Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

HET PENSEEL

Ergens in de kelder van het Museum van Schone Kunsten lag een sterk, maar sierlijk houten kistje. Daarin werd een heel oude schilderskwast bewaard.
"Ik heb de eer om jou te bewaren en te beschermen," sprak het kistje tot wat het omsloot. "Wees maar blij dat je lange tijd binnenin mij mag blijven bestaan."
"Maar ik blijf toch hopen op iets anders dan jouw beschermend duister," antwoordde het penseel. "Zo'n vierhonderd jaar geleden werd ik altijd vastgehouden door mijn eigenaar. Druipend van de verf danste ik heen en weer op het wijde doek. O, de kleuren die uit mij kwamen! Hoeveel bosgezichten, stadspleinen en mooie portretten werden niet door mijn fijne haartjes gevormd? Maar ja, mijn meester werd oud en stierf.
Drie eeuwen lang werd ik nog in zijn huis bewaard. Verschillende nageslachten van hem bleven ook in dat huis wonen. Maar tenslotte hebben ze mij verkocht en ben ik in dit museum terechtgekomen. Al zeker honderd jaar lig ik tussen jouw wanden. Zal ik ooit weer gaan werken?"
"Laat er nog maar honderd jaar bijkomen," gniffelde het kistje.
Maar gelukkig gebeurde dat niet. spoedig werd het kistje geopend. Een kunstenaarshand nam het penseel. Deze verliet het duister, werd door de zalen van het museum gedragen.
"Aan de wand zie ik engelen, die ik eens maakte," schoot het door het opgewonden penseel heen. "Oh, toen ik daarmee bezig was... Ik had het gevoel dat ik zelf door de hemel zweefde!
Kijk, de drukke stadsmarkt waar ik ook aan meegewerkt heb! Wat was dat een belevenis! Al kringelend en strijkend in mijn meesters hand, kwamen er krioelende mensen uit mij. Mijn meester was zo opgetogen over dat werk!"
Het penseel had nu een nieuwe meester gekregen. De jonge schilder voelde de houten steel trillen in zijn hand.
"Zo, mijn nieuwe aanwinst popelt om gauw een schilderij te gaan maken. Bij mij zal hij een prettig bestaan hebben."

Urenlang kleurde het oeroude penseel de witte doeken in het atelier. Die heerlijke verfgeuren, en het licht met schaduw... Dat was een verrukkelijke omgeving om te werken.
Ook werd er vaak buiten geschilderd, op het purperen heideveld, onder helderblauwe lucht of dichte wolken. De smalle stadsstraatjes hadden ook de eer om meerdere keren afgebeeld te worden.
"Maar met al mijn werkvreugde mis ik één ding bij mijn meester," dacht het penseel. "Ondanks al zijn schildersgloed is er toch iets, dat hem stoort. Terwijl hij mij vasthoudt, voel ik in zijn hand verschillende gedachten. Die bewegen zich als ijle nevels en grijpen als haken in elkaar. Ik voel die gedachten van: Wat zal ik morgen kopen? Zal ik zaterdag bij onze sportvereniging gaan hardlopen, hoogspringen of kogelstoten? Kan ik volgend jaar misschien een mooie, verre reis maken?
Dan was mijn vorige eigenaar anders. Terwijl hij me vasthield, was zijn komend schilderij ook zijn hele wereld."
Voortdurend peinsde het penseel hierover, onder het beoefenen van de edele kunst. Tenslotte voelde de schilder dit aan.
"De aard van mijn penseel gaat over in mijn hoofd en hand. Het wil mij de rustige geest van eeuwen geleden geven. Ja, in die tijd had men veel minder vertier dan tegenwoordig. Het dagelijkse werk, het rustig bezig zijn, daar moesten de mensen hun genoegen in vinden. Wat zij uitvoerden, dat nam echt hun hele denken en doen in beslag. Mocht ik zo ook mijn gehele wezen tijdens het schilderen overgeven aan mijn werk. Hier zal ik mijn vrienden, die zelf ook schilders zijn, over spreken."
Dat gebeurde ook. Daarna ging het penseel als het ware een kring van schilders rond. Steeds leende een ander het weer voor twee of drie maanden.
Uiteindelijk lukte het al die kunstenaars om werkelijk met onverdeelde aandacht en overgave hun werk te doen.

Schrijver: Han Messie, 17 februari 2015


Geplaatst in de categorie: kunst

3.5 met 2 stemmen 82



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)