ober: ‘Waarin is hij professor?’, ‘Culturele antropologie aan de VU’. Ik zeg: ‘Hebt U wel eens zo geblunderd dat U wilt onderduiken?’ ‘Elke dag’, lacht de ober.
De ober die de discussie volgt vertelt over een land waar de koning z’n minister opdracht gaf de onderkant der samenleving die het land onveilig maakt te verbannen. Zo gebeurde het. Tot zijn woede is er al spoedig weer een onderlaag die door frustratie slecht gedrag vertoont, het zijn de gegoede burgers van weleer. Weg ermee riep de koning. En zo gebeurt het. Gek van woede wordt hij als er weer een onderlaag ontstaat met door frustratie hetzelfde gedrag, waaronder de adel van weleer. De koning alleen met hofnar en ministers zegt: Nu ben jij de onderkant Nar en zonder volk heb ik ook geen ministers nodig. ‘Hoogheid de enige onderkant was U al die tijd’ antwoordt de Nar en de ministers verbannen de koning en halen het volk terug. Volgens de ober is het moraal van het verhaal dat de zogenaamde onderkant van de samenleving de burgerbevolking motiveert en netjes houdt, een barrière opwerpt voor de laatste armoede val.
Inzender: Janneke Koster Baas, 27 april 2010
Geplaatst in de categorie: maatschappij