Anton Heyboer
De dood van Anton Heyboer raakt mij. In de loop der jaren interviewde ik hem een aantal keren. Het was iedere keer een feest! Een origineler en aardiger gesprekspartner heb ik nooit getroffen.
Mijn contact met hem kwam tot stand via Petra, één van zijn vrouwen. Uitdrukkelijk werd mij gezegd dat ik wél op het afgesproken tijdstip moest verschijnen: ,,anders wordt Ton gek”.
Heyboer bedacht waar hij het over zou hebben, van zomaar een praatje hield hij niet. Hij verrichtte voor mijn komst zoveel denkwerk dat zijn wonderlijke geest er door op springen stond. Kon hij zijn verhaal niet tijdig kwijt dan bestond de kans dat bij hem de stoppen doorsloegen.
Hij zorgde dat hij nieuws te melden had. Bijvoorbeeld over figuren die vervalsingen van zijn kunstwerken op de markt brachten. Of over het pakhuis in Amsterdam-Sloterdijk waar de erfenis voor zijn vrouwen ligt opgeslagen. Het moet een enorme voorraad van zijn etsen zijn. Binnenkort zullen we weten wat er van dat verhaal klopt.
Hij kwam met gezichtspunten die totaal van de norm afweken. Over zijn veelwijverij bijvoorbeeld. Dat had van hem geen seksuele grootverbruiker gemaakt. Integendeel, hij vertelde het met elk van zijn vrouwen slechts één keer te hebben gedaan. ,,Als ze daarna bij je terugkomt voor nog een beurt heb je het die ene keer niet goed gedaan.”
Bij het naderen van de jaren ’90 belde ik een aantal bekende Nederlanders over hun verwachtingen voor het aankomende decennium. Anton Heyboer vertelde daarbij een warrig verhaal over het aquariustijdperk dat er volgens hem aan zat te komen. Grote veranderingen voor de mensheid lagen in het verschiet.
Op een gegeven moment onderbrak hij zijn betoog met de vraag: ,,Snap je het nog een beetje?”
Ik loog dat ik daar geen probleem mee had.
Waarop hij met zijn schraperige stemmetje antwoordde: ,,Dan ben je een heel knappe, ik begrijp er zelf geen donder meer van…”
Geplaatst in de categorie: kunst