Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Een boottocht

Mien zat achter de geraniums een sigaar te roken en loerde naar buiten om commentaar te leveren op voorbijgangers en Wouter schilde de aardappelen.
''De postbode komt eraan, ouwe.''
De huisbel rinkelde.
''Hij heeft een grote enveloppe in zijn hand, die jij effen open.''
Hij zette de mand met piepers op de grond en liep naar de buitendeur en opende die. De hem bekende postbode stond voor de deur.
''Goedemorgen mijnheer Jansen, ik heb een aangetekend stuk voor U. Wilt U hier even tekenen.''
Wouter zette zijn handtekening en wenste de postbode nog een fijne dag en ging naar de huiskamer.
''Van wie is die brief ouwe, toch weer geen bekeuring, hé?''
''Krijg nou wat, het is een brief van het Ministerie van Sociale Zaken uit Den Haag. Hij opende de enveloppe en las de brief met stijgende verbazing.

''Hoe is het mogelijk darling, we zijn uitgenodigd door Sociale zaken voor een boottocht op het IJsselmeer, omdat we al dertig jaar een uitkering hebben en we mogen twee personen uitnodigen om mee te gaan. Er zitten ook nog acht consumptiebonnen in de enveloppe, wat leven we toch in een fijn land hé, darling. Zal ik Wim en Alie vragen of ze mee willen.''
Na een telefoontje waren ze natuurlijk van de partij. De dag van vertrek was aangebroken. Spoedig vonden ze de salonboot, de Geus. De loopplank was nog niet neergelaten, maar nog meer genodigden werden verwelkomd door de minister en een orkest speelde gezellige zeemansliedjes.

De kapitein kwam uit zijn hut en gaf een matroos opdracht de loopplank neer te halen. Jonge matrozen hielpen de ouderen de loopplank op en konden plaatsnemen in de gezellig ingerichte zaal. De in uniform geklede kapitein, voorzien van een grote zwarte snor hield een hartelijk welkomstwoord en de gasten werden getrakteerd op koffie met slagroomgebak. Het orkest was ook aan boord gekomen en speelde weer gezellige deuntjes, en dat maakte Wouter zo vrolijk, dat hij een dansje maakte. Minister de Geus deed als slagwerker mee in het orkest en ramde er flink op los. In de pauze nam de minister het woord en kondigde aan, dat hij zou zorgen voor de warme hap van zuurkool met worst en gortepap toe. Hij kreeg een oorverdovend applaus. De tafels stonden al gauw vol met grote glazen pils, wijn en jajem. De stemming zat er goed in en iedereen zong uit volle borst mee, vooral Wouter en Wim.

Toen Wim plotseling het vaderlandse lied Potje met Vet begon te zingen stak de minister zijn duim omhoog en begon ook luid mee te zingen. Ook de kapitein en het bedienend personeel zongen luidkeels mee. Voor Wouter was dit lied ondraaglijk en snelde hij met grote passen naar het toilet om te gaan kotsen. Ondertussen vroeg een jonge blonde dame de aanwezigen om stilte, want het spel, bingo zou gespeeld worden. Inmiddels was Wouter opgeknapt en ging naast zijn vrouw zitten. De minister riep de cijfers af. Mien riep met een bulderende stem, ''BINGO''.
Een vrouwelijke matroos bracht wat ze gewonnen had, namelijk een muizenval. Ze keek beteuterd naar de prijs en zei: ''Wat heb ik daar nou aan?''

Nu had Wim bingo en won een hometrainer. Weer had Mien geluk had en won een pond oude kaas.
''Voor de muizen'', riep haar man. Ze keek hem vernietigend aan en pakte haar grote tas en haalde er een schoenendoos uit en haalde de deksel er af. Meteen sprongen twintig getrainde witte muizen uit de doos om chaos te veroorzaken. Een hevig tumult volgde, vrouwen sprongen op de tafels en stoelen en begonnen hevig te gillen. Zelfs een man met een houten poot kreeg het voor elkaar om boven op een tafel te komen. De kapitein zag het gebeuren met lede ogen aan en gaf het orkest opdracht het Wilhelmus te spelen. Dat hielp, de rust keerde terug en ook de muizen wisten, dat ze bij het Wilhelmus terug moesten keren naar de schoenendoos, dat was hun geleerd.

De woedende kapitein had gezien van wie deze doos was en liep naar Mien toe en wilde de doos afpakken, maar bij de grote Mien lukte dat niet. Nadat de minister de zaak had gesust liet de kapitein haar de doos houden en iedereen ging aan tafel voor de warme hap. De kapitein die schuin tegenover Mien zat stak af en toe zijn tong naar haar uit, waarna Wouter tegen de kapitein riep:
''Doe niet zo kinderachtig man of ken je niet tegen je verlies.''
Toen gebeurde het: Tijdens de rel om de doos was het een muisje gelukt de doos te ontsnappen en klom onder een broekspijp van de kapitein en klom naar boven tot in zijn onderbroek. Nou, dat had je moeten zien. De kapitein sprong op zijn stoel en liet zijn broek zakken tot vermaak van de aanwezigen. Wouter was vliegensvlug bij de kapitein en wist het muisje te pakken. Bij terugkomst in de haven werden Wouter en Mien door de politie bekeurd wegens het veroorzaken van wanorde.

Schrijver: kees niesse, 24 februari 2013


Geplaatst in de categorie: reizen

2.0 met 2 stemmen 133



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)