Ben 14. De tuinbroekenbrigade
De geharde lezer komt het volgende vast bekend voor. Dit wordt een sterk ingekorte versie van het originele verhaal in Rare Portrettengalerij (https://short-link.me/122vn). Ouwe koek dus, verse inzichten. Niet geschikt voor gevoelige zielen, maar voor wie van huiververhalen houdt is het amusant. Waarschuwing: eerdere publicaties leidden tot een aangifte tegen de auteur wegens smaad en laster. Beledigd waren humorloze medewerkers van Justitie, die heel toevallig zwaar familie waren van de hieronder bloemrijk beschreven dames. Vanuit hun gerieflijke positie was een aanklacht zo in elkaar gedraaid, waar u en ik een lange aanloop moeten nemen.
Niks niet vriendjespolitiek; zij beschouwden zichzelf als deugdzame strijders voor het fatsoen. Zo hadden we daar recherzeur Jostie Flessentamboer en zijn vrouwtje, deuggleuf Rietje Buigsaem. Die deed iets op het Openbaar Ministerie en mocht aangiften uitschrijven.
Heel stomtoevallig was zij ook de dochter van de zaadzoekende dames Ankie en Katlien, die op de site Rare Portrettengalerij een ereplaats bekleden. Die hadden gebruik gemaakt van die idiote Ben, aan wie een serie is gewijd. Verrassend kan het niet meer zijn: Rietje is een donorkind en niet te beroerd om haar biologische vader een kooltje te stoven. Door zijn biograaf aan te klagen hielden beide heren hun klep. Dan stopt het hinderlijk verspreiden van de waarheid.
Ik kon mijn nieuwsgierigheid naar al die normale familieleden en kennissen van Ben niet bedwingen. Dus onderzoeken die hap! Laten we hen "de normalen" noemen. Tot mijn verbijstering kwam ik bij mijn onderzoek terecht in een lusthof van mallotige gebeurtenissen. Met daarin figurerende personen die leken op ggz-patiënten met proefverlof. Ik begin met de twee moeders van Rietje:
De hoofdmoeder en het bijloeder, zal ik maar zeggen. Stomme Harrem, zit je weer te wachten op een aanklacht? Oké dan, ik maak er de meeloophoeder van. Volgens hun eigen beschrijving waren ze een stel: Ankie een gedrongen propje en Katlien een lange lijs. Het leek erop, dat ze hetzelfde door ratten afgeknaagde stormkapsel hadden. Mocht je twijfelen aan hun activistische instelling dan overtuigden je wel de tuinbroek tot aan de kin en het stoere rondstampen op soldatenkistjes.
Zij waren late twintigers, die de biologische klok hoorden tikken. Na diverse mislukte en dure pogingen hadden de dames in het homomilieu rondgeshopt op zoek naar een vrijgevige donateur van zaad. Maar de heren homosuwelen, nooit te beroerd zaad te storten, kwamen nu niet in actie. Zoals Ankie hen bekritiseerde: "Ik heb zoiets van… wat maken die kerels zich druk over een enkel zaadje".
Een - op zichzelf al gênante - krantenadvertentie van Ben van ‘t Padje waarin hij zich aanbood als fokman bood de oplossing. Een eerste ontmoeting was zo geregeld. Het daaraan voorafgaande overleg tussen de dames zou als volgt kunnen zijn verlopen. Let op de taalbloempjes, speelse bewerkingen van de originele woordkeus:
Ankie: "Die advertentie, hè! Ik had zoiets van… Dat is de zaaddonor die we zoeken. Hij woont lekker ver weg. Dus de kans dat ons kind hem tegenkomt is vrijwel nul. En ik heb ook nog zoiets van… gelukkig dat hij al zo oud is"
Katlien: "Precies! Ik had ook zoiets van mooi dat hij niet heel lang meer leeft. Dan hoeft ons kind hem niet per ongeluk tegen te komen"
Ankie: "Ja precies ja! Ik had gelijk zoiets van… die heeft nog te weinig tijd over om contact met zijn donorkind te hebben".
In het eerste telefonische contact met Ben ontpopte Ankie zich als vaste woordvoerster:
Ankie: "Hallo, met Ankie en Katlien. Wij hadden zoiets van… dat we maar eens moesten afspreken".
Wat er daarna allemaal gebeurde, is met geen pen te beschrijven. Maar ik heb het toch maar gedaan zij het met een toetsenbord. De slimme lezer zou op dit punt denken: "Godsamme, iemand gaat er met open ogen in trappen. Ben kan net zo goed blind daten met twee steenrijke Nigeriaanse prinsessen …”. Succes verzekerd!
Bezorgde lezer, dit is nou juist zo intrigerend aan Ben. Is hij nu oliedom of is hij een hulpvaardig medemens. Bij hun kennismakingsgesprek droomden de dames met verlangende blikken weg toen ze hem de ideale zaaddonor beschreven. Het liefst hadden ze een onbekende bekende donor. Dat ziet er raadselachtig uit, naar zij bedoelden dit: nadat hij zijn kwakje had ingeleverd moest hij aan zijn stutten trekken. Foetsie, weg wezen en nooit meer ergens opduiken... Maar wel met achterlating van zijn gegevens voor het geval dat...
Nou “heb ik ook zoiets van” dat de dames goed vooruit hadden gedacht. Complimenten! Want zo'n donorkind zal bijvoorbeeld een nieuwe nier nodig hebben van een uniek weefseltype. Zo eentje als van de donor… Indien dat een onvindbare donor is, heeft u nu uw eerste griezelverhaal te pakken.
(Opm. De slotzinnen zijn gebaseerd op een authentieke casus in 2024 waarin een jonge patiënt te laat aan een verwante stamceldonor kwam.)
Zie ook: https://verhaalhalen.jouw...portretten-galerij.jouwweb.nl/
Schrijver: harrem, 7 juli 2025
Geplaatst in de categorie: familie