Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Schertsverhalen 4. Schets op weg naar Ben. Waar begint de fictie?

"Schertsverhalen", Deel 1 en 2 spelen zich af in 2003. In Deel 3 werd ik op het bestaan van Ben geattendeerd door Leen Snikkelorem, gerenommeerd kleinveefokker, die ik interviewde voor een hobbyblad. Ben van 't Padje (zoals hij hier voluit heet) is in zekere zin ook hobbyfokker. Hij heeft namelijk zijn zaad gedoneerd aan twee (achteraf onbetrouwbaar gebleken) zwanglustige lesbiennes.

U kunt het personage herkennen uit mijn eerdere verhalen. Hij Is een gezegende verhalenverteller, die jammer genoeg die bizarre verhalen nooit heeft gepubliceerd. Dat deed en doe ik dan maar voor hem. Ben vindt dat allemaal best en commentarieert nuchter: "Er is toch geen mens die je gelooft!"…

Dat twee mensen één verhaal (of meer) kunnen samenstellen wordt gedemonstreerd door de bekende Baron Von Münchhausen en de Duitse schrijver Rudolf Erich Raspe. De avontuurlijke baron droeg verhalen los uit de hand voor in gezelschap. Opschrijven was er niet bij. Die absurde vertellingen kennen wij doordat ze door meneer Raspe zijn opgetekend. De verhalen tonen aan dat fictie geen grenzen kende.

Als je er goed over nadenkt zijn Bens wederwaardigheden bijzonderder dan die van de baron. Om de eenvoudige reden dat die van Ben authentiek zijn. Maar bij eerste aanblik lijken ze fictief. Het kan nooit zo zijn gebeurd zoals door hem beschreven (denkt de lezer)… Ik presenteer ze ook als fictie, juist omdat de lezer een serieuze versie toch niet gelooft. De door mij beschreven moreel verwerpelijke personages rond Ben kunnen vast niet echt bestaan (denkt de lezer)… Al dan niet opgeleukt.

Ironisch genoeg geloofden twee opsporingsbeambten van Justitie wel in de authenticiteit van mijn mallotige vertellingen. Niet gehinderd door enig gevoel voor humor besloten ze mij aan te klagen wegens smaad en laster. De trouwe lezer herkent het. Die vervolging is trouwens het beste bewijs dat mijn minder flatteuze beschrijvingen van misdragende personages correct zijn.

Ze zijn respectievelijk een politieman en iemand van het OM. Een mooi stel, dat in hun vrije tijd vrijwilligerswerk verrichtte als de CliniClowns Jostie en Rietje. Die zijn ook niet leuk. Die twee hadden iets met elkaar en samen hadden ze weer wat met twijfelachtige typetjes in mijn verhalen. Zij herkenden althans de gekke tante uit de familie of de onbetrouwbare zwager, die soms op vrije voeten was. Bens beschrijvingen veroorzaakten (via mij) onrust in hun families. Dus het was zaak om mij de mond te snoeren. Hun geplande proces tegen mij is trouwens niet goed van de grond gekomen door een opeenstapeling van juridische blunders. Jammer, want ik had zoiets nog nooit meegemaakt. Maar laten we eerlijk zijn dat geldt ook voor doodgaan.

De kans voor een plaatsje in een lijstje met collega criminelen zoals Willem Holleeder en Ridouan Taghi lijkt daarmee verkeken. Aan de andere kant heb ik nu tijd over om mij juist wel bezig te houden met een unieke slechterik van wie ik niet hoeft te vrezen dat hij mij een proces aandoet. Jazeker: Ben. Het beeld dat in de omgeving van Ben van hem wordt geschetst is schrikaanjagend. Verborgen voor de buitenwereld zou Ben een liederlijk leven hebben geleid. Voor een loslopende zondagschrijver aanleiding om daar eens in te duiken.

Na deze vier afleveringen van Schertsverhalen met de tot nog toe vaag gehouden figurant Ben wordt hij de spil waar omheen de komende verhalen draaien. Bereid u voor op Ben 1 tot en met Ben 100+ of haak tijdig af als u niet van satire houdt.

Vervolg: Ben 1 "Waar begint de realiteit?".


Zie ook: https://verhaalhalen.jouwweb.nl/

Schrijver: harrem
6 april 2025


Geplaatst in de categorie: filosofie

3.0 met 1 stemmen aantal keer bekeken 87

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)