Het Lied Van De Karekiet
Slierten nevel drijven traag over het water.
Een vroege hengelaar werpt zijn lijn uit. Het schemert en reeds is heel ijl in de verte klokgelui te horen. Dichterbij klinkt de roep van de koekoek. De visser glimlacht en geniet van de magie van de barenswee van een nieuwe dag.
Voor de koekoek is het jachtig zoeken naar een geschikt nest van een waardvogel* . Een nest waarin zij haar ei kwijt kan. Ze ziet een grote karekiet wegvliegen uit een bosje. Even later komt de karekiet terug en nestelt zich behoedzaam over haar eieren…en dat van de koekoek…
Jonas kwam peinzend terug van de muziekacademie. De docent had de leerlingen een opdracht gegeven voor het eindwerk in juni, maar wat voor een. Ze moesten hun inspiratie in de natuur zoeken, had ie gezegd. “Breng de magie van een verstild moment in de natuur in de waarneming van de toehoorder. Laat jullie inspireren door het alledaagse en leer hoe ongewoon het alledaagse is. Als jullie dat hebben ondervonden, breng het dan over.” Dat waren zijn letterlijke woorden. Vreemd hoe plots het kleine doosje waarin zijn piccolo zat, zwaar doorwoog onder zijn arm.
Hij had absoluut geen idee hoe hij dat moest aanpakken. Hij had geen zin om er met zijn ouders over te spreken. Die zouden toch maar met oubollige voorstellen komen: Luister naar het ruisen van het riet, of het kabbelen van het water, doe een vogel na… Pf!
Zijn aandacht werd getrokken door een zacht gepiep. Hij liep over de dreef, waarvan de linden in volle bloei stonden. Ingespannen bleef hij luisteren en speurde de grond af. Daar! Tussen een hoop halfvergane bladeren zag hij iets bewegen. Een piepklein kuikentje met een opengesperde, veel te grote bek lag trillend op de grond. Zonder nadenken nam Jonas de hoop bladeren met hun zielig vrachtje in zijn handen en spoedde zich naar huis.
Zijn vader, die wel iets van vogels wist, was er tamelijk zeker van dat het een karekiet was. Jonas ging aan de slag met een vliegenmepper en probeerde het kuiken te voeden met alles wat hij kon vangen. Het vogeltje had een onverzadigbare honger. Hij ving sprinkhanen, muggen, pissebedden, kleine pieren, kleine naaktslakken...kortom, de karekiet (vader had gelijk, het was een grote karekiet - Acrocephalus Arundinaceus) was enkele weken later een vinnig, kwetterend baasje geworden.
Intussen schoot zijn eindwerk van de muziekacademie maar niet op. Soms nam hij plichtsbewust zijn piccolo, blies wat deuntjes en borg het ding weer op. Ook nu nam hij de fluit, keek naar het kleine, bruine vogeltje en blies gedachteloos wat notenbalkjes. Hij speelde een snel opklimmend octaaf van do naar hoge do, dat prompt werd nagebootst door de karekiet. Verrast keek hij op. Nu floot de karekiet een wijsje. Jonas probeerde het op zijn beurt na te bootsen. Alsof de karekiet niet tevreden was, floot hij nog eens hetzelfde toontje. Na enkele keren proberen had Jonas het wijsje vast. Hij grinnikte. Zo had ie toch iets voor zijn eindwerk.
Zo gingen de dagen voorbij. De karekiet had nog meer in zijn mars dan alleen dat ene wijsje. Hij leerde Jonas een hele variatie aan deuntjes. Zo erg zelfs, dat zijn ouders op een gegeven moment hun ijverige zoon wandelen stuurden, de wijde natuur in, om daar zijn muzikale exploten te botvieren. Jonas liep weer over de dreef en blies de vrolijke deuntjes, toen hij plots ergens boven zich dezelfde muziek hoorde. Eerst dacht hij dat zijn karekiet was uitgebroken, maar deze klonk veel harder en helderder. Hij blies een wijsje en wachtte, maar niet voor lang, want het werd al gauw beantwoord. Nu blies hij het hele gamma van deuntjes die hij van zijn karekiet geleerd had, en allen werden ze netjes beantwoord. Fantastisch!
Thuis, tijdens het eten, vertelde hij honderduit over zijn belevenissen. Hij kreeg de indruk dat zijn ouders er niet echt veel van geloofden, maar hij liet het maar zo. Terwijl ze nog aan het natafelen waren, klonk er getik op het raam. Ze keken alle drie naar het venster en tot hun verbazing zagen ze een grote karekiet op de vensterbank zitten die met zijn snavel op de ruit tikte. Toen begon hij luid te fluiten. Verrast keek vader naar zijn zoon; dàt wijsje had hij al uitentreuren gehoord! Maar hun verbazing werd nog groter toen uit de vogelkooi in de keuken exact hetzelfde wijsje werd gefloten.
“Nou zoon”, zei vader, “ik denk dat je een familie hebt herenigd”. Jonas stond op en liep naar de keuken. Intussen bleef de karekiet op de vensterbank af en toe een tikje geven op het raam. Jonas kwam terug met de kooi en ging naar buiten. Daar opende hij de kooi. De kleine, bruine zanger aarzelde even, ging even op de rand van het de opening zitten en fladderde plots luid kwetterend weg. Ogenblikkelijk vloog de karekiet op van de vensterbank en samen verdwenen ze achter de bomen.
Hij heeft ze nooit meer terug gezien. Maar soms, als hij een riedeltje floot, hoorde hij in de verte een bekend wijsje. O ja, de docent was verrast door de keuze van Jonas. Hij prees hem om zijn fantasie. Hij moest eens weten…
-----------------------------------------------------------------
*Zo wordt de vogel genoemd in wiens nest de koekoek haar ei heeft gelegd, na eerst een ei van het originele broedsel overboord te hebben gegooid.
Geplaatst in de categorie: natuur