Over werk (4)
Naast de categorie werk, die toch enig tastbaar resultaat oplevert, is er het zinloze werk. De verrichting van puur zinloos werk kost vaak blijvend inspanning, het vergt aandacht en geduld over een langere termijn, en is bovendien niet zelden geldverslindend. Het vreemde van dit werk is dat het mij bij uitstek voldoening geeft.
Zo is er het scheppend werk. Onschuldig is het maken van een gedichtje of een tekening, gevaarlijker wordt het wanneer de wens tot scheppen zich verbindt met de idee van een mogelijke bron van inkomsten, en uitmondt in ondernemerschap. Het brengt mij bij het onderwerp mislukte projecten en dat laat ik hier liever liggen, omdat het te pijnlijk voor mij is er over te spreken. Het hoort hier ook niet thuis want het lijkt erg op geldproducerend werk, gezien het feit dat je bij aanvang oprecht in de veronderstelling verkeert dat het als kostwinnende actie centraal staat.
Dan is er nog het wachten op iets dat ook komt. Dat is beslist het prachtigste werk dat ik ken. Op een regenachtige vrijdagmiddag verzamel ik alle verdwaalde potjes uit mijn tuintje, verwijder het zevenblad dat er welig in tiert, en plant er zaadjes in van blauwe ochtendwinde. Ik zet ze binnen op een tafeltje voor het raam en wacht. Elke dag geef ik ze water en kijk frequent aandachtig naar de aarde. Na de eerste week denk ik dat het een mislukt project wordt, maar ik besluit een mogelijk voorbarige afronding uit te stellen. In de tweede week wordt mijn wachten beloond. Een eerste miniscuul bleekgroen boogje heeft de aarde weggedrukt en worstelt zich in de dagen daarna verder naar boven. Ik kan het niet geloven. Elk uur ga ik terug naar die plaats in mijn huis om te controleren of het klopt wat ik gezien heb. Daarna is er ’s ochtends, in de middag en bij het vallen van de nacht verandering en altijd is het vooruitgang. Steeds meer boogjes tel ik, zij richten zich op en spreiden hun hoofdje uit in twee armpjes. Nog later staat er een serie zweefvliegers synchroon zoekend naar het licht. Naarmate de tijd vordert raak ik gewend aan deze moeiteloze ontwikkeling van mijn werk, dat zo eenvoudig als wachten is. Korte tijd ben ik nog verbaasd dat de zaak gewoon verder blijft groeien ook als ik even niet kijk. Maar al gauw neem ik het voor lief, alsof het mijn goed recht is, dat wat ik gezaaid heb goed gedijt. De groei blijkt exponentieel, en na enkele weken loopt het uit de hand. De plantjes die het nu geworden zijn raken verstrikt in elkaar en in de poten van de tafel. Vergeefs proberen zij te klimmen tegen een muur die er niet is. Hier en daar schijnt een blaadje minder groen. Het lijkt of ik hun ongeduld, dat spoedig zal overgaan in agonie, al kan horen, en ik weet: zij moeten nu gauw naar buiten, zij hebben mij nodig nu. Overgeplant in de tuin zijn ze bijna allen ter ziele gegaan. De bladeren werden wit, eerst onderaan. De witte ziekte werkte zich omhoog en werd gevolgd door vallende gaten. Maar het besef dat mijn nonchalance wel degelijk het verzaken van mijn werk was, is dan al diep tot mij doorgedrongen. Vele malen op een dag bekijk ik de toestand, die alleen maar verslechtert. Ik kijk en wacht, alsof het helpt. En dan treedt herstel in. Nu de langste dag voorbij is, is het gevaar duidelijk geweken. De muur in mijn tuin is tot op twee meter hoogte bedekt met de belofte van blauwe ochtendwinde. Honderden handjes grijpen de muur en zijn vastbesloten vóór de vorst zal komen de dakgoot te bereiken. En wat zullen zij bloeien al die tijd. Ik heb de wacht gehouden. Ik heb mijn werk goed gedaan.
Nee dat er geen werk is, dat is onzin. Het probleem van al dit werk is echter dat men er geen inkomsten mee genereert, terwijl mijn financiële huishouding zo is ingericht dat zelfs als ik bewegingsloos bleef zitten staren naar de kweekjes op het tafeltje of bleef liggen in mijn bed en niet zou eten of drinken of enige andere activiteit zou ontplooien, er nog steeds geld verdwijnt. De voordelen die verbonden zijn aan het bestaan als legale burger, en die ik al lang niet meer als zodanig herken omdat ik deze status al mijn hele leven geniet, kosten nu eenmaal geld. Een ander vervelend kenmerk van werk dat geld kost, is dat men nooit vrij heeft. Want hoe kan men ooit ‘klaar’ zijn met al die denkbare bezigheden, die immers oneindig in getal zijn bij een zo brede definitie van het begrip werk?
-wordt vervolgd-
Geplaatst in de categorie: werk