Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Het toverboek

Eindelijk mag Miriam mee.
Papa blijft thuis met Alma en kleine Dirk.
Maar zij, Miriam, is nu groot.
Het is niet ver lopen. De straat uit en dan linksaf.
Ze houdt het boek stevig in haar hand. Haar eerste boek, helemaal van haarzelf. Ze heeft het nog niet ingekeken, maar expres tot vandaag bewaard.
Mama heeft een lange zwarte jas aan. Er zitten kleine krulletjes op die aanvoelen als een dierenvel.
Ze heeft ook iets om haar hals dat op een diertje lijkt. Ze ruikt een beetje vreemd.
"Zeven-en-veertig-elf", zegt mama. Dat is "odeklonje", verstaat ze.

Ze komen bij de grote deuren, die wijd open staan. Het lijkt er veel kleiner, dan ze altijd gedacht had.
"Dit is het portaal", zegt mama.
Het is er ontzettend vol. Mensen zeggen elkaar gedag. Het ruikt hier nog meer naar odeklonje. Ze moet een beetje slikken. Ze vindt het niet lekker.
Er zijn mannen met een hoed op, die zetten ze nu af. "Papa heeft geen hoed", denkt ze.
Achter het portaal is het wél heel groot en hoog.
Miriam heeft nog nooit zo'n grote zaal gezien.
Alle vrouwen zitten in de twee rijen aan de ene kant. De mannen in de rijen aan de andere kant.
Ze gaan in de middelste rij zitten. Miriam op de hoek naast het brede stenen pad dat helemaal naar voren loopt. Daar is een verhoging met een lange tafel met een mooi geborduurd kleed erop. En een heel mooi kastje, met goud versierd, lijkt het wel.

Ineens gaat er een bel. Alle mensen gaan staan.
"Blijf jij maar zitten", zegt mama. "Leg daar je boekje maar neer". Ze wijst naar een gleuf in de bank vóór haar.
Een meneer en twee jongetjes in een jurk komen binnen. Eén van de jongens zwaait met een soort pan aan kettingen. Er komt rook uit. Dat ruikt ook al zo vreemd.
"Waarom is dat, mama?" "Sst", fluistert mama, "dat is wierook, dat is een offergave." Miriam weet niet wat een offergave is, maar ze houdt zich stil.
De meneer heeft ook een boek meegebracht. Hij gaat eruit lezen. Hij doet zijn handen omhoog.
Miriam verstaat er niets van, het lijkt wel een vreemde taal.

"Geef nu je boekje maar", fluistert mama. "Ik wijs wel waar je moet zijn".
Mama houdt haar vinger tussen de blaadjes. Vol verwachting pakt Miriam het aan.
Ze slaat het open. Maar ze vindt het plaatje dat op het ene blaadje staat helemaal niet mooi! Er staat een heel rare man op getekend met heel erg rare vissen. En een boot die nooit kan varen, met een kruis erop.
Ze krijgt een raar gevoel in haar buik. Het hele boek zal er toch niet zo uit zien? Zo kaal zonder mooie kleuren. Met van die heel rare plaatjes?
Miriam durft niet verder te kijken, omdat mama heeft gezegd dat ze hier moet beginnen te lezen.

Je zus is goed.
Je moet worden als Je zus.

Ze slikt. Ze voelt tranen prikken achter haar ogen. Wat er in het boek staat vindt ze ook helemaal niet mooi!
Ze kijkt op, recht in de ogen van zuster Esther, die een rij voor haar zit. Zuster Esther is van de tweede klas. Miriam is een beetje bang voor haar. Maar nu lacht de zuster naar haar!

Wat duurt het allemaal lang. Die meneer staat maar van alles te doen. De jongetjes moeten steeds dingen ergens anders neerzetten.
Ze begint een beetje te wiebelen. Ze denkt aan papa. Natuurlijk is papa nu aan het voorlezen uit het mooie plaatjesboek. Alma is nu lekker thuis bij papa. Vanmorgen was Alma nog zo tekeer gegaan, omdat ze niet meemocht.
"Je zus kan al lezen, als jij ook kan lezen, mag je ook mee", zei mama toen.
Vertelde die meneer nu maar een mooi verhaal!

"Ga maar in je boek lezen", zegt mama. Miriam bladert een beetje door het boek.
Op alle plaatjes staat die rare man. Ze weet niet wie het is. Jeezis is een klein kindje, dat weet ze heel zeker. Misschien is het Jozef. Maar het kan ook wel een herder zijn. Geen driekoning. Een driekoning heeft een kroontje.
Nee, ze weet het bijna zeker: het is een herder. Hier heeft hij een ziek schaap in zijn armen. Dat kan ze zien, want er komt bloed uit zijn buik.
Hier staat het: Ik ben de goe de her der.
Zie je wel ze wist het!

Ineens beginnen de mensen vooraan de banken uit te lopen.
Gelukkig het is afgelopen.
"Zitten blijven", zegt mama zachtjes, "dit is de communie, volgend jaar mag jij ook".
Miriam kan alleen maar zien, dat de mensen voor de lage tafel knielen en dat die meneer iets in hun mond doet.
"Dat is het lichaam van Christus", zegt mama plechtig.
Mariam begrijpt er helemaal niets meer van, maar ze verbaast zich nergens meer over.

Eindelijk is het echt afgelopen.

"Zo, zo", zegt zuster Esther tegen mama.
"Wat is het al een grote meid! Ik heb zo af en toe eens gekeken, en misschien komt ze later wel bij ons. Ze heeft zo mooi gebeden!"
"Wie weet", glundert mama.

"En hoe was het?', vraagt papa
"Hebben ze mooi gezongen?"
"Nee het was een stille mis", zegt mama.
"Ik mag lekker volgende keer ook mee. Papa heeft me lekker leren lezen", pest Alma.
"Fijn voor je", schokschoudert Miriam.
Ineens krijgt ze een geweldig idee.
"Ik zal je vandaag nog meer woordjes leren!", zegt ze opeens vrolijk.
"Dan krijg jij ook zo'n mooi boek!"

"Je moet worden als je zus, ga ik je leren", denkt ze.

Het is ineens tot haar daargedrongen, dat het boek een soort toverboek is!

Schrijver: Rina van Dijk, 24 februari 2006


Geplaatst in de categorie: kinderen

3.6 met 5 stemmen 1.084



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)