Vleugellam
Hij had van het ongelukkige ongeval gehoord en dus was de duif even bij de uil langs gegaan, om hem eventueel enige troost te bieden. In ieder geval om hem te zeggen dat hij met hem meeleefde.
De duif had gehoord dat tijdens z’n vlucht er een dode tak precies op z’n vleugel was terecht gekomen en de uil daardoor vleugellam was geworden.
‘Ach duif, heel aardig van je dat je je medeleven toont, maar jij kunt verder niks voor mij doen. Jij kunt geen muizen of iets dergelijks voor mij vangen. Dus is het gewoon even afwachten of ik ooit weer kan vliegen. Het heeft zijn tijd nodig en ik weet niet of ik die wel genoeg krijg. Ik weet überhaupt niet of het geneest.’
De duif, het was zo’n heilige witte, kon alleen maar zeggen dat hij hem, mede namens de aartsengel Chamuël, vrede en liefde bracht en hoopte dat dat iets voor de uil zou kunnen betekenen.
De uil zei dat hij dat hogelijk waardeerde: ‘Beter dan dat van sommige anderen die weinig of niets meer van zich laten horen terwijl ik er anders regelmatig contact mee had.
De grote Oehoe, ons grootse familielid heb ik een paar week geleden nog gesproken en nu doet hij net of ik melaats ben. Hij vliegt langs en groet even met een jolig joehoe joehoe, en weg is ie - gevlogen. Voorheen kwamen er velen langs voor advies en ik probeerde ze altijd van dienst te zijn. Maar de meesten hebben helemaal niet op mijn berichtje, omtrent mijn ziek zijn gereageerd.
Mijn neef de steenuil, die een hart van steen blijkt te hebben en het niet kan opbrengen om te vragen hoe het er mee gaat.
De ransuil die van lekker schransen houdt, zou mij toch best wel eens een muisje kunnen brengen – kleine moeite toch? En de kerkuil zei voor mij te zullen bidden. Maar verder hoor ik weinig van hem.
De velduil was en is in geen velden of wegen te bekennen.
Toch hebben er een paar neefjes bosuil, waar ik verder geen tot weinig contact mee heb spontaan aangeboden mij eventueel te willen helpen.
Kijk en dat doet me nou dan weer goed. Hun pa, de oude bosuil wil ook wel, maar is gewoon te oud om te helpen.
Ach weet je het gekke is dat die dieren waarvan je het niet verwacht, dat die nou juist wel degelijk erg meelevend zijn en hulp bieden. Soms even dat zeggen waaruit blijkt dat ze echt aan je denken.
In nood leert men zijn vrienden kennen zeggen ze wel eens, en ik denk dat dat niet ver bezijden de waarheid is. Rare vogels zijn wij, we lijken soms toch wel veel op mensen, die vaak ook langs elkaar heen lijken te leven.’
De duif schudde meewarig zijn kopje en wist dat het uiltje misschien wel gelijk had.
Inzender: C.A. de Boer, 10 juni 2021
Geplaatst in de categorie: ziekte