Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Indonesië H1 Het ontwaken.

Er wordt geclaxonneerd. Ik hoor nog net twee lange en korte keren nagalmen uit een diepe duisternis waarin er van de felle kleuren niets meer was overgebleven dan de doodse donkere kleur van pikzwarte aarde waar ik in begraven lag. Ik graaide automatisch naar de pvc-pijp en nam een flinke teug lucht die smaakte naar de lucht van diesel en benzine. Wat was er ook alweer met die geluiden? Was dat niet het teken voor foute boel? Een signaal, een code? Dat is fijn wakker worden, levend begraven. De gedachten kwamen langzaam weer op gang en het besef kwam terug en de paniek sloeg toe. De hitte en de dampen die mij duizelden kwamen claustrofobisch op me af.
Ik haalde weer een diepe teug adem en schoof het pijpje tegen het houten schot een klein beetje opzij om een beetje meer zuurstof te vinden bij een hopelijk bestaande grotere spleet in het houten schot. Als ik mijn oor tegen de pijp hou dan klinken er verschillende auto's en vrachtwagens in zijn stationair lopen met een ietwat holle echo. Zat ik in het ruim van het schip? Had ik dat hele stuk overgeslagen en geslapen? En zo ja, konden die idioten de motor niet uitzetten? Ik kreeg bijna geen verse lucht maar dampen met roet binnen. Hebben ze daar zelf dan geen last van? Ik wil ten einde raad net iets gaan roepen en zelfs mij proberen op te drukken uit de ellende de consequenties op de koop toenemen met de gedachte van als ik toch dood moest gaan het op dit ogenblik was want ik trok het simpel niet meer als er een mij een klein beetje tot rust brengende stem bekend in de oren klinkt. Weliswaar zachtjes maar onmiskenbaar bekend.

"Prancis, Prancis, yangan goyang sekarang." Word er zachtjes holklinkend door mijn pijp, door de baard-in-keel-smeerpijp gezegd. Ik mocht niet bewegen wat een goeie was, daar ik mij bijna helemaal niet kon bewegen in die kist. Ik verbeet de wetenschap dat ik nog niet verlost ging worden uit deze kwelling. Dus dat ventje, hij was meegereden? "Ada priksaan Prancis!" Zei hij weer.
Wat een controle? Ik bleef doodstil liggen als dat nog onbeweeglijker kon want ik werd niet zo maar gewaarschuwd en probeerde zo goed mogelijk de situatie in te schatten om eventueel tot actie over te gaan als dat zou moeten. Gespannen als een veer van een trekker luister ik zo goed mogelijk door het kleine openingetje van de buis. Mijn andere oor met mijn vinger dicht houdend.
Ik hoorde de scheepshoorn van de ferry als een baritonsaxofoon in G mineur wat betekende dat we dus eindelijk gearriveerd waren in Gilimanuk en dus niet in al het ruim stonden zoals ik had gedacht. Kort daarop de zangerig klagende stem van de Rolex dragende gluipsnor die steen en been klaagde tegen waarschijnlijk de politie. "Alsjeblieft, heb meelij met me." "Je sloopt zo al mijn bananen en zo niet dan gaan ze rotten en dan gaan ze allemaal rotten, wie koopt ze dan nog op de markt in Surabaya?" "U weet hoe moeilijk de kooplui daar zijn, pak?"
"Opzij." Hoorde ik een vreemde stem autoritair zeggen. Ik hoorde een hard en ruw geschuif van hout op hout met daar achteraan een harde scherpe klap wat zich bleef herhalen om de paar seconden.
Dit zat goed fout. Gingen ze nu de hele wagen leeg halen?
Het antwoord word duidelijk als ik rechts van mij net naast de kist een scherp afgesneden bamboestok zie, porrend en prikkend wat kammen bananen vermorzelend achter latend. Dertig centimeter meer naar links en ze hadden saté van me gemaakt. De stok word terug getrokken. Ik bescherm mijn gezicht met mijn onderarmen. Na een minuutje, ze werkten zeker van onder naar boven, veronderstelde ik, komt de spiets nu links van mij, precies door het ene handvat van de krat Fanta. Hoe is het mogelijk? Dacht ik. Dit is een kwestie van een centimeter, zo niet een paar millimeter dan hadden ze: Tak! Gehoord tegen het harde plastic van de krat en zou ik zwaar de lul zijn geweest.Of erger ze hadden hem recht in mijn gezicht gestoken of nek. Zelfs al zou ik in een reflex de stok hebben weten af te weren wat haast onmogelijk is liggend op je buik vlak voor je gezicht dan had die vent dat gevoeld aan zijn stok en zou ik ook ontdekt geweest. De stok word weer terug getrokken en nu rechts naast mij weer in het fruit gestoken. En dat de kist in de breedte lag en niet in de lengte wat veel logischer zou zijn. Het besef van het bijna gespietst worden deed mij duizelen en zeilde op een zee van wolken tussen leven en dood, tussen zijn en het bewusteloze. Ik grijp als een hulpzoekende baby naar mijn drugs die als enige redder in nood mijn gemoedstoestand misschien naar een ander level dan deze konden tillen.

Schrijver: Franciscus Borst, 1 april 2013


Geplaatst in de categorie: reizen

4.8 met 5 stemmen 89



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)