Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

???????

***
Er lag een envelop op de mat. Vast van Cleo, dacht Ine. Ze pakte hem op en liep ermee naar de tafel. Benieuwd scheurde ze hem open:

Lieve mam,
Het is hier op de Costa supergaaf en we zitten in een superleuk appartement. (alweer!)Vanavond hebben we een supergave afscheidsparty!!!! Ik ben morgen thuis, maar dat wist je al. Ik hoop dat ons vliegtuig geen vertraging oploopt…

P.s. Mijn brieven zijn wel kort hé? Maar ik houd niet zo van schrijven en het is hier ook zoooo druk!
P.p.s. Sorry voor de eindeloze herhaling van Supergaaf!

Doeg,

-XXX-
Cleo

‘Wat is dat voor brief?’vroeg Emiel.
Ine glimlachte. ‘Van Cleo’ zei ze.
‘O, van Cleo…mm’
‘Is er wat met haar dan?’
‘Ze weet het nog niet…. van onze relatie bedoel ik’
‘Daar kan ze heus wel mee leven, hoor. Als je dat soms bedoelt’

Ja, natuurlijk, dacht Emiel. Kinderen zijn altijd lastig. Zeker als ze 16 zijn. Klote Cleo! Hij moest van dat kind af zien te komen. Ze verpeste zijn hele bron van inkomsten….
Ze was een mooie vrouw, Ine. Maar het belangrijkste was natuurlijk het geld. Zolang hij bij haar woonde kon hij makkelijk de inkomsten die hij zichzelf toeeigende bepalen. En dat ze nog knap was ook, dat was dan mooi meegenomen. Ze trapte er maar goed in, die Ine.




***
Cleo zat een beetje versuft op haar kamer. Komt ze thuis, heeft haar Ma opeens een nieuwe vent! Ze kon zichzelf wel de kop inslaan dat zij niks had gemerkt toen ze wegging. Dat vleierige gedrag van haar moeder beviel haar toen al helemaal niet. Het erge is nog, dat die Emiel al helemaal een sukkel is. Alleen die naam al, om van te kotsen. En hij draagt nog apenpakjes ook, net een clown.
De deurbel ging. Snel trok Cleo een zwarte spijkerbroek aan. Nog even de borstel door haar haren……
Weg was ze.
‘Waar ga je heen, Cleo?’riep har moeder haar nog achterna.

Ann had haar fiets al van slot gehaald. Cleo wilde naar de garage lopen, maar Ann zei: ‘Nee joh, spring maar op de stang.’
Dus dat deed Cleo. Ann kon hard fietsen, ook met iemand op de stang. Ze was een prima chauffeur. Ze sjeesde door de straten naar de binnenstad. Cleo wist de weg nog goed, na die twee maanden in Spanje op de Costa. Maar ze had haar gedachten er even niet bij, dus toen Ann wilde vragen of ze nou eindelijk niet eens linksaf moesten, zei Cleo niks. Ann
sloeg maar linksaf.
‘Hé, wat doe je nou!’riep Cleo verontwaardigd. ‘Je bent veel te laat linksaf geslagen!’
‘Waar zijn we nu dan?’ vroeg Ann.
‘Weet ik veel!’ ketste Cleo terug.
Ann werd kwaad.
‘Ga eraf!!’siste ze.
Cleo gehoorzaamde. Ze ging in het gras zitten en haalde een Bounty tevoorschijn die ze in tweeën brak.
‘Jij ook, Ann?’vroeg ze.
Maar Ann pakte de fiets op en wilde wegrijden.
“Hé,’ riep Cleo ‘Waar ga je heen?’
Ann antwoordde niet en trapte woedend verder, de laan uit, de stad in.

