Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Deel 2. Anjing buleh / De witte hond.

Met open bek pak ik nu toch maar een sigaret aan en keek uit mijn ooghoeken naar de twee vensters door de vitrages naar buiten of er iemand mij stond op te wachten.
"Pintyam pisau Pisau?" "Leen me een mes Mes," daar dit toch zijn bijnaam was.
"Ah begitu!" "Ja zo!" Zegt hij opgelucht en pakt uit de kleine keukenla een ouwe verroeste maar scherp geslepen klewang. Ik hoefde nu alleen twee verdiepingen omhoog om mijn zooitje in te pakken om vervolgens mijn bediende te ontslaan en daarna geruisloos zien te verdwijnen uit de Flatwijk Pulomas. Het liefst geheel ongeschonden natuurlijk. Ik geef Pisaulima een pluk wiet een stevige handdruk en bedank hem voor het slechte nieuws en nam afscheid.
"Leg jij het de jongens uit?" Vraag ik hem.
"Bij Domingues ga ik zelf wel even langs."
"Doe dat nou niet jongen," vraagt hij geschrokken.
"Pisau mond dicht ik heb geen keus, hij is mijn maat."
"We sterven voor elkaar en als dat nu gebeurt gebeurt het maar."
"Hadoe branie...," zegt Pisau.
"Niks branie!" "Niet meer dan normaal!" "Nou de mazzel."

Met mijn rug tegen de muren van het trappenhuis de deuren in de gaten houdend, loop ik naar boven en regel mijn zaken terwijl ik af en toe terug naar de voordeur loop om te luisteren of er zich niets afspeelde in het trappenhuis wat mijn kop kon kosten. Eenmaal alles kant en klaar, sluip ik door de smalle steegjes tussen de flats naar Blok zevenentwintig waar Domingues woonde, die niet thuis was. Balen! Zijn boer Franky, die ook al in een scheiding zat net als de andere helft van de woonwijk door mijn toedoen, depressief op bed lag nam verbaast het nieuws in zich op. De stakker wist niet dat zijn eigen vrouw meebetaald had om mijn nek af te snijden en dat hield ik zo. Hij geloofde me niet dat ik weg ging en ging weer slapen.
"Je bent gek," zei hij hard lachend voor zijn gezicht weer op balen-stand veranderde en zich omdraaide in bed.
Ik schreef in het kleine huiskamertje een brief aan Domingues in het Nederlands daar zijn oma Nederlands sprak, dit niemand iets aan ging, stopte deze bij Franky in zijn kontzak en gaf de geleende pen terug aan zijn vrouw die boog en mij schijnheilig breed toelachte en nam afscheid. "Selamat semuanya!" Mazzel allemaal!
Ik sloop weer terug naar mijn flat en liet mijn bediende een taxi voorrijden tot pal voor mijn deur wat normaal verboden is voor mensen die niet in de wijk wonen. Maar ik gaf vijfduizend Roepia extra mee voor de portier bij de slagboom om te kopen en beloofde haar er nog eens vijf als ze daadwerkelijk terugkwam, wat ik zeker wist want ik hield haar enigste bezit, een klein plastic tasje met voor haar van waardevolle spulletjes zoals kleding, sieraden en make-up voor de zekerheid bij me. Ik vertrouwde haar gek genoeg wel, en vertelde haar het verhaal, waarop ik hoorde dat ze het al wist. Die bediendes (berbantus) weten alles, die lullen alles aan elkaar door. Kwaad vraag ik waarom ze me niet gewaarschuwd heeft.
"Ik weet het pas sinds vanmorgen," zegt ze geschrokken.
En dan bedoelen ze zes uur 's morgens. En het was nu één uur!
Nee echt vlot waren ze daar niet allemaal, helemaal niet. Maar ze was voor haar doen, binnen een uur, vrij vlot terug met een taxi en dat voor tien minuten lopen naar de weg?
Ik stond achter de gordijnen te gluren toen hij aan kwam rijden, rende met de klewang in aanslag, mijn Samsonite koffer de trappen afgooiend naar beneden om mijn handen vrij te hebben bij een eventuele aanval. Terwijl de chauffeur hem in de achterbak van de taxi legt, liep ik naar de deur van Pisaulima en sloeg de klewang met een harde klap in zijn deur die vibrerend bleef steken. Net voor ik mijn deur van de taxi dichtslaat zie ik Pisau verbaast naar het hakmes in zijn deur kijken, draai mijn raam open en zeg: "I'll be back!" Met het accent van Swartzenegger, en geef hem een saluut van een soldaat met een vette knipoog. Met open bek en handen in de zijde kijkt hij mij met geknepen ogen tegen het zonlicht in na.
"Toeter eens," beveel ik de chauffeur. Kort claxonneert hij even.
"Nee ingedrukt houden tot aan de weg!" "Tot we de wijk uit zijn!"
Hij kijkt mij niet begrijpend aan in zijn achteruitkijkspiegel en als hij stopt met claxonneren geef ik hem een tik op zijn schouder: "Turus!" dat hij door moet gaan.
"Ya pak," zegt hij.
"Mau kemana pak?" Vraagt hij waar ik heen wil.
"Stasion aja!" Doe het station maar!

Schrijver: Franciscus Borst, 16 april 2013


Geplaatst in de categorie: reizen

4.7 met 3 stemmen 1.897



Er zijn 4 reacties op deze inzending:

Naam:
J.de Groot
Datum:
19 april 2013
Email:
joke190411hotmail.com
Gaat zeker lukken Franciscus ik wens je veel succes met je... nieuwe boek!
Naam:
Franciscus Borst
Datum:
18 april 2013
Email:
franciscusborsthotmail.nl
Ik heb nog veel materiaal dat ik moet 'polijsten' daarna ga ik het uitgeven. Dank voor de motivatie, is altijd fijn.
Naam:
Ivan
Datum:
18 april 2013
Email:
grud-ivanhotmail.ph
Ik raad je aan het in een boekvorm uittegeven,het is een leuk dramatisch op feiten berust verhaal, tevens is het vlot leesbaar geschreven. vr/gr Ivan
Naam:
Nico Noorman
Datum:
17 april 2013
Email:
niconoormanhotmail.com
Ik vind je verhalen plastisch en met vaart geschreven. Als de samenhang tussen de verhalen iets duidelijker zou zijn zou je er zo een boek van kunnen maken.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)