Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Ralfje 10

De laatste dag

Albi wankelde de grot uit. Hij had zich te goed gedaan aan de hete brij.

Even later klapwiekte de draak met zijn vleugels ze waren weer sterk genoeg.
Flora, Benny en Leda keken op veilige afstand toe.

De draak keek in het rond.

- We moeten vandaag naar de steen, sprak hij. Om zeven over zeven moeten wij proberen de vloek te bezweren. Als dat niet lukt vergaat de fantasiewereld. We vliegen er dadelijk heen.
De drakengrotmuis zocht een plaatsje op de rug van de draak.
Benny liet met tegenzin Flora tussen zijn vleugels klimmen en. Leda de schildpad gleed het donkere water in. De wind wees hen de weg naar de steen.

Een paar dagen eerder was een ander gezelschap op weg gegaan. De hele santenkraam paste maar net in de kleine auto. Op de achterbank in een rieten mand verbleven Ralf met de Kewukkel die wel erg zenuwachtig was geworden van al die drukte, Bret en Bran met de schaduw van Flora.
Gwenny verkoos voor de auto uit te vliegen als en soort wegwijzer.

Zo arriveerden zij in het gebied waar de steen stond.
Heel lang geleden woonde daar een oud en bijna vergeten volk. Een volk van verhalenvertellers, zangers en drakenbestrijders.

De mensen in het dorpje spraken een vreemde taal; een taal die niet iedereen begreep. Alleen Bret en Bran verstonden het vreemde taaltje bijzonder goed. Ralf de Ermse kabouter had nu veel plezier van het taalkristal.

Eenmaal bij de steen zagen ze in de verte een vreemd gezelschap aan komen fladderen. De draak met op zijn rug de drakengrotmuis, Benny met Flora en vanuit de draaikolk kwam proestend het hoofd van Leda te voorschijn.
Met veel lawaai en vlerkgeklap landde de draak op veilige afstand van het kolkende water. De draak blies stoom af en vertelde wat gedaan moest worden.

De Kewukkel was stilletjes dichterbij gezweefd en kon haar grote ogen niet van de draak afhouden. Zijn gevlamde vlerken gloeiden indrukwekkend in de avondschemer.

De draak die de Kewukkel nog niet eerder had opgemerkt klapte zijn enorme muil open van verbazing.
De Kewukkel veranderde van kleur en zweefde in dunne ijle slierten om de draak heen. Hun ogen vonden elkaar.
De draak leek te blozen, klapte zijn mond weer dicht en de Kewukkel leek groter en groter te worden.
Ze zweefde omhoog en verkleurde van groen naar goud en kreeg prachtige rode vlekjes, toen leek ze even helemaal opgelost in de avondlucht om plotseling terug te zweven tot vlak bij de draak. Toen gebeurde er iets waar jaren later nog over gepraat zou worden. Er klonk een luide knal gevolgd door een rookwolk en een prachtig drakenmeisje verscheen met gouden schubben en grote ietwat scheefstaande ogen.

Albi staarde haar verliefd aan.
- Mijn bruidje Ka,lispelde hij.

De Kewukkel, bleek de verloren bruid van de draak te zijn. Bret riep de hele groep tot de orde.
- Schiet nu toch op, straks is het te laat, stomende zwijmelaar, zeg wat we moeten doen.
De draak schrok op uit zijn droomtoestand en trok stoer zijn vleugels op zijn plaats.

Vriend en vijand om de steen
Een kabouter zoeft er omheen
Zeven maal zeven tegen de klok
slaat dan zeven maal met een stok

kust een schaduwmeisje en gewis
Stopt de steen met luid gesis
Sla hand en vlerk goed in elkaar
En de vloek is niet meer daar

Draait de steen een slag terug
Zeven maal zeven vliegensvlug
En we feesten het hele jaar

Iedereen schaarde zich rond de steen alsof het afgesproken was.
Ralf bleef midden in de kring staan. Bret telde langzaam tot zeven en bij de zevende tel begon Ralf als de wind te lopen. Iedereen telde hardop mee. Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven… en dat zeven maal. Ralf zoefde voorbij.
Maar... ze waren een stok vergeten!

Albi vond een stevige stok en gaf die aan Ralf die ermee tegen de nog steeds draaiende steen sloeg. Er gebeurde niets. De steen schroefde zich nog steeds langzaam in de grond.
Ralf zoefde opnieuw rond de steen. Daarop greep Ralf de stok uit Albi’s klauw en sloeg zeven maal tegen de steen.

Er gebeurde weer niets. Ralf deed zijn ogen dicht en toen hij ze weer open deed zag hij de schaduw van Flora vlak voor zich. ‘kus een schaduwmeisje’ schoot het door hem heen, hij boog zich voorover greep naar de schaduw van Flora en drukte er een kus op. Langzaam kreeg de schaduw kleur.

Uit de schaduw stapte de gestalte van Flora. Blozend stond ze voor Ralf in de kring.

De steen stopte plotseling met draaien en draaide een slag terug.
Het water golfde alle kanten op.

Het is gelukt!
De draken vlogen klapwiekend op; Bret en Bran grepen zich vast aan het schild van Leda, de drakengrotmuis sprong pardoes tussen de veren van Gwenny die verstoord opvloog. Benny maakte een salto boven het uitzinnige groepje. De vloek was opgeheven.

De fantasiewereld zou niet ten onder gaan. Albi keek verliefd naar zijn bruid en Ralf rook bloemengeuren toen hij naar Flora keek. Hij was ook verliefd.
Aan de hemel verscheen een prachtige regenboog en overal