Cleo kauwde verwoed op haar Bounty. Klote! Ze wist amper waar ze was. In dit deel van de stadspolder was ze nog nooit geweest. Ze wilde ook niet terug, de stad in. Dan kwam ze Ann natuurlijk weer tegen, zoals altijd. Die zou haar dan een patatje oorlog aanbieden, proberen een bemiddelende rol te spelen. Alsof het allemaal aan haar lag!
‘Hoi!’ hoorde ze achter haar. Het was Emiel, die clown.
Hij had een korte broek aan en zijn overhemd hing losjes rondom zijn blote buik. Hij had haar op zijn buik, zag ze.
‘Zeg je niks terug?’ ging hij verder.
‘Waarom zou ik?’ antwoordde Cleo. ‘Jij bent de indringer.’
Zo, dacht Emiel. Beschouw jij mij zo, als een indringer. Petje af meisje, dit zet ik je betaald. Hij hurkte neer naast Cleo in het gras. Cleo keek hem minachtend aan.
‘Is er iets?’ vroeg ze. De toon waarop ze dat zij stond Emiel helemaal niet aan. Hij keek haar aan met een vals lachje en zei:
‘Nee, niets.’ Toen bleef het een tijdje stil, ieder in zijn eigen gedachten. Plotseling stond Cleo op.
‘Hoe zou jij het vinden dat als je twee maanden op de Spaanse Costa hebt gezeten je thuis komt en je opeens je moeder met een vreemde vent ziet zoenen!’ barstte ze uit. Emiel voelde dat hij kwaad werd, echt kwaad. Zonder verdere aankondiging gaf hij Cleo met vlakke hand een klap in haar gezicht. Haar neus begon te bloeden. Ze wilde hem schoppen maar hij greep haar bij haar haren en probeerde haar naar de sloot te sleuren. Cleo was woedend. Ze hapte met haar mond naar adem en zette haar tanden in zijn arm. Ze liet niet meer los. Emiel begon te schreeuwen. Cleo proefde bloed, maar ze beet door. Emiels greep verslapte. Cleo rukte zich los en probeerde weg te rennen.
‘Vuile teef!’schreeuwde Emiel en hij pakte haar opnieuw beet. Met moeite duwde Emiel Cleo zijn auto in. Zelf ging hij voorin zitten en stopte het sleuteltje in het contactslot. De motor begon te draaien. Cleo zat zachtjes op de achterbank te huilen.




***
Cleo had er zwaar de pest in. Ze voelde zich gekleineerd, door haar eigen moeder nog wel! Ze was nog niet eens komen vragen of het wel ging. Ze haatte Emiel. Dat stond vast. Hij moest het huis uit. Ze beschouwde hem als een indringer, haar moeder had hem nog haar huis in geholpen ook! En dat zonder haar in te lichten. Ze had hem nu ze nog in zijn arm gebeten, haar moeder was woedend geweest. Het lag zeker allemaal aan haar! Eigen schuld hoor, had hij haar maar niet moeten slaan.
Ze hoorde voetstappen op de gang. Snel fatsoeneerde ze haar bed. Het was vast haar moeder.
De deur ging op een kier open, toen stapte Emiel naar binnen, gevolgd door Ine.
‘Zeg Cleo..’ (hij sprak haar naam uit alsof hij een berg stront zag liggen)
‘Ik heb eens gepraat met Ine..eehh..’ begon hij.
‘We vonden het beter als je maar een tijdje thuis bleef, huisarrest. Ik bedoel, dat jij Emiel zomaar in zijn arm beet dat kan natuurlijk niet door de beugel. Ik wil dat je er eens over nadenkt en je het ons meldt als je een oplossing hebt gevonden om de huiselijke sfeer op orde te brengen.’ vervolgde Ine.
Cleo sprong op.
‘Het ligt aan Emiel!’schreeuwde ze.
‘Die sukkel, hij…. het was niet expres en…’
‘Hou je bek!’ ketste Emiel terug.
‘Van dit gedrag zijn we niet gediend.’ ging haar moeder op rustige toon verder.
‘Twee maanden lijkt me redelijk.’
‘Twee maanden?’ schreeuwde Cleo.
‘Ik heb het met Emiel overlegd en we hebben de middenweg gekozen, kop op Cleo, we zijn nog mild geweest.’
‘Emiel slaapt trouwens bij jou, tijdelijk.’ vervolgde ze.
‘Totdat we een tweepersoonsbed hebben aangeschaft.’
‘Dan gaat dat zeker nog een hele tijd duren.’ grijnsde Cleo gemeen terwijl ze Ine en Emiel de deur uitwerkte.
‘Nog een hele tijd.’ siste ze en smeet de deur met een knal voor hun neus dicht.



