Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

RODE BARET

Of kleinzoon Barry een weekje langs kan komen. De vraag werd gesteld door mijn jongste dochter. Een leuke meid, maar zwaar katholiek (heeft ze niet van mij hè – niet mijn schuld) en dus een heel koppel kinderen daar in hun afgrijselijke betonstad. In deze tijd komen de muren en ook de kinderen op haar en op elkaar af. Prima, stuur hem maar langs.

Ik heb haar geld gestuurd voor treinkaartjes, want zij heeft het niet al te breed, sinds haar man is weggelopen, en dus kwam ze voor het eerst sinds een jaar weer eens langs. Met Barry, zo’n bleek kindje van tien hoog achter. Die als uitje de school heeft en verder niets. Hij keek zijn ogen uit. Die blikken lijken inderdaad weer op die ooit, uit gewezen oorlogstijden.

Gisteren nam ik hem mee voor een boswandeling. ‘Opa, wat is het hier eng stil, zijn er geen wolven of andere enge dingen?’
‘Nee jongen, niks engs, alleen lekker rustig en mooi, en een die heerlijke bosgeur – prachtig toch?’
‘Ik ben blij dat het niet donker is opa. Ik vind het wel spannend.’
Het is een best slim jongetje, maar het ervaren van een bos is hem nog niet echt gegund. De slimheid zit hem meer in het feit dat hij mij toch consequent opa noemt, terwijl hij me misschien slechts enkele malen heeft gezien – dus toch goed, in de leer van opa, opgevoed.

‘Wat is dat voor eng geluid, opa? Het lijken wel machinegeweren – we moeten ons gaan verstoppen.’
Machinegeweren, wat bedoelt dat malle jong toch?
‘Luister dan opa, ze zijn gevaarlijk! Hoor die soldaten toch eens schieten.’
Ik luister en verdorie, nou snap ik het – hij bedoelt natuurlijk het repeterende roffelend hameren van de spechten.
‘Opa, we moeten hier weg hoor, het zijn enge soldaten net als in de game ‘Warcraft’, ze schieten alles overhoop.’
‘Ach jongetje toch, dat is maar een game – een spelletje en niet echt.’
‘Nou, dat geloof ik niet opa, want die voetbalgames zijn ook met echte voetballers.’
‘Nou laat mij je dan maar vertellen dat deze ‘soldaten’ soms ook wel degelijk baretten dragen. Knalrode nog wel, maar dat ze echt niet gevaarlijk zijn.‘
‘Maar hoe kunt u dat weten opa, u hebt helemaal geen één game.’
‘Klopt, maar opa weet wel wat hier in de omgeving leeft. Ik ken hier alles, zoals jij alle gekkigheid in de stad kent.’

Het kereltje, dat amper een ekster van een kraai of een duif van een meeuw kan onderscheiden, kijkt mij met grote ogen aan.
‘Maar opa, u zei zelf dat het soldaten met rode baretten zijn – die zijn echt heel erg gevaarlijk.’
‘Ach kereltje, het zijn natuurlijk geen echte soldaten – het zijn gewoon de spechten met een rode kuif en er zitten hier meerdere.’
‘Spechten? En die schieten niet op ons?’
‘Nee, jongen, die schieten op niemand, ze kloppen op bomen om te eten en maken nesten.
Het zijn prachtige vogels met rode baretten.’

Hij kijkt me aan met een blik van: die opa, hij probeert me voor de gek te houden.

Schrijver: catrinus
Inzender: C.A. de Boer, 9 april 2020


Geplaatst in de categorie: overig

5.0 met 3 stemmen 110



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Han Messie
Datum:
15 april 2020
Email:
hmessielive.nl
Wat hieruit blijkt hoe het gamen toch een verslaving kan zijn, die kinderen uit het werkelijke leven en de natuur weghaalt. Opa, leer je kleinzoon maar gauw meer van dieren en planten, als hij zich er tenminste niet zelf meer in gaat verdiepen!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)