Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Heel lekker, Kees.

Het was mooi weer begin juli. Wulpse Alie was in de keuken bezig sla en komkommer klaar te maken. Kees had een dik touw aan de boom vastgemaakt en draaide het touw in de rondte zodat Max leerde touwtje te springen. Hij deed het heel goed.
''Nou jij springen, Kees.''
De lieve hond pakte met zijn poot het touw, maar kreeg het niet omhoog. Daarom sprong ik een paar keer over het touw dat op de grond lag. Max had grote schik en blafte voortdurend. Toen kwam Alie in de tuin met een biertje voor mij en een bakje fris water voor Max, die dankbaar naar haar keek.

''Heb je al nieuwe piepers, die vind ik zo lekker?''
''Zal effen kijken, schat.''
In zijn moestuintje rooide hij een emmer vol bintjes en kapte er het loof af. Max was moe geworden en lag op de bank te pitten. Kees kreeg het erg warm en ging in de schaduw van een grote rozenstruik op een bank zitten en veegde het zweet met een zakdoek van zijn voorhoofd.

Uit een thermosfles dronk hij wat koude melk. Toen hij zo naar zijn emmer bintjes keek moest hij ineens denken aan het schilderij van Vincent van Gogh. Een paar jaar geleden had hij dat schilderij bewonderd in een museum en had er een hele tijd naar gekeken.
Toen dacht hij ook weer aan zijn ouderlijk huis. Ook in die armoedige tijd waren er alleen maar aardappelen op de tafel. Met het hele gezin doopten we de piepers met onze handen om de beurt in wat reuzelvet en aten die. Dat was ook te zien op dat beroemde schilderij, de aardappeleters van het boerengezin.

Plotseling hoorde hij stemmetjes en keek om zich heen om te bepalen waar die vandaan kwamen, maar hij zag niemand. Max lag nog uitgevloerd. Dat is vreemd, dacht hij. Een tijdje hoorde hij de stemmetjes niet meer, maar genoot wel van het gekwetter van de parkieten in de volière van de buurman. Weer hoorde hij zachtjes praten, maar nu van de grond van het aardappelveldje. Hij keek gefascineerd naar dat stukje grond en zag opeens een achtergebleven bintje van grote omvang liggen naast een heel kleine.

Hij luisterde aandachtig en nu wist hij het zeker, die aardappelen waren met elkaar aan het praten en nog wel in het Drents. Hoe is het mogelijk, dacht hij.
Kees verplaatste zijn bankje meer naar het aardappelveldje toe om goed te kunnen luisteren wat ze tegen elkaar te zeggen hadden. Hij boog ze nog meer naar voren en kon ze nu nog beter volgen en hoorde het kleine bintje tegen de grote zeggen:

''Ik ben blij, dat ik nog zo klein ben, want ik heb gehoord, dat degene die zo groot zijn als jouw voor allerlei doeleinden gebruikt worden.''
''Oh ja, waarvoor dan'', zei de grote.
''Zal ik je zeggen, ten eerste word je een hele tijd bewaard in een houten kist, want daar is het donker en dat moet, lijkt mij niet zo prettig. Op een gegeven moment word je uit de kist gehaald en gaat iemand je huid eraf halen en dat noemen de mensen schillen, niet leuk hoor.

En wat er verder met jullie gaat gebeuren is helemaal verschrikkelijk. Ze gooien je in een pan water en zetten je op een vuur en als je de moord bent gestoken eten ze je op. Klaar ben je ermee. Laat mij maar klein blijven, mij pakken ze niet zo gauw.''
''Is het echt waar wat je allemaal beweert, kleine? Is het dan niet beter maar in de grond te blijven?''
''Dat kan niet meer, want die man daar op het bankje heeft je loof eraf gehaald, je bent gedoemd opgegeten te worden of weg te rotten en de lucht die je dan verspreidt is heel vies.''

''Nou kleine, daar word ik niet zo vrolijk van, was ik ook maar zo klein gebleven als jou.''
''Ik heb echt medelijden met je grote, want ik heb ook vernomen, dat de mensen patat van je kunnen maken.''
''Wat is dat nou weer?''
''Zal ik je vertellen ouwe bint, ze snijden je soortgenoten in repen en bakken die in hete olie en worden dan opgegeten door de mensen, vooral door de patatjeugd en ze bestrooien je ook nog eens met zout of pindasaus, klaar ben je ermee.''

''Hou op kleine, je maakt me ziek. Ik ga liever gewoon dood in de grond.''
''Ze kunnen nog veel meer met jullie doen, grote, ze kunnen ook nog chips van je maken en lijm maken om te behangen. Ik stop ermee, want ik zie, dat je niet goed wordt.''
Kees was stomverbaasd en dacht, zou het nou toch waar zijn, dat er wonderen bestaan. Hij maakte Max wakker en die zei meteen:

''Baas, heb je nog een beetje water voor me en een stuk worst?''
''Kom maar mee en ze gingen samen de keuken in. Ze was blij met de nieuwe aardappelen en ging ze schrapen. Max dronk gulzig van het water en at het stukje worst op.
''Zeker van de Hema, hé Kees. Heel lekker.''

Schrijver: kees niesse, 9 juli 2015


Geplaatst in de categorie: algemeen

Er is nog niet op deze inzending gestemd. 51



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)