***
Emiel legde het matras op de grond. Rottig dat hij nu net bij Cleo op de kamer moest slapen. Hij had daar nu dus helemaal geen zin in. Misschien draaide ze nog wel bij, wat als hij eens extra aardig tegen haar was? Nee, toch maar niet. Hij kon het natuurlijk ook met de harde hand aanpakken, om het zo maar te zeggen. Die twee maanden huisarrest zou haar wel leren.
Cleo klopte op de deur. Emiel deed open en ging op zijn matras een boek zitten lezen. Cleo kon hem niet uitstaan. Telkens als ze dacht dat ze haar onregelmatige werkwoorden Engels erin gestampt had, keek hij grijnzend op en had ze alles weer vergeten. Opnieuw probeerde ze weer om haar te concentreren op het huiswerk. Ik haat Emiel schreef ze op het kladblaadje en schoof het opzij. Ze pakte het volgende blaadje van de stapel. Ik haat Emiel ten zeerste schreef ze op het blaadje. Zo ging ze door totdat de blaadjes op waren. Dertig velletjes met opschrift duwde ze in haar tas. Dertig!! Mooi zo, dacht ze. Verspreid door de firma Cleo b.v. grinnikte ze. Cleo b.v. Super!! Toen sloot ze haar tas en stapte de gang op.
‘Waar ga je heen?’ riep Emiel.
‘Ik heb huisarrest, hé? Mooi niet!’schreeuwde ze hem nog achterna voor ze de deur dicht knalde.
Emiel bleef even verbouwereerd zitten en dacht koortsachtig na. Toen denderde hij de trap af en smeet de deur open….Ze was weg. Er hing wel een briefje op de deur. Ik haat Emiel ten zeerste. Verspreid door de firma Cleo b.v. Emiel stond op springen. Hij sprintte naar de keuken en stootte alle vazen met bloemen om. Met één snelle beweging trok hij een mes uit de la. Hijgend rende hij naar boven. Met flitsende bewegingen hakte hij neer op Cleo’s meubilair. De stoelen, de teddyberen, haar tas. Kleine wollen pluisjes van haar dekbed zweefde door haar kamer. Schuim droop uit zijn mond. Zijn ogen waren met bloed doorlopen en keken waterig naar de ravage. Het mes hield hij slapjes in zijn handen.
Ine stond in de deuropening. Haar ogen waren groot van angst. Ze zag Cleo voor zich toen ze in de deuropening stond. Haar rugzak hing achteloos op haar rug, haar kleren hingen er een beetje uit en de sokken waren op de grond gevallen. Ze had ze willen oprapen, maar Cleo had de deur al dichtgesmeten.
‘Emiel…waarom doe je dit in godsnaam!’ schreeuwde ze.
Emiel leek even niet te reageren, toen pakte hij het mes steviger beet en zwaaide er mee in het rond. Cleo’s porseleinverzameling viel op de grond en brak in duizenden stukken. Haar papieren vielen uit de laden, de glazen plankjes braken. Toen kwam Emiel op Ine af.
‘Je bankpas..’ siste hij.
‘Geef hier, met pincode..’
‘Nee…mijn god, wat denk je wel. Je bent dronken!!!’ gilde Ine.
‘Wil je soms dat ik je keel opensnijd!’schreeuwde Emiel.
‘Trut, geef je bankpas!!’
Emiel was achter haar gaan staan en hield het mes op haar keel.
‘Lopen,’ siste hij.
‘Naar de keuken.’
Bevend liep Ine naar beneden. Emiel hield het mes stevig om haar keel geklemd. Ze weigerde adem te halen. In een poging tot ontsnapping gaf Emiel haar een stomp in haar buik. Ze kokhalsde. Bloed met maagsap lag in grote plassen op de vloerbedekking. Met trillende vingers trok ze de la open. Emiel pakte haar bankpas.
‘De pincode..’siste hij terwijl hij het mes in haar vel zette.
‘Vier..een..drie..acht…’ zei ze schor.
De greep van Emiel verslapte. Ine greep haar kans. Als een razende schopte ze zich los. Ze rende de gang door. Emiel kwam haar achterna. Ine gooide de deur open en rende de donkere nacht in. Hij keek onderzoekend naar de schimmen op straat. Ine zag hij niet. Ze was verdwenen.
‘Vuile trut!’schreeuwde hij.
‘We hadden het nog zo leuk kunnen hebben, samen!?’
Hij wist dat het niet waar was.


