Licht uit de hel gestolen
(voor Isidore-Lucien Ducasse (1846 - 1870))
Geboren in Montevideo, de hoofdstad van Uruguay, uitkijkend op de Atlantische Oceaan, stuurden je ouders je op veertien-jarige leeftijd naar Frankrijk, waar zij ooit geboren waren in de hoge bergen van de Pyreneeën. Tijdens die lange zeereis werden de duistere woorden uit je onderbewustzijn losgewoeld, de demonen van je voorvaderen en voormoederen sprongen bij je naar binnen, de Franse troubadours grepen je in het nekvel en beloofden je gouden bokalen met godendranken, naakte heksen bestormden je droomleven om je voor eeuwig aan hen vast te klinken, in ruil voor hun levenslessen zogen zij het leven uit je slanke gestalte, doornappel en belladonna in je maag geplant, op het dek van de boot hoorde je hun geile lachsalvo's in de rukwinden, als bloedmooie sirenen wensten ze dat je in hun bloeddorstige armen zou springen, maar je hield het bij fantasieën over de diepten van de oceaan, toch voelde je jezelf symbolisch doodgaan op dat onstuitbare schip, dat steeds verder van je familie voer. Je viel als vanzelf in de monsterlijke klauwen van de oceaangrote, duistere diepten diep in jezelf. Eenmaal op het Franse vasteland verbleef je bij verre familieleden en ging je braaf naar school, dat je goed hebt gestudeerd, verraadt je levenswerk, waarin je hele subtiele wijsheden verwerkt. Op je negentiende vertrok je in je eentje naar het woelige Parijs, waar je vier jaar later je beroemde 'Zangen van Maldoror' liet drukken. In die tijd zwalkte een grote zielgenoot van jou, Arthur Rimbaud, samen met Paul Verlaine kroeg in en kroeg uit, zich te goed doende aan de Groene Fee en de zwarte hasj. Je aanbad de donkere kanten in jezelf, je omschreef het ongeremd en zonder gêne, om zo de diepste onhebbelijkheden in jezelf te bezweren en tot het tegendeel om te smeden als een ware alchemist. Op die manier droeg je alle menselijke ellende als een literaire Christusfiguur. Je puurde het meest zwarte uit alle hoeken en gaten om het bloot te stellen aan het vernietigende daglicht. Door alle grenzen te overstijgen, heb je goddelijkheid willen incarneren, wat je deels gelukt is, ik zeg deels, want het mag dan literair zijn wat je schreef, ik zie er ook een langgerekte psychose is en wat die grenzeloosheid betreft, de benaming borderline persoonlijkheidsstoornis was in jouw tijd nog niet bekend, Freud moest zelfs nog met zijn term 'hysterie' wereldfaam verdienen. Een geoefend lezer zoals ik ziet hoe je de onverwerkte jeugdtrauma's op geniale wijze onder woorden brengt, hoe je de intermenselijke doodsangst wilt overwinnen via een extreme, bewust-duivelse, hallucinerende queeste. De hellesferen van je godverlaten, mensverlaten eenzaamheid brachten je tot de meest decadente, gruwelijke en geveinsd afstotelijke uitspraken, weergaloos mooi en uniek, maar wel terwijl je lichaam hevig hunkerde naar fysieke tederheid om te kunnen ontsnappen aan al die hekserige stemmen, die je volgden sinds de lange bootreis. Het is ook een literair verslag van een onbehandelde depressie, waarin je alsmaar dieper in je huiveringwekkende schulp wegkruipt, angstbeelden je overspoelen, waarin je de witte nachten volkalkte met collectieve oerbeelden en Akasha-ingevingen. Als helbewoner heb je ons een heldere spiegel getoond, die door de intense shock kapotvalt en onze voeten doet bloeden. Met je pseudoniem Comte de Lautréamont geef je aan iemand anders te zijn dan je biologische afkomst doet vermoeden. Ik ben geneigd te denken iemand van zeer hoge komaf, zeker iemand met blauw bloed en een betoverend kasteel, de prins die Sneeuwwitje schaakte of pak ém beet graaf Dracula met zijn beminnelijke bruiden. Een jaartje na de uitgave van je surrealistische testament blies je de laatste adem uit. Je kamer in de wijk Montmartre heeft er nog jaren over gedaan om er van bij te komen. Het duurde erg lang voordat je sterfkamer weer gezuiverd en wel kon ademhalen, maar de kamer blijft wel vreselijk vereerd om het heugelijke feit dat juist jij in zijn space geademd hebt.
Geplaatst in de categorie: literatuur