Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Spreekbeurt over een paard

Toen ik nog op de lagere school zat was ik een verlegen ventje. Meester Lageveld had de gewoonte elke leerling voor de klas te roepen om een spreekbeurt te houden. Hij gaf je dan een onderwerp op. Je wist nooit wanneer je aan de beurt was, want hij keek dan de klas rond en wees iemand aan en die moest dan de volgende dag voor de klas komen en vijf minuten spreken over een opgegeven onderwerp. Op een ochtend keek de meester, een lange man en keurig gekleed in een zwart kostuum met stropdas, over de leerlingen heen en zocht een slachtoffer. Het zweet brak bij mij uit als hij in mijn richting keek. In die tijd zaten de leerlingen met z'n tweeën naast elkaar in een schoolbank, waarin een inktpot was aangebracht.

Ballpoint had je toen nog niet en je leerde keurig schrijven met een pen, die je steeds moest indopen in de inktpot. Voor mij zat een meisje, haar naam weet ik niet meer, maar zij was de langste van de klas. Dat was mijn mazzel, want ik maakte mij zo klein mogelijk achter dat grietje om maar niet bij de meester op te vallen en vaak had ik geluk, want hij zag mij kennelijk over het hoofd. Had ik gedacht, want de meester wist natuurlijk heel goed, dat ik een verlegen ventje was en geen zin had een spreekbeurt te houden. Op een vrijdagmiddag sloeg het noodlot mij toe, want de meester stond voor de klas en riep keihard:
''Kees, ja jij achter in de klas, morgenochtend ben jij aan de beurt, je mag vijf minuten praten over paarden.''

''Daar weet ik niks van, meester. Hier in Amsterdam zie je nooit geen paarden, behalve dan van de schillenboer.''
''Dan praat je daar maar over'', zei hij.
De schoolbel rinkelde en de school ging uit. Toen was het nog zo, dat je ook op zaterdagmorgen naar school moest tot twaalf uur. Ik wist mij geen raad en was erg zenuwachtig. De meester had wel gezegd, dat ik op een papiertje enkele trefwoorden mocht schrijven en die tijdens mijn spreekbeurt mocht raadplegen. Een vreselijke toestand als de leerlingen naar je kijken en je door de zenuwen niets meer weet. Daar dacht ik steeds aan, want het was mij al een keer eerder gebeurd. Toen zat ik bij juffrouw Mulder in de klas en die had ook de gewoonte kinderen een spreekbeurt te laten houden. Wij moesten weerbaar zijn, had ze gezegd.

Ik mocht van haar over een zelfgekozen onderwerp praten en koos paarden en weet je waarom? Ik was net met vakantie geweest bij ome Piet en tante Aaltje, die een boerderij hadden, dichtbij Schagen. Ik was toen getuige van iets wat een grote indruk op mij heeft gemaakt. Het was prachtig weer en ik liep op het erf. Oom Piet kwam met een paard aanlopen en bleef op het erf staan. Even later verscheen op het erf een boer, ook met een paard en die ging me tekeer, niet mooi meer. Ik zag onder de benen van het paard iets langs hangen, zeker wel dertig centimeter. Wist ik veel wat het was, ze vertelde je nooit wat thuis. Ik dacht dat de paarden gingen vechten, want dat paard met dat ding onder zijn lijf begon als en krankzinnige te hinniken en sprong met zijn voorpoten op de rug van het andere paard. Oom Piet zei tegen mij:
''Maak dat je wegkomt, Kees.''

Maar ik was zo gebiologeerd van het gebeuren, dat ik bleef staan en naar de paarden bleef kijken. Het ging zeker niet zo goed, want ik zag, dat die andere boer, dat grote stijve geval met zijn handen beetpakte en in de kont van het andere paard duwde. Jezus, dacht ik, wat is hier aan de hand. Ik keek mijn ogen uit.
Dus moest ik van juffrouw Mulder een verhaal vertellen over paarden. Ik had alles gezien en dan is het niet zo moeilijk daarover te praten, je ziet het immers voor je. Ik dus vertellen aan de leerlingen wat ik had gezien en dat tegen stadskinderen. Wat moesten ze lachen, maar juffrouw Mulder werd me toch kwaad zeg, en zei:

''Hou op'', en ze duwde mij naar de hoek van het lokaal en moest daar blijven staan. Ik snapte er niks van, want oom Piet had mij later verteld, dat een hengst een merrie dekt om een veulen te krijgen. De juf kon daar zeker niet tegen en werd kwaad, vooral toen ik het over die paardenlul had.
Nou vermoed ik, dat meester Lageveld mij dat onderwerp over paarden had opgegeven om eens te horen hoe ik het nu vertelde. Die heeft natuurlijk het verhaal van juffrouw Mulder gehoord. Die hebben daar waarschijnlijk smakelijk om gelachen. Toen ik die zaterdagmorgen een spreekbeurt moest houden, heb ik niet over de hengst en de merrie gesproken, maar over het paard van de schillenboer. Ik bracht er niks van terecht en kreeg een vijf, maar ik had de meester wel mooi te pakken.

Schrijver: kees niesse, 22 oktober 2012


Geplaatst in de categorie: dieren

2.4 met 5 stemmen 245



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Hendrik
Datum:
22 oktober 2012
Email:
klaassens38zonnet.nl
Wat een kostelijk verhaal, Kees. Toen ik de laatste regels las, schoot ik onwillekeurig in de lach. Wat je hebt meegemaakt kun je altijd heel smakelijk en smeuïg vertellen. Daar geniet ik van.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)