Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Vrome vrouwengek

(voor Fra Filippo Lippi (1406 - 1469))

Je bent geboren in het stralende Florence, waar je vader Tommaso slager was en een ruim hart had, want hij matste vaak de minderbedeelden, terwijl je liefdevolle moeder zijn smaakvolle ham in de heerlijkste marinade doopte en jij er als geen ander van smulde. Je ouders waren dol op elkaar en je zag ze dan ook vaak speels en lustig achter elkaar aan rennen, terwijl ze gierden van het lachen en elkaar eenmaal gepakt, hartstochtelijk op de mond kusten. 'Bij rood vlees hoort rode wijn!', zei je vader altijd met ondeugende ogen, terwijl hij de wijn in zijn beker schonk en je moeder haar beker liet inschenken, je hield van je vrolijke ouders, die je hun levenskunst voorhielden en je voorlazen uit romantische boeken vol spannende avonturen. Al kroop er soms ongedierte over de vloeren van het woonhuis, het deerde niets, daar jullie harten als zonnen straalden. Maar de kinderlijke idylle werd uiterst wreed verstoord, omdat zowel je vader als je moeder al vroeg in jouw bestaan gingen hemelen en je tot een verschrikkelijk weesdom veroordeeld werd, waarbij 'Wees gegroet, Maria...' je enige houvast werd, naast de goede zorgen van je bevallige tante Mona Lapaccia, die je op je veertiende naar de Karmelietenorde bracht, omdat ze het druk genoeg had en deze Karmelbroeders stonden als zeer integer bekend. In een klooster kan iedere armoedzaaier voornaam leven en wie weet wat voor kansen je bij die geslepen vossen kreeg. Op je zestiende was je klaargestoomd om de Karmelietenbeloften af te leggen, alsof je kon weigeren!, en je werd door een kunstzinnige pater ingewijd in de tekenkunst en later leerde hij je schilderen, want het roomse geloof kon worden verspreid via bijbelse schildertaferelen. Het vredige klooster Santa Maria del Carmine had open wandelgangen, waar je in alle rust kun schilderen. Op je zesentwintigste verliet je het klooster, al bleef je zogenaamd wel trouw aan je heilige beloften, maar de kuisheid was de eerste belofte die je brak. Op je drieëndertigste was je volgens eigen zeggen de armste monnik van Florence en moest je ook nog zes geslachtsrijpe nichten onderhouden. Soms verdiende je wat extra's met een schilderijtje, maar dat ging dan gelijk weer op aan je onstuimige minnaressen, die niet alleen van je fysieke hitsigheid wensten te genieten. Na al die kloosterjaren van seksuele onderdrukking was je een makkelijke, ongeremde, uitbundige prooi voor lustige, gewiekste, hebzuchtige, verkwistende vrouwtjes. Doordat je een knappe, innemende, zachtaardige en vrouwelijke man was, sprongen ze als hondjes op je schoot. Op je vijfendertigste schilderde je 'De Kroning van Maria' bij de nonnen van San Ambrogio, wat later in dichtregels is geëerd door Robert Browning. Je schilderde vele malen 'Maria en het Kind Jezus', net zo schoon als op de Russisch-orthodoxe iconografie. Je was duidelijk beïnvloed door Masaccio, maar wie niet, Michelangelo later ook. Je werd kapelaan van het klooster San Giovannino in Florence en je genoot van je seksuele vrijheid, want de begerige vrouwen bleven maar komen. Op je vijftigste schilderde je fresco's in de kathedraal Santa Margherita te Prato, wat je een hele eer vond en je veel schildergenot verschafte, je leefde je uit op Johannes de Doper, Sint Stephen en de dansende Salomé. Op een zonnige dag slenterde je wat voor de kloosterkapel, toen je ineens een schitterende vrouw ontmoette, de zeer beminnenswaardige Lucrezia Buti, de edele dochter van de gerespecteerde Francesco Buti uit Florence. Ze leefde sinds enige tijd bij enkele nonnen, die haar chaperonneerden, maar toen je haar als model voor de Madonna en Sint Margherita vroeg, hijgden de nonnenborsten van religieuze opwinding en zagen ze geen enkel bezwaar. Zodra je felbegeerde honnepon binnen handbereik was, heb je haar verleid en opgegeild en mee naar je huis genomen, waar jullie samen vol liefde opgingen in jullie seksuele lusten. Je was uiterst seksueel geprikkeld door haar, dit was nog nooit zo sterk geweest, en de protesterende nonnen hadden het nakijken, want Lucrezia aanbad je liefdeskunsten. Ze vertelde je dat ze zelfs door moeder-overste met lesbische intenties benaderd was en sommige nonnen gingen samen in de badkuip, omdat dat voordeliger was, maar Lucrezia wist wel beter. Je kreeg samen met haar een zoon genaamd Filippino, die net als jij een even bekwaam kunstschilder zou worden. Je werd de schildermeester van de eerbiedwaardige Sandro Botticelli en je schilderde 'De omhelzing', waarop we een verliefde man in burgerkleren zien, die in een kerk een aantrekkelijke non kust, terwijl ze quasi-afstotelijke handgebaren maakt. De laatste jaren van je enerverende leven bracht je door in Spoleto, waar je in de plaatselijke kathedraal levenstaferelen van Maria schilderde, waar het pausdom je grof voor betaalde, wat je aangename maaltijden met veel superbe wijnen opleverde, gedeeld met je beeldschone, supersexy Lucrezia, die je soms als de Moeder Gods zelf denkbeeldig uit haar volgespannen borsten liet drinken. 'Lekker voor kindje Jezus spelen!', dacht je dan zielsgelukkig. In de kathedraal werd je geholpen door Fra Diamante en Pier Matteo d'Amelia, terwijl je uiterst secuur te werk ging bij 'Christus, kroning van de Madonna', wat je helaas nooit zelf hebt kunnen voltooien, daar duivelse gedrochten je engelachtige wezen belaagden en vertrapten. De jaloerse familieleden van Lucrezia waren in hun eer aangetast, omdat jij als geestelijke met haar samenhokte, maar zij wisten niet dat de paus jullie huwelijksplannen goedgekeurd heeft, jij evenmin, daar het bericht nog onderweg was, toen je door valse ratten bent vergiftigd, deze menselijke gifslangen kenden geen genade en waren religieus zwaargestoord en seksueel zwaargefrustreerd. Anderen dachten dat er een jaloerse minnares in het duivelse spel was, maar gezien je zielenrust met Lucrezia tesamen is dat een misleidend, kwaadwillend fabeltje, door de ware daders verspreid. Fra Diamante voltooide je kathedraalschilderingen en je bent eervol begraven in diezelfde kathedraal, waar je de laatste intenties van je schildersbestaan hebt nagelaten.

Schrijver: Joanan Rutgers, 6 december 2011


Geplaatst in de categorie: schilderkunst

4.0 met 2 stemmen 143



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)