Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De ''Vogeltjesman''

"Heb de zon in je hart…" - hier pauzeerde hij. We wisselden even een korte blik van verstandhouding. Ik knikte en stak mijn hand op ten teken dat ik zou gaan - … "en uien in je buik" ging hij verder, terwijl ik mij omdraaide en me losmaakte uit de rij omstanders. Kort daarop hoorde ik nog net een lachsalvo boven het omgevingslawaai uit - Het kan raar lopen in iemands leven…

In het jaar 1949 zag ik hem voor het eerst, op de thuisweg van school op het pleintje tussen ons hoofdpostkantoor en de grootste plaatselijke bioscoop, omringd door een kluwen van mensen. Nieuwsgierig, zoals 14-jarige jochies nu eenmaal zijn, spoedde ik mij erheen. Na enig gelach van de omstanders klonken er meteen mooie viooltonen, begeleid door een wat blikkerig klinkende piano. Nadat ik eindelijk een gaatje had gevonden om me naar voren te dringen, was ik stomverbaasd over het zich aan mijn ogen tonende tafereel. Achter een soort spreekgestoelte in de vorm van een smalle, hoge kast met laatjes, stond een raar uitgedoste man. Hij was naar schatting achter in de zeventig, droeg op zijn hoofd een Tiroler hoed met gemsbaard en verder een grijs lodenjasje met eikenblaadjes rond de knoopsgaten. Met gesloten ogen hield hij onder zijn gegroefde kin en tegen zijn geplooide hals een klein viooltje geklemd van ongeveer 30 cm lang, zónder snaren. De pianomuziek met een stuk van Felix Mendelssohn kwam uit een voor hem staande stokoude koffergrammofoon. De vioolklanken kwamen… uit zijn mond. Verbluffend!

Het zg. spreekgestoelte hing vol met krantenknipsels achter plexiglas. Het waren de recensies mét foto’s uit de diverse dagbladen van de regio met koppen als: "Toni laat inwoners weer fluiten" of: "De Vogeltjesman (Der Vogelhändler, met een knipoog naar Carl Zeller’s gelijknamige operette) is weer in de stad". Hij had zijn muziekspel beëindigd, grinnikte naar de omstanders en declameerde:

"Hab’ Sonne im Herzen und Zwiebeln im Bauch,
dann kannst du gut scherzen und Luft hast du auch -
denn nur der Humor is des Lebens beste Würze,
und wer viel Zwiebeln isst, läßt auch viel (Pfürze)… von sich hören!"

Niet rijmend vertaald was de strekking:
[Heb de zon in je hart en uien in je buik,
dan kan je goed dollen en lucht heb je ook.
Want humor is het beste aroma, moet je weten,
en wie veel uien eet laat ook veel (scheten)…van zich horen].

De toegestroomde mensen lachten onbedaarlijk. Meteen begon Tiroler Toni, die overigens met een onvervalste Ruhrgebied-slang praatte, het geluid van een merel te produceren, gevolgd door dat van een vink, een leeuwerik en het gezang van een kanarie. Hoe, voor den drommel, deed hij dat? Je zag zijn mond amper bewegen. Het geluid was zeer hard en ver dragend. Uit de verte werd (door zijn zoon bleek achteraf) elk geluid precies eender beantwoord. Na nog wat grappen en imitaties werd de nieuwsgierigheid van de mensen uiteindelijk beloond.

Toni trok een lade open en haalde er een aantal plastic zakjes uit. In elk van die zakjes zat het wonderlijke ding, waarmee je al die geluiden kon maken. Het was plat, had de grootte van een doormidden geknipte gulden. De buitenste rand van dit hoefijzervormige plaatje bestond uit vilt. In het midden zat een gebogen roestvrij blikken halfronde klem, die het vilt aan de buitenrand én een plastic membraan aan de binnenrand bijeen hield. Door het ding met de ronding naar achteren en het membraan naar voren gericht tussen je tong en de boventanden te houden en er een luchtstroom langs te sturen gaf het na enige oefening geluid. Het kostte slechts 50 cent. Dat was in die tijd een fors bedrag als je bedenkt, dat je voor één-vijfentwintig al een bioscoopkaartje voor de matineevoorstelling had. Bij Toni gingen die apparaatjes als warme broodjes over het spreekgestoelte.

Twee jaren lang volgde ik Toni’s vrolijke verrichtingen en verloor hem daarna uit het oog. In 1954 zag ik Toni’s plek weer met mensen omringd en hoorde ik de mij bekende geluiden. Ik ging er meteen naar toe en zag daar tot mijn teleurstelling een mij onbekende man van middelbare leeftijd. Hij deed slechts wat imitaties en trachtte daarna die apparaatjes aan de man te brengen. Op mijn vraag naar Toni versomberde zijn gelaatsuitdrukking. "Je bedoelt mijn vader Jupp (Joep); eigenlijk heet hij Joseph, de beste standwerker van de gehele regio…!" Hij nam mij even later mee naar zijn oude bestelauto en liet mij de binnenkant van de afgesloten laadruimte zien. Hier hingen de krantenknipsels achter plexiglas, Toni’s jasje en diens hoed met de gemsbaard. ,,Mijn vader heeft ruim een jaar geleden twee hersenbloedingen gehad, is totaal verlamd en kan niet meer communiceren'', zei hij bedrukt. Ik keek naar de foto’s en zei na een poosje, halfluid tot mijzelf: "Hab’ Sonne im Herzen…" - Met een forse draai van zijn hoofd keek hij mij aan en zijn gezicht klaarde ineens op. Hij pakte resoluut de versleten hoed, schoot het vale loden jasje aan en zei: "Kom, jonge man, hij heeft het verdiend!"

Nadat zich even later weer voldoende mensen hadden verzameld en hij een paar inleidende grappen had gelanceerd sprak hij: "Heb de zon in je hart…" - hier pauzeerde hij. We wisselden even een korte blik van verstandhouding, ik knikte en stak mijn hand op ten teken dat ik zou gaan. "en uien in je buik" ging hij verder, terwijl ik mij omdraaide en me losmaakte uit de rij omstanders. Kort daarop hoorde ik nog net een lachsalvo boven het omgevingslawaai uit - Het kan raar lopen in iemands leven… Zo gaat iemand nog letterlijk en figuurlijk fluitend door het leven; even later kan hij naar deze manier van leven fluiten en dat nog slechts in de letterlijke zin.

Tot een volgende keer.

Schrijver: Günter Schulz, 14 juli 2006


Geplaatst in de categorie: algemeen

3.5 met 10 stemmen 862



Er zijn 2 reacties op deze inzending:

Naam:
Theodorus
Datum:
17 juli 2006
Mooi beschreven Gunter ik ben blij dat je nog steeds schrijft.
Naam:
Fred
Datum:
16 juli 2006
Gaaf verhaaltje, Günter.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)