Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Vormleer

Buiten waait de wind. Binnen is het knus; tante logeert bij hen, bij Petra en Ad Bredero. Pa en ma zijn met vakantie. Dat betekent: geen gezanik over huiswerk. Dat betekent eveneens: bizarre verhalen, weten de kinderen. Tante zit er vol mee.

Na het avondeten schuift ze resoluut de vaat in de machine. Niet erg ordelijk, zien Petra en Ad, maar zeggen doen ze niets. Snel pakken ze hun cola uit de ijskast en een pak chips van de keukenplank. Voor tante is er witte wijn. Alles gaat mee naar de huiskamer, Ad schenkt in, Petra doet het grote licht uit en de schemerlampen aan.
Tante nestelt zich in pa’s uitgezakte stoel, Petra en Ad ieder op een hoek van de bank.

“Zoals jullie weten…” begint tante, “hebben alle mensen hun eigen uiterlijk. O, dat uiterlijk verandert bij het ouder worden, maar we blijven herkenbaar voor elkaar.”
Petra en Ad kijken verbaasd; logisch toch?
“Ja, ik zie jullie verbaasd kijken, maar zo gewoon hoeft dat niet te zijn, luister maar…

Hoe anders werd dit alles zo’n duizend jaar later… ‘Vormleer’ was al op de basisschool een verplicht vak, want een echt vaste vorm bezaten die wezens niet. De jonkies, de kinderen, wriggelden maar wat aan, hun kleur veranderde steeds en tentakels schoten ordeloos in en uit hun rupsachtige, golvende lijfjes.
Allen, ook de volwassenen, waren zware kankerpatiënten, maar de wetenschap had inmiddels ingezien wat een enorm voordeel deze ziekte met zich meebracht: wildgroei.
Dat deze wildgroei ten koste zou gaan van iets anders, werd na veel onderzoek uitgebannen.
Evenals pijn. Uitzaaiingen. Dood.
Wildgroei.
Dat was het mooiste wat kanker meebracht: men kon iedere vorm aannemen die men zich wenste – wilde men eruitzien als een vogel, liefst een mooie? Geen probleem.
Wilde men eruitzien als een hond, liefst een mooie? Geen probleem.
Wilde men een mens zijn, liefst een mooi mens? Geen probleem, er bestonden nog boeken uit vroeger jaren waarin afbeeldingen stonden – met enige concentratie kon ieder zijn of haar lievelingsvorm aannemen.
Oefenen moest men wel; men moest zich leren concentreren, anders zag men er niet uit – honden met, bijvoorbeeld, twee koppen en zes staarten werden jouwend nagewezen.
Men stond dan als oen te kijk.
Vandaar dus dat ‘Vormleer’ zo belangrijk was.
Maar stommelingen die het nooit goed onder de knie kregen, bestonden overal.
Ook in het land Verschiet, waar een wezen woonde dat al jaren oefende om Iets te worden – toch maar weer een Man proberen, dacht hij, al was het dan een van de moeilijkste vormen, maar uit de boeken over een millennium geleden had hij wel begrepen dat mannen de macht in handen hadden.
Macht!
Ha!
Het wezen zag het al voor zich: moeiteloos een wijfje, o nee, vrouw, werven, desnoods onder de neus van haar mannetje, o nee, man, vandaan – ha! Nooit zou iemand het bestaan hem ooit weer uit te lachen!
Het wezen had zich zorgvuldig voorbereid: een lange, slanke man zou het worden, met golvend, zwart haar en gevoelige, indringende, broeierige ogen; al te moeilijk moest dat niet zijn – hij had antiquarisch een hele boeketreeks op de kop getikt en wist dus waar mensvrouwen toendertijd van hielden en nam aan dat dat nog steeds het geval zou zijn.
Het wezen grinnikte, concentreerde zich, voelde zich hervormen en liep tevreden naar buiten, op zoek naar een wezen dat zich een vrouwvorm had aangemeten. Zijn voorkeur ging uit naar een zachtaardig, meegaand en vooral niet veeleisend schepseltje; speciaal dit laatste was voor het, o nee, hem, van groot belang; hij was net iets te vaak uitgelachen…
Hij liep de straat op. Het was alsof hij over het beton zweefde, zo plezierig voelde hij zich in zijn nieuwe gedaante.
Ineens stond hij voor een auto waarin… een mensman en… een mensvrouw wensvrouw.
Ze keek hem met opengesperde ogen aan. Dat moest wel duiden op een zachte natuur, meende hij.
De mensman was juist bezig zijn auto te starten. Keek op.
“Verdomme, ga als de sodemieter uit de weg,” schreeuwde die geschrokken.
De hij/het met de gevoelige, broeierige ogen keek enkel naar de mensvrouw en zei zelfbewust: “Kom, stap eens uit, wij gaan samen een eindje om!”
Ze lachte.
Láchte ze?
Ook de mensman brulde ineens van de lach, schakelde, gaf gas en riep: “Lulletje!”
De wagen schoot weg, het gelach klonk nog na in zijn oren.
Plotseling voelde hij zich klam worden van gêne; hij had enkel aan zijn lichaamsvorm gedacht, niet aan wat hij aan zou hebben… hij was, kortom, poedelnaakt!
Omzichtig sloop hij terug naar zijn huis en probeerde zich opnieuw te vormen…
Maar hij zou hard moeten oefenen en geduld moeten hebben.
Evenals zijn toekomstige mensvrouw wensvrouw.”

Tante zweeg.
“Klere! Wat een onzinnig verhaal!” roept Petra uit, “mannen het machtigst? Onzin! Nee tante, je bent vanavond niet in vorm, haha, doe maar een paar oefeningetjes in Vormleer!”
Ad grijnst.
“Kom, we moeten de hond nog uitlaten. Doe me de eer aan me te vergezellen, zwak, zachtaardig, meegaand schepseltje…” en uitnodigend steekt hij Petra zijn hand toe.
“Hoeft niet, doe ik wel, even een frisse neus halen,” zegt tante. “En als mijn verhaaltjes hier niet gewaardeerd worden…”
Petra laat haar niet uitspreken: “Toch wel, tante, maar vrouwen komen er zo lullig af.”
“Kuttig,” spot Ad.
Petra geeft hem een mep met een krant en tante roept Bas, de hond.

De beide kinderen vinden het allang best! Computeren is leuker!

Dr. Tiny Bredero, medisch-wetenschappelijk onderzoekster, tevens tante van Petra en Ad, loopt met Bas over straat.
Terwijl Bas zijn plasje plengt, wrijft zij zich even over haar kort stekelhaar; volgende keer geen chemo meer, weet ze – haar onderzoekingen zijn in een stadium dat…
Dromen over historische bekendheid zet zij zich definitief uit het hoofd.
Ze concentreert zich sterk.
Voelt zich veranderen in een fiere, slanke golden retriever.
Even nog denkt ze aan nichtje Petra en neefje Ad – vrouwen zwak?

Met een wolfachtige grijns om haar bek trippelt ze zelfbewust op de verlangend piepende, onderdanig wachtende Bas toe.

Schrijver: Femmy, 31 maart 2005


Geplaatst in de categorie: lichaam

4.5 met 2 stemmen 1.032



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)