Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Het Golfballetje

Vorige week maandag even naar het dorp gewandeld voor een boodschapje. Kwam ik langs de woning van familie S. Hij is directeur van een of andere grote beleggingsmaatschappij en z’n vrouw runt zeer verdienstelijk een accountantskantoor. Ach waarom vertel ik dat eigenlijk, vraag ik me af. Nou, houd ik mezelf voor, gewoon om te laten zien dat het in bepaalde opzichten ook maar gewone mensen zijn.

Goed, ik liep langs hun schitterende woning. Mooi iets van de weg af gelegen, met een beboste voortuin. De woning oogt daardoor bescheidener dan hij in werkelijkheid is. Hier blijkt weer de charme van het wandelen. Je ziet en ervaart de omgeving veel beter dan in een auto of op een elektrische fiets of waar ik veel jonge jeugd de laatste tijd op voorbij zie scheuren – elektrische steppen.

Nogmaals ik liep er langs en plotseling zag ik in hun voortuin, vlak achter het kniehoge muurtje wat de afscheiding van hun perceel met de weg aangeeft, een golfballetje liggen.
Hé, dacht ik een golfballetje. Dat is leuk, ik raapte het op en bekeek het eens goed. Zo vaak krijgt onze soort mensen immers niet een golfballetje onder ogen.
Daarna bedacht ik – natuurlijk, dit soort mensen speelt golf, ook al is het alleen al voor de contacten. En vermoedelijk niet bij de volkse golfclub in Roden, maar het zou me niet verbazen dat ze in zo’n club als in Glimmen hun spelletje spelen. Daar word je eerst nog door een ballotagecommissie gewogen. Het heeft natuurlijk z’n voordelen, dan kom je geen omhoog gevallen boerenpummels tegen en dus is het zinvoller om daar je contacten op te doen.

Dit soort rare gedachten besluipen mij. Ik loop verder met het balletje in mijn hand en bij hun brede oprijlaan, richting hun parkeerplaats bedenk ik om het balletje maar richting de drie daar geparkeerde Mercedessen te mikken.
Tenslotte is het hun balletje. Misschien hebben hun kinderen, die ik een kwartier geleden van het erf af zag scheuren op hun stepjes, er wel een hele poos naar gezocht. Wie weet hebben die gewoon een beetje midgetgolf gespeeld. Het balletje had ik rechts van de drie Mercedessen gerold, zo zien ze hem wel liggen, bedacht ik.

Vrijdagmorgen vond ik het plaatselijke bokkenblad in de bus. Meestal verdwijnt die, nadat ik er een blik op geworpen heb, gelijk in de papierbak. Maar nu trok de voorpagina mijn aandacht. Met grote letters stond er, dat meneer S., directeur van een beleggingsmaatschappij (typisch zo’n toevoeging van een bokkenblad, want wat doet dat er toe) lelijk was gevallen. Hij was op een golfballetje gestapt en half achterover op z’n rug geklapt.
De man lag met een flinke hersenschudding, gekneusde ribben en een gebroken sleutelbeen in het ziekenhuis.

Verdorie dacht ik – ik overdenk mijn handelen nog weleens, dat zouden er trouwens meer moeten doen – hij zal toch niet over mijn (hun eigen) daar heen gerolde golfballetje zijn gevallen?
Ik had het balletje rechts van de auto gerold en de beste man was bij instappen onderuit gegaan.

Een schuldgevoel overviel me – wat te doen, moet ik het vertellen of niet. Even overdenk ik (alweer) het gehele gedoe en besef dat de man links in de auto probeerde te stappen – daar had hij ook kreunend gelegen en ik had het balletje rechts van de auto gegooid; het was daar ook stil blijven liggen. Wat te doen? Na het een en ander te hebben overpeinsd heb ik gemeend maar niets te zeggen.
Ik had immers met de beste bedoelingen het balletje hun erf opgerold en misschien had een kraai of een ekster of zo gedacht: hé, een ei, die is voor mij en het balletje aan de andere kant weer laten vallen, toen hij in de gaten had dat het geen normaal ei was. Of misschien heeft de wind het balletje verplaatst.
Bij deze heb ik mij onschuldig gepleit, want laten we eerlijk wezen, mocht ik het hebben gemeld, dan had ik met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid een advocaat van de verzekeringmaatschappij van de familie S. op de stoep gehad, die vermoedelijk een fikse schadevergoeding had geëist. En met een beetje pech zou ik dan mijn eigen bescheiden stulpje hebben moeten verkopen. Want dit soort mensen heeft vaak heel goede advocaten tot hun beschikking, waar geen enkele Pro Deo advocaat tegen op kan.

Ach bedacht ik nog, hoe is het mogelijk – wat een pech. Dat zoiets zulke bijzondere mensen overkomt. Aan de andere kant moest ik constateren dat bijzondere mensen in bepaalde opzichten dus ook maar gewone mensen zijn.

Schrijver: catrinus
Inzender: C.A. de Boer, 28 mei 2022


Geplaatst in de categorie: overig

3.7 met 3 stemmen 133



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)