***
De vuilnisbak denderde om. Ineens zat Ine ineengedoken midden op straat. Hij had haar niet gezien, zij hem wel. Ze stond op en zette de vuilnisbak weer recht. Het ging moeizaam, er zaten oude tegels in. Ine haalde ze eruit. Ze raapte er twee op, de rest liet ze liggen. Langzaam liep ze rondom het huis. Er stond muziek aan, zijn lievelingsmuziek. Hij was in de woonkamer. Ze verzamelde al haar moed en gooide met enorme kracht de tegel door het raam.
‘Verdomme!!’ hoorde ze Emiel schreeuwen.
Hij was mis. Ze gooide nog eens.
Ditmaal was het de Cd-installatie die ze raakte. Emiel stond buiten te vloeken. Ze rende zo hard weg als ze kon.

Cleo keek vanuit haar ooghoeken naar haar moeder. Ze zat op het bankje van perron 1. Ze ging naar Groningen, dat wist ze. Er zaten striemen in haar hals en op haar rug, merkte ze op. Zou ze naar haar toe gaan? Cleo twijfelde. Toch maar niet. Ze zat hier best. Misschien konden hun wegen maar beter scheiden. Ze keek naar de informatieborden boven het perron. Misschien moest ze maar gewoon hier blijven, dan kon ze in de gaten houden wat Emiel hier uitspookte. Ze kon natuurlijk ook naar Rotterdam gaan.
Ze liep naar de informatieborden. De trein van Amsterdam naar Rotterdam , 01.30. Ze had de laatste trein van perron 6. Toen ze instapte, zag ze dat haar moeder haar naar haar keek. Ze glimlachte en zwaaide naar haar. Cleo zwaaide terug. Met een goed gevoel stapte ze de trein in.

Treinen rijden hard, vond Cleo. Niet dat het haar nou verbaasde, maar ze vond het wel een lekker gevoel dat ze zo in Rotterdam was. Ze besloot om de tijd te doden haar rugzak eens uit te pakken. Het was de backpacker van Emiel, ze had ‘m gejat. Hij zou wel vreemd opkijken als ie ‘m niet kon vinden. Toen ze hem ondersteboven keerde, viel haar meteen de brief op in het vakje onder de klep. Er stond:

Lieve Cleo,

Ik zag je op het perron staan, met je backpacker. Toen je een hem even weg zette om een kaartje te kopen, heb ik er dit briefje ingedaan.

Emiel draaide door, toen jij wegging. Hij heeft een mes gepakt en alles wat er in je kamer lag kapot gemaakt. Ik dacht dat hij dronken was en schold hem uit. Hij heeft me bijna vermoord. Ik moest mijn pincode geven en dat heb ik gedaan. Ik denk dat ik er anders niet meer geweest was.
Sorry Cleo, dat ik verliefd op hem geworden bent. Hij heeft ons leven verwoest. Hij had een charme waar ik op viel. Schijn bedriegt, dat blijkt. Ik hoop dat je wil vergeven dat ik met hem gevreeën heb. Maar dat kun je vast niet.

Ik ga naar Groningen, ik zal je missen Cleo.
Liefs,
Mamma

Cleo keek een tijdje verbouwereed naar de brief. De conducteur tikt op haar schouder.
“Uw kaartje alstublieft.”



Sarah van Wijk 13 jaar
P>S>Suggesties voor de titel zijn natuurlijk altid welkom!!

Schrijver: Sarah van Wijk, 8 november 2001


Geplaatst in de categorie: verdriet

2.3 met 22 stemmen 1.949



Er zijn 2 reacties op deze inzending:

Naam:
wendy
Datum:
23 maart 2003
Email:
ik vond het echt een goed verhaal, heb je het zelf verzonnen of is het echt waar. je kunt ook goed schrijven.
Naam:
Joyce
Datum:
22 januari 2002
Email:
joyceb9hotmail.com
erg mooi geschreven!!
het enige wat ik een beetje jammer vind, is dat het af en toe een beetje verwarrend is, met wie wat nou denkt, maar na een tijdje snapte ik je schrijfstijl wel, en was het niet erg meer.
Trouwens, je schrijft ook op een heel boeiende manier vind ik!! echt goed!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)