Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Ik moet bouten als een paard

Eindelijk regenbuien en koeler. Blijer kan de natuur me niet maken. Mijn hond Max keek ook vrolijk naar me, en zei:
''Gelukkig niet zo warm meer, hé baas.''
''Ik heb vannacht raar gedroomd, Max.''
'''Ja dat klopt baas, ik hoorde je steeds 'dank, u zeggen.''
''Het zit zo lieve hond, wij liepen avonds laat op het pad naar het bos toen er plotseling iemand achter ons liep.

Een lange slanke man tikte op mijn schouder en toen ik mij omkeerde schrok ik mij kapot, want in het beetje maanlicht herkende ik de minister president en die mag ik graag. Gelukkig hield jij je koest, Max. Ik viel bijna achterover van verbazing, want de president gaf mij tien briefjes van honderd euro. Had ie mij nog beloofd, zei hij. Een rare droom hé?
Toen ik vanmorgen wakker werd lagen er inderdaad tien bankbiljetten van honderd euro onder mijn kussen, maar dat was mijn AOW.''

''Baas, ik ga steeds meer denken, dat je niet tof bent.''
''Zeg gekke hond, bied je excuus aan, ik ben niet gek. Met excuus en sorry kom je in dit land ver, maar niet voor de kleine man, die moet betalen. Ik ga koffie zetten en daarna laat ik je uit, kan je op je gemak bouten tegen een boom.''
Het regende nog steeds en het begon te stormen. Ik keek naar buiten. Tot mijn grote verbazing zag ik Krelis, de burgemeester van dit gat, aan komen fietsen.

Zeker weer gevlucht voor zijn wijf, dacht ik. De huisbel rinkelde. Waarom moet hij bij mij zijn, dacht ik. Ik opende de buitendeur. Daar stond hij, een al oudere man met lang grijs haar.
''Goedemiddag Kees, mag ik binnenkomen, slecht weer, hé?''
''Komt U binnen, de koffie is bruin.''
Ik pakte de regenjas van de burgemeester aan en hing die aan de kapstok en begeleidde hem naar de huiskamer, waar hij plaatsnam aan de grote tafel.

''Wilt u een kopje koffie, burgemeester?''
''Ja lekker, heb je er een cognacje bij? Met dat pokken weer ben ik altijd verkouden.''
''U hebt toch een dienstauto, maar wie gaat er nou fietsen met dit slechte weer.''
''Mijn wijf heeft vannacht na hevige bonje de auto meegenomen. Ze wil van me scheien, dat kreng. Ik kom voor het volgende Kees, ik heb weer last van ratten. Volgens mij komen ze van het autokerkhof naast mijn huis. Wil je me helpen ze uit de weg te ruimen. Vanmorgen vroeg zat er één op de aanrecht mijn brood op te eten.''
''Natuurlijk burgemeester, ik ga straks met u mee.''

''Je bent een fijne kerel. Helaas is het mij niet gelukt, je uitkering en zorgtoeslag te verhogen, want die hufters op het stadhuis hadden me door. Ik geef je wel wat poen uit mijn eigen zak, want ik verdien toch genoeg. Marleen houdt het met die dikke graaf, een eersteklas patser. Hij had een grotere, had ze tegen mij gezegd. Ik houd nu geld over, nu mijn wijf van me af wil. Al mijn geld gooide zij over de balk aan kleding, uitgaan en drank en abnormale grote hoeden.

Ik heb wel een fout gemaakt, Kees. Mijn twintigjarige secretaresse Chantal bood mij aan bij mij in te trekken en het huishouden te doen. Ik vond dat goed, het is een aardige meid. Haar slaapkamer was naast de mijne. Ik lag nog niet in mijn nest, of ik hoorde haar al mijn slaapkamer in komen.
Mag ik bij je leggen, vroeg ze. Ik stemde toe. Ze kroop dicht tegen me aan. Ik had het niet meer. Ze was gauw warm en duwde haar grote tieten tegen me aan.''
''Wat een mazzel burgemeester, zoiets maak ik nooit mee. Die mokkels weten precies waar het geld zit.''

''Je hebt gelijk, het was fout van mij, maar je bent een kerel en zo'n lekker mokkel naast je is ook niet gek. Ik kwam natuurlijk zwaar slaap tekort. Tijdens de vergaderingen in het stadhuis zat ik soms zo stom te kletsen, dat de raadsleden maar naar de kroeg gingen. Ik dacht steeds aan die heerlijke nachten met Chantal, want die lustte er pap van, zei ze steeds. Ik heb haar nu ontslagen, maar ze verdomd het mijn huis te verlaten. Wil jij haar een tijdje in huis nemen, goed voor je gezondheid?''

''Sorry burgemeester, dat gaat niet. Ik ben 84 en joepie weigert omhoog te komen. Ik ben blij dat ik het leven heb. Ik ben nu getrouwd met mijn rollator.''
''Jezus Kees, dat is ook wat. Oud worden is ook niet alles. Wil je het niet één nachtje proberen, Kees. Dat mokkel maakt alles was slap is weer stijf. Wat ben jij een gezochte zeg. Nou dan ga ik maar weer, want ze hebben een vergadering belegd over mijn functioneren, de zakkenwassers. Bedankt voor de koffie en borrel. Kom je morgen effen langs, de borrel staat klaar. De mazzel.''
''Komt voor zijn roodkoperen, burgemeester, doei.''

''Baas, kom gauw, ik moet bouten als een paard.''
''Ik kom eraan, effen mijn zuidwester opzetten.''

Schrijver: kees niesse, 13 juli 2015


Geplaatst in de categorie: algemeen

3.0 met 1 stemmen 50



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)