Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Mijn vriend Harry

De laatste keer dat ik mijn vriend Harry zag, was op dat feestje bij de eerste minister. Mijn vermoeden dat hij niet aan de kost kwam als hondenkapper (wat hij altijd beweerde) werd daar bewaarheid. Ik verdacht er hem namelijk al lang van een spion te zijn. Welnu, toen ik hem op dat feest een onderbroekendans met de eerste minister zag uitvoeren, viel me meteen het draadje op dat uit zijn gulp stak. Dit zit niet snor, dacht ik. Met de nodige discretie verdween ik met de vrouw van de premier in haar slaapkamer en liet me, om veiligheidsredenen, volledig door haar uitkleden. Toen ze er zeker van was dat ik geen elektronische apparatuur op mijn lichaam verborg, kropen wij onder de lakens.

'Mevrouw,' zei ik, terwijl ik zenuwachtig haar linkertepel kneedde, 'mevrouw, het land is in gevaar. Harry heeft iets uit zijn broek hangen.'
'Goeie God,' Mick...' kreunde ze, terwijl ze zich angstig tegen me aandrukte, 'Harry, of all people... Harry?'

Ik knikte. Ze barstte in huilen uit.

Verdorie, dacht ik, zo dadelijk gaat ze me nog opbiechten dat ze met Harry al eens een vertrouwelijk gesprek heeft gehad. Over de meest efficiënte vlooienband, of hoe je je hond snel gootzindelijk kunt maken. Ik mag er niet aan denken dat de pers daar weet van krijgt!

Ik liet haar wat snotteren en bedacht ondertussen hoe ik mijn land van dienst zou kunnen zijn. Moest ik Harry zelf aanpakken? Eerlijk gezegd was ik daar wel een beetje benauwd voor. Hondenkappers zijn vuile vechters. Alhoewel, nu hij in zijn onderbroek stond, was het gevaar klein dat hij me met een tondeuse of een bus haargel te lijf zou gaan.

Nee, beter was het om anderen dat gore zaakje te laten opknappen.

'Mevrouw, mevrouw!' riep ik onder het laken, 'Hou daar eens mee op, ik moet even uw telefoon gebruiken.' Met tegenzin stopte ze met op mijn tenen te zuigen. Zoals wel vaker voorkomt bij vrouwen van middelbare leeftijd, die te vroeg van de moederborst werden weggerukt en op latere leeftijd een onbevredigend seksleven hebben (de premier houdt van vluggertjes) moest ze eigenlijk altijd iets in haar mond hebben.

Ze dook op met haar duim in haar mond.

'Hier, neem een muntje', zei ik. Voor noodgevallen heb ik er altijd enkele bij.

Dat telefoontje was vlug gepiept. Vijf minuten later belde de wijkagent aan met de vraag of er soms spionnen in onderbroek op het feest waren. Harry ging meteen door de knieën en bekende alles. De oliecrisis, de smokkel van kruisraketten, het stelen van de kerstboom uit de voortuin van Eddy Wally, het failliet van de metaalsector en de hijgtelefoontjes naar de dochter van de bakker. Maar nog was de wijkagent niet tevreden.

'Beken, schorem!' siste hij. Hij had waarschijnlijk teveel naar Amerikaanse politieseries gekeken, want hij kreeg grote zweetvlekken onder zijn armen en sprak met een vreemd accent.

'Beken dat je van Emi een ei gestolen hebt!' Emi was een struisvogel. Pas een jaar nadat de wijkagent ze had gekocht, legde ze eindelijk een ei. Maar nog voor hij het ding kon verzilveren, werd het uit de broedbak onder zijn bed gestolen. Sindsdien liep alles mis. Zijn huwelijk op de klippen (Anna ging er met een zigeuner vandoor en legt nu Tarotkaarten aan de Middellandse Zee), Emi weg (waarschijnlijk verliefd geworden op een boerenpaard dat haar het hof maakte), alles, alles liep fout. Nu ik er aan denk: hij werd ook geschorst wegens milieuoverlast (hij waste zich niet meer), zodat hij eigenlijk geen agent meer was.

Hoe dan ook, zijn methode was heel effectief. Harry was inderdaad de ontvreemder van het ei.

'Ik heb het aan een vrouw gegeven', bekende hij snikkend.
'Aan wie, aan welke vrouw?'
'Aan de first lady.'
'Die van de Verenigde Staten?'

Harry knikte.

Ik besefte plots dat hier een knikker aan het rollen werd gebracht waar heel wat stront aan zat.

Ik greep naar mijn voorhoofd. Hoe kon ik nu zo stom zijn? Natuurlijk, ik had het moeten zien aankomen. De hondenkapperszaak. Wie kwam vorige week, tijdens de kermiskoers "Om ter eerste rond de kerk, wie er wint die krijgt er werk", uitgeschreven door het ministerie van tewerkstelling, doodleuk met haar witte poedel binnenwaaien? En dat terwijl de hele wereld weet dat ze alleen een kat in dat Witte Huis hebben? De first lady! Ik herinner me nog goed hoe ze binnen kwam. Ik las de krant en zij had een roze hoed op waar "Bill forever" op stond. In haar vrije linkerarm droeg ze een mandje met het opschrift

TOP SECRETS FROM ( )IUM.

Haar topadvocatenhand hing nonchalant over enkele letters, zodat ik niet alles kon lezen. Op dat ogenblik, daar ben ik zeker van, was het mandje nog leeg. Maar toen ze met die phony pet terugkwam (met zijn haar in de war!) puilde het uit en lag er een doek over.

Ik nam de eerste minister terzijde.

'Meneer de minister,' zei ik, 'kan ik u even spreken?' Aan mijn ernstig gezicht zag hij dat het menens was. Hij trok inderhaast zijn broek terug op en volgde me naar het toilet.

'Zing wat', zei ik toen we in de kleine ruimte samengeperst stonden. 'Zing. De muren hebben oren.' Hij bleef stom kijken.

'Microfoons,' fluisterde ik, 'overal... zelfs achter uw bed, ter hoogte van het nachtlampje, vertrouw niemand, meneer de minister, niemand... en zing nu, zing!'

Hij zoemde een aria uit "La chipolata" van Rastavitchow (het andante met die mooie strijkpartij) terwijl ik hem de situatie uitlegde.

'Kijk, het zit zo. Ik zal niet in detail gaan, maar in hoofdzaak komt het er op neer dat een schandaal met een struisvogelei de internationale betrekkingen danig in de war kan sturen. Onze NAVO- bondgenoten zullen ons verwijten dat we onze eieren en geheimen niet goed genoeg bewaren.'
'Dat begrijp ik.' (Elke keer dat hij iets zei zette ik de aria naadloos voort).
'En bovendien, meneer de minister, staat Bill op het ogenblik nogal zwak in de senaat. Het feit dat zijn vrouw Belgische zuivelproducten importeert en zo de binnenlandse markt torpedeert, zal zijn imago zeker schaden.'
'Wat stelt u dan voor, meneer...?'
'Zeg maar meneer, voor uw eigen veiligheid', bromde ik.
'Goed, meneer, wat stelt u voor dat we doen?'
'Harry kan zijn mond voorbijpraten. We zullen hem ofwel moeten uitschakelen, ofwel moeten afkopen. Ik stel voor om hem naar onze kant te lokken. Geef hem een aandeel in Belgische chocolade, dat zal hem wel zoet houden. Nu, wat betreft de wijkagent, die vormt een groter probleem. Hij is erg labiel, ziet u. Sinds zijn ei en zijn vrouw verdwenen. Hij zal alleen zwijgen als hij dat ei terug heeft.'
'Komt in orde. Ik telefoneer even naar Australië, ik heb daar nog enkele relaties in de struisvogelfarms. Maak u niet ongerust, dat komt dik in orde. Ik zorg voor een perfecte replica.'

Zoals gezegd, was het bij die gelegenheid dat ik Harry voor de laatste keer zag. Toch blijf ik met vele vragen zitten. Harry werd geboeid weggebracht door de afgedankte wijkagent. Maar die beweert dat Harry onderweg met een smoes (de oude "Ik zou even moeten"-smoes) wist te ontsnappen. Heeft hij werkelijk zijn aandeel in Côte d'or ontvangen? Is hij daarmee misschien een hondenkapperszaak begonnen ergens in een Cubaanse achterbuurt? Of heeft de Belgische staatsveiligheid hier iets mee te maken? Ik kan u wel zeggen dat ik sindsdien erg slecht slaap.

... Dit spionageverhaal speelt zich af in de tijd toen de Amerikaanse president nog Bill heette. Ik neem aan dat de Belgische staatsveiligheid me na meer dan twintig jaar niet meer zal vervolgen wegens het onthullen van gevoelige informatie waarin de fratsen van de toenmalige premier, een struisvogel en een hondenkapper aan het licht worden gebracht. Uit privacy-overwegingen zijn de werkelijke namen en gebeurtenissen ingrijpend veranderd, waardoor veel, zo niet alles, aan de verbeelding van de lezer wordt overgelaten. ...


Zie ook: https://sites.google.com/view/julesgrandgagnage

Schrijver: Jules Grandgagnage, 5 januari 2024


Geplaatst in de categorie: humor

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 12



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)