Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Het beeld en de wijzen

Het was een zonnige dag, niet de warm, niet te koud, en de reiziger liep over een laan die aan weerszijden met platanen afgezoomd was. De zon speelde een duizelingwekkend lichtspel met de grote bladeren van de vele bomen. Aan het einde van de laan zag hij drie wijzen staan rond iets dat op een wit beeld leek. Hij ging er naartoe en groette de drie wijzen. Toen keek hij naar het beeld. Het was een grote, perfekt uitgehouwen en bewerkte witte roos, uit marmer. Bewonderend bleef hij staan en vroeg de drie mannen van wie dat beeld was.
“Dit beeld, mijn beste, hebben mijn twee confraters en ik met eindeloos geduld en groot vakmanschap vervaardigd teneinde onszelf eraan te herinneren dat het uiteindelijk doel van de mens de éénwording met de Schepper is, en de roos is daarvan het verheven symbool.”
“Inderdaad”, vulde de tweede wijze aan, “en dagelijks komen wij drieën hier samen om eer te betuigen aan de marmeren roos, die wij met de hulp van de Onnoembare hebben mogen creëren.”
“Juist”, zei de derde, “we onderhouden die roos, zodat ze voor onze kinderen, onze kindskinderen en vele generaties erna tot voorbeeld mag dienen voor de weg die ze moeten volgen.”
“Hoe zult u die roos dan kunnen bewaren voor de eeuwigheid?” wou de reiziger weten.
“Wel”, zei de eerste wijze, “iedere dag, zoals ik reeds zei, komen we hier, betuigen onze eer en onderhouden we de roos, door ze te poetsen, zodat er geen mos op kan groeien of vogels hun gevoeg er niet op blijft liggen. En die taak zal door de langstlevende van ons iedere dag volbracht worden.”
“En wat, als de langstlevende van jullie op een dag ook zijn lichaam aflegt?”
“Oh”, zei de tweede, “ieder van ons is met vele vrouwen getrouwd en we kwijten ons zorgvuldig aan de taak om voor een omvangrijk nageslacht te zorgen. Zo zal de zorg voor het beeld door het nageslacht verzekerd zijn.”
“Maar”, wou de reiziger weten, “wat op de dag dat het vruchtbare zaad uwer nageslacht op dorre grond valt en de loot van uw stamboom een dode vrucht bevat?”
Even was het stil. De wijzen keken beurtelings naar elkaar en naar de reiziger. Toen zei de derde:
“Uw onbeheerste twijfel betreffende de heiligheid van ons beeld ontmaskert u als een wilde heiden. Wij zullen al de regels en gebruiken die nodig zijn om de roos te bewaren en bewaken, zowel voor de elementen als voor de verslapping van aanbidding, ter schrift stellen en een kring van discipelen inwijden. Vervolgens zullen we ze naar allen uithoeken van de wereld sturen, zodat de hele wereld zal weten hoe de marmeren roos te eren! En nu; laat ons alleen, trek verder en houdt uw tong in bedwang, want bijna had uw onwetendheid twijfel in ons hart gezaaid... .”
En de reiziger vervolgde zijn weg. Enige kilometers verder kwam hij langs een rijkelijk bloeiende rozelaar. Hij bleef staan, streelde zachtjes één van de vele rozen, sloot zijn ogen en snoof haar geur op met een lange, diepe teug. Hij vervolgde zijn weg en weende bitter in zijn hart... .

Schrijver: Marc Kerkhofs, 14 oktober 2004


Geplaatst in de categorie: filosofie

4.5 met 4 stemmen 792



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)