Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Dag lieve opa

Ik sta bij de foto van mijn opa en steek een kaars aan.
Rillingen glijden over mijn rug en ik krijg kippenvel. Ziek van verdriet neem ik plaats op de bank in de kerk. Schuin tegen over mij staat zijn kist. Mijn ogen zijn er al de hele avond op gevestigd en het kwelt mij.
Zou opa, opa nog zijn? Ik spreek mijzelf een geruststellend woord toe en sta op. Langzaam loop ik richting de kist. Steeds dichterbij zie ik steeds meer van opa. Het puntje van zijn neus, zijn voorhoofd en al snel zijn hele gezicht. Mijn adem gaat sneller en mijn ogen branden. Oh mijn god opa, waar ben je toch? Zijn gezicht ziet eruit als een wassenbeeld. Zijn oogkassen zijn donker en zijn wangen zijn ingevallen. Ik leun over de kist heen en leg mijn hand op die van hem. Zo koud.

Mijn lip begint te trillen en een traan rolt over mijn wang.
Angst heeft bezit van mij genomen en een grote donkere leegte overvalt mij.
Het voelt alsof ik niet meer op deze wereld ben. Ik voel de grond niet meer onder mijn voeten, ik voel alleen maar de kou van opa zijn hand.
Uren sta ik daar, genageld aan de grond. Ga je mee naar huis? wordt mij gevraagd. Ik wil niet. Ik ben er nog niet klaar voor om opa achter te laten. Het liefst zou ik naast zijn kist in slaap willen vallen zodat ik toch nog één dag bij hem kan zijn. Nog één dag bij mijn lieve opa. Ik wil gewoon geen afscheid nemen. Niet nu.

Ondanks mijn sterke gevoelens ga ik naar huis, wetend dat morgen de begrafenis is. Slapen lukt mij niet, hij zit in mijn hoofd. Beelden van vroeger gaan door mij heen. Opa die mij aan het lachen maakt, mij mee neemt naar speeltuintjes terwijl hij een sigaar rookt. Bloemen plukken voor oma langs de waterkant. Herinneringen om nooit te vergeten. De nacht gaat voorbij en voordat ik het weet sta ik alweer voor de spiegel om mij klaar te maken voor het definitieve afscheid. Ik hoor de klokken al luiden. Het geluid gaat dwars door mij heen, het raakt mijn hart.

Ik loop de straat op richting de kerk. Het geluid wordt steeds harder en ook de pijn neemt toe. Ik loop de kerk in maar alles wat ik voel lijkt onwerkelijk.
De mis zegt mij niks. Het is onze schuld, onze grote grote schuld, zeg mij maar na, zegt de pastoor. Ik kijk hem aan alsof ik water zie branden. Het is onze schuld!! Wat the fuck bedoelt hij daar nou weer mee. Het is toch niet onze schuld dat opa dood is. Verbaasd kijk ik mijn vader aan die de woorden herhaalt van de pastoor. Ik geloof dat ik het nooit zal begrijpen wat hij daarmee bedoelt.

De kist wordt opgetild door familie leden en ik loop erachter aan naar buiten. Ik zie het gat dat is gegraven, het is omringd met kaarsen. De kist wordt neergezet bij het graf en iedereen staat er omheen. Ik blijf mijn vader aankijken en ik hoop dat ik een deel van zijn verdriet mee kan dragen. De wierookgeur komt op mij af en de waterdruppels die de pastoor op de kist laat vallen rollen naar beneden de diepte in. De diepte...

Opa gaat de diepte in.
Langzaam gaat de kist naar beneden, het gat in. Ik zie mijn opa verdwijnen. Dit is het moment. Nu moet ik afscheid nemen, nu moet ik wel.
Met pijn in mijn keel omdat ik niet wil huilen zeg ik in mijn hoofd,in mijn gedachten, gedag van opa.
Tranen rollen in overvloed bij de mensen om mij heen.
Maar ik kan het niet.
Ik breek van binnen, waar niemand het kan zien.

Schrijver: sylvia kuipers, 30 december 2005


Geplaatst in de categorie: afscheid

3.1 met 12 stemmen 1.685



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)