Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

In de autobus naar Assen

Het oude echtpaar Wouter en Mien waren in hun dorp in de bus gestapt om inkopen te gaan doen in Assen, de hoofdstad van Drenthe. Helaas konden ze niet naast elkaar zitten. Mien nam plaats naast een jongeman en hij vlak achter zijn vrouw naast een jongedame.
''Zit je goed, ouwe. Lekker warm hier hé, beter als buiten?''
''Ik zit prima, darling, jij ook?''
De jongedame naast hem keek hem zijdelings aan toen ze hoorde, dat hij zijn vrouw darling noemde.

Hij keek ook naar haar, en zei:
''Ja mevrouw, vindt u het fijn, dat ik naast u ben gaan zitten?''
Zij moest lachen, en zei:
''Dat hoor je niet iemand vaak zeggen, maar het maakt mij niks uit hoor, alleen vond ik het leuk, dat u darling tegen uw vrouw zegt. Mijn verloofde noemt mij altijd poesje, dat vind ik niet leuk, maar ik zeg er niks van.''
Hij weer:
''Wij zijn al 56 jaar getrouwd en hebben altijd bonje met elkaar, zij noemt mij ouwe, omdat ik al bijna tachtig ben en ik haar darling. Neem van mij aan jongedame dat de beste huwelijken ontstaan als je veel ruzie maakt. Wanneer je het altijd met elkaar eens bent is het erg saai, ik moet er niet aan denken. Mijn vrouw loopt mij de ganse dan ook uit te schelden en dat vind ik schitterend, want dan kan ik terug schelden. Mien keerde zich om naar achteren en zei:
''Hij heeft een gaatje in zijn nek en daar kletst hij uit, geloof hem maar niet.''

Inmiddels was Mien ook in gesprek gekomen met de jongeman naast haar. Ze zag dat hij een kaal hoofd had. Ze kon het niet laten en zei:
''Zeg jongeman, je mag wel oppassen, dat je geen kou vat, het vriest nog steeds en er staat een harde wind, wat het nog kouder maakt.''
De jongeman moest glimlachen en zei:
''Ik ben gehard mevrouw. Ik ben een monnik en ben op weg naar mijn klooster.''
''Woon je in een klooster, ik dacht dat die niet meer bestonden?''
''Ja mevrouw, die zijn er nog steeds, ik woon in een klooster in Doetinchem.

''Oh, dat wist ik niet, bevalt het je wel, lijkt mij zo stil en eenzaam?''
''Dat wil ik juist mevrouw. In het klooster kan ik mijn eigen geest ontwikkelen en mediteren over een tekst in de Bijbel of over een gebeurtenis uit het leven van Jezus Christus. Ik kom daar helemaal tot rust en de regelmaat in het klooster doet mij goed. We doen alles zelf, eerst heel vroeg opstaan en bidden, dan genieten van het ontbijt. We dragen speciale kleren en doen alles op vastgestelde tijden en uren en gaan heel vroeg slapen.''

Wouter hoorde dat en tikte de jongeman op zijn schouder en vroeg:
''Maken jullie ook bier?''
Mien zei:
''Heb je hem weer, dat is het enige wat hem interesseert.''
De monnik moest lachen en zei:
''Ja mijnheer, we maken ook bier, het zogenaamde trappistenbier. U kunt een keer komen kijken en bij ons een biertje drinken, heel lekker en gezellig.''

Het meisje naast Wouter deed haar vinger op haar lippen of ze zeggen wilde heel zachtjes te praten. Toen zei ze tot grote verbazing van haar buurman:
''Zal ik U eens wat vertellen mijnheer, die gozer en zogenaamde monnik ken ik en is een grote fantast. Hij woont bij ons in het dorp en staat bekend als een gigolo, hij probeert oude vrouwen tegen betaling te verleiden. Uw vrouw mag wel oppassen, het zou me niet verbazen als hij straks zijn hand op haar dij legt en een voorstel doet.''
''Laat ik dat maar eens meemaken, dan krijgt hij een ram voor zijn kanis. Goed dat je dat zegt meisje, ik houd hem in de gaten.''

Toen de bus stilstond bij een halte, zei het meisje:
''Ik hoor piepen, komt dat uit die schoenendoos, mijnheer?''
Wouter had een schoenendoos op zijn schoot en daar zaten twintig getrainde witte muizen in.
''Dat je piepen hoort klopt, ze worden ongeduldig.''
''Hoezo, mijnheer?''
''Zal ik je vertellen en niet verder rond bazuinen hoor. Mijn vrouw en ik zijn uitgenodigd bij een prinses, want die heeft last van veel wilde katten in haar tuin. Mijn muizen heb ik zwaar getraind en hebben grote tanden en ze kunnen hard brullen. De barones bij ons in het gehucht had ook veel last van katten en ik heb mijn muizen bij haar in de tuin een keer los gelaten en weg waren de poesen, ze schrokken zich lam van de grote tanden en het gebrul van de muizen.

Wat een nadeel is, dat ik mijn muizen alleen terug krijg in de doos als ik het Wilhelmus zing, anders reageren ze niet.''
''Ik geloof er niks van, mijnheer. Volgens mij bent u ook een fantast net als die gigolo voor ons. Mag ik effen in die doos kijken, mijnheer?''
''Neen, alstublieft niet, dan springen ze er meteen uit en heb ik de grootste ellende. Ik heb het al een keer meegemaakt in de bus en ontstond er een enorme consternatie, alle vrouwen begonnen te gillen, want er waren muizen onder hun rokken omhoog gekropen en ook onder zijn broekspijpen bij een matroos. Die liet gillend zijn broek zakken en toen bleek, dat hij geen onderbroek droeg. Sommige vrouwen werden toen helemaal hysterisch. Neen, laat ik dat maar niet doen, dan krijg ik weer de politie op mijn dak en kan ik een fikse boete betalen.''
Eindelijk was de bus op het eindpunt en stapten iedereen uit en namen we afscheid van de zogenaamde monnik en de jongedame. Een busreis is zo nooit vervelend.

Schrijver: kees niesse, 28 april 2011


Geplaatst in de categorie: algemeen

1.2 met 4 stemmen 233



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)