Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

DE VERRASTE SCHILDER

Lang geleden leefde er een vrouw, die haar man alleen 's avonds en 's ochtends bij zich in huis had.
Ruzie hadden deze man en vrouw niet. Maar hij ging elke dag naar de kasteeltoren, die alleen stond. Het kasteelgebouw zelf was in vroegere tijd afgebrand, en nooit meer opgebouwd.
De man ging die eenzame toren binnen, klom langs een gammele trap naar boven. bovenin het torenkamertje keek hij door een klein open raam uit over bossen, heuveltjes en weiden. Heel in de verte waren nog zandduinen zichtbaar, ook nog net een strookje van de zee.
Schilderen en tekenen was het werk van deze man. Heel wat vellen papier werden in één dag vol geschetst en beschilderd. De bossen en weiden, die vanaf de oude toren te zien waren, ja, die verschenen allemaal op het papier. Hoeveel boomtoppen en grasvlakten of grasheuvels werden er niet geschilderd?

De schilder gaf eens een grote tentoonstelling van zijn werk. In het stadhuis waren verscheidene zalen, waarvan de wanden vol hingen van zijn schilderijen en tekeningen. De eerste dag kwamen er heel veel mensen kijken. Maar die liepen ook weer gauw weg uit het stadhuis.
"Wat zie je daar?" mompelden ze ontevreden. "Niets dan boomtoppen, groene heuvels ne hier ne daar iets van duinen. Die domme schilder moet maar eens een grote reis gaan maken en meer plannen voor zijn werk krijgen."
De tweede dag kwamen er al veel minder mensen. Daarna zag je bijna niemand meer op de tentoonstelling. Iedereen had gehoord van dat saaie werk, bijna zonder afwisseling.
"Houd jij maar op met schilderen," zei zijn vrouw. "Je ziet wel dat de mensen je werk heus niet bewonderen. Leef voortaan ook liever in je eigen huis en met mij, je vrouw!"
"Ik zal doorgaan met mijn werk!!" brulde de schilder woedend. "Want dat is mijn levensgeluk!"
's Avonds heel laat liep de schilder het huis uit, met een grote tas aan zijn ene hand. Onder een mooie sterrenhemel liep hij naar het bos toe. Zodra hij daar aan kwam, ging hij op zijn rug liggen en gleed zo tussen de bomen en struiken door.
"Ik zie nu eens wat anders," dacht de schilder. "Het gebladerte van beneden af gezien. Bovendien zal ik het bos bij nacht tekenen."
Af en toe lag hij even stil, haalde dan een vel papier en vetkrijtjes uit zijn tas. Op goed geluk tekende hij in het donker: de spookachtige onderkant van de bomen en de struiken in het nachtelijke bos. Daarna schoof hij weer verder op zijn rug.
Bzzz! Er klonk een kwaadaardig gezoem. Au! De schilder was over een hommelnest gegaan. De ruw gewekte hommels hadden hun angels goed gebruikt. Van schrik nam hij weer zijn papier en vetkrijtjes. Driftig maakte hij wat kringen en krassen. Verder maar weer.
Gromm! Knauw! Daar beet een vos de schilder in zijn zij. "Lelijk beest, ik zal je een paar flinke tikken geven!"
Maar de vos rende heel snel weg. De boze schilder tekende weer wat in het wilde weg. Maar hij kreeg er genoeg van. Gauw maar weer naar huis toe.
"Wat heb je nu toch uitgevoerd?" vroeg zijn vrouw op kregele toon. "Ik dacht dat je wel de hele nacht buiten wilde blijven!"
"Kijk mijn nieuwe tekening eens," antwoordde hij eenvoudig.
"Ach, wat een onbenullige krassen en kriebels," lachte zijn vrouw minachtend.
"Ja, van huis weglopen en mij ongerust maken, dat kun je zeker!"

Maar de vriend van de schilder, die de volgende dag op bezoek kwam, dacht wel heel anders over het werk van de afgelopen nacht.
"O, wat heb je daar voor moois!" riep die vriend verrukt uit. 'Een bijzonder werk!"
De vriend dacht nog even na. "Ja, net drukbewogen water vol schaduwen. Tja, zo zien vissen, die in de zee zwemmen, de golven boven zich, wanneer het hard stormt. Zeg! Kijk die prachtig draaikolk daar eens!"
Ja, die vermeende "draaikolk" had de schilder getekend, terwijl hij die nacht pijn leed vanwege de hommelsteken.
De vriend peinsde verder... "Kijk daar! Dat is net een haai, die misselijk tussen de woedende golven ronddobbert. Ha ha, dat beest is ziek van het hobbelen. Willoos laat die haai zich nu meeslepen door de storm: zelf is hij nu een prooi van de zee!"
Terwijl de schilder in het bos kwaad was geworden om die vossenbeet, had hij allicht iets op zijn papier gekrast, dat toevallig op een haai leek.
"Hoe heb ik het nu?" dacht de schilder. "Mijn vrouw bespot mijn tekening. Mijn vriend is er weg van. Ik zal maar opnieuw wat proberen."


(wordt vervolgd)

Schrijver: Han Messie, 17 december 2014


Geplaatst in de categorie: kunst

3.3 met 3 stemmen 79



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Lilith de Wit
Datum:
19 december 2014
Dit was dus deel 1, dat als laatste geplaatst werd, maar gelukkig heb ik toch in de goede volgorde gelezen!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)