Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De veldmuis.

Wouter lag heerlijk in de tuin en dutje te doen.''
Toen hij bijna sliep werd er op zijn arm getikt. Hij schrok en keek zijwaarts en zag tot zijn verbazing een veldmuis op zijn arm zitten.
''Wat doe jij hier, veldmuis?''
''Dag mijnheer, ik heb een vraag.''
''Wat wil je weten?''
''Ik zou graag willen weten of er bij u in huis een muis woont. Ik woon zelf in een holletje onder de eikenboom en heb mijn huisje leuk ingericht. Ik zou graag een ontmoeting met hem willen hebben, zou dat kunnen?''

''Ja, dat klopt,ik hoor de muis elke nacht over het zeil trippelen.''
''Och wat leuk, mag ik hem een keer ontmoeten?''
''Natuurlijk mag je hem een keer ontmoeten, maar maak niet te veel lawaai, want de rapen zijn gaar als mijn vrouw wakker wordt,''
Ik zal vanavond de tuindeur op een kier laten staan. Dan kan je naar binnen glippen.''
''Wat aardig van u, wilt u dan ook stukjes kaas voor me neerleggen.''
''Oké, ik leg het kaas op de plaats waar de huismuis vaak komt, dan kunnen jullie met elkaar kennismaken.''
''Dat vind ik fijn, mijnheer, tot vanavond dan.''

De veldmuis ging weer naar zijn huisje onder de eikenboom.
Mien kwam de tuin in met op een dienblad twee kopjes koffie.
''Hé ouwe, wordt eens wakker, ik heb koffie met koek. Met wie was je aan het praten?''
''Het was een veldmuis, die sprong op mijn arm en wilde een praatje maken. Hij wilde graag weten of jij bang was voor muizen.''
''Nou weet ik zeker, dat je achterlijk begint te worden, ouwe.''

Het was tijd om naar bed te gaan. Mien ging vast naar boven. Hij liep gauw naar de keuken en zette de tuindeur op een kier en legde stukjes kaas op de plaats waar ook de huismuis zijn maaltijd kwam verorberen. Toen hij naast zijn vrouw lag wachtte hij tot ze begon te snurken.
Behoedzaam kwam hij zijn bed uit en liep de trap af. Hij slaakte een diepe zucht van opluchting toen hij de huismuis al zag eten van de stukjes kaas. Maar blijft de veldmuis nou, dacht hij.
Zachtjes fluisterde hij:
''Zeg huismuis eet je niet alles op, want je krijgt visite van een veldmuis.''

'Och wat leuk, mag ik dan met hem spelen ?''
''Natuurlijk mag je dat'', en hij liep de keuken in om te kijken waar de veldmuis bleef. Toen hij de veldmuis via de kier van de deur binnen zag glippen schaterde hij van plezier. De veldmuis groette hem en zei:
''Mag ik binnenkomen, mijnheer?''
''Leuk dat je er bent, ik sta al een hele tijd op je te wachten. Mijn huismuis is al aan het eten, ga maar naar hem toe.''

Bij de kaaskrummels ontmoetten zij elkaar.
''Mag ik mij voorstellen, ik ben de veldmuis en woon in een holletje onder de eikenboom.''
''Aangenaam kennis te maken met U, ik ben de huismuis van mijnheer Wouter. Zijn vrouw mag mij niet.''
Samen zaten ze lekker te eten.

''Ik wil eens met je praten, veldmuis. Ik heb een voorstel, kom bij mij wonen. Het is hier altijd lekker warm en er is voedsel in overvloed. Daar zorgt mijnheer voor, hij is mijn vriend. We moeten wel goed oppassen voor Felix de kat, want die pakt je graag om met je te spelen. Ik heb al enkele botbreuken opgelopen. Gelukkig heeft mijnheer mij al een paar keer eerste hulp verleend. Ik heb een goede verstandhouding met mijnheer, maar zijn vrouw is bang voor mij. Ze begint altijd hardop te gillen als ik voorbij ren.''


''Ik wil het wel proberen'', zei de veldmuis.
Op een avond zaten ze samen op de tafel in de huiskamer de overgebleven kruimels te eten toen de visite van mijnheer binnen kwam. De huismuis en de veldmuis schrokken geweldig en verstopten zich gauw in een hoekje onder de boekenkast.
''De huismuis fluisterde:
''Wat een lawaaischoppers zijn die mensen toch hé. Moet je horen wat een smerige moppen ze vertellen. Totaal geen beschaving hebben die lui.

Ik hoor ook vaak, dat mensen oorlog voeren en elkaar dood schieten. Snap jij dat nou, veldmuis?''
De veldmuis zat te rillen als een rietje en zei:
''Ik zit liever in mijn holletje onder de eikenboom, daar is het lekker rustig. Soms krijg ik visite van een andere veldmuis en zoenen we elkaar, heerlijk is dat.''
Plotseling riep iemand van de visite:
''Zeg Wouter, hier liggen muizenkeutels, wat moeten die krengen hier?''

Wouter vond dat niet erg, maar tegenover zijn visite moest hij net doen of hij het erg vond en zei:
''Ik zet vanavond wel een muizenval.''
De veldmuis schrok geweldig toen hij dat hoorde, maar de huismuis stelde hem gerust.
''Dat doet mijnheer Wouter niet, wees maar niet bang. Gelukkig ging de visite weer weg en konden ze de overgebleven koekkruimels opeten.

Midden in de nacht toen ze samen in een hoekje lagen te slapen werd de veldmuis wakker door het blaffen van honden in de straat.
Hij rilde van angst en besloot weg te gaan. Dat leven in een huis van mensen beviel hem helemaal niet. Hij trippelde naar de keuken en zag tot zijn vreugde, dat de keukendeur nog op een kier stond. Hij keek om zich heen of het veilig was. Gelukkig was Felix de kat er niet, en liep vervolgens voorzichtig om zich heen kijkend naar zijn holletje onder de eikenboom. Daar was rust en vrede.
Moraal:
Eenvoudig leven in vrede is beter dan weelderig leven met gevaar.

Schrijver: kees niesse, 7 april 2011


Geplaatst in de categorie: dieren

3.0 met 1 stemmen 118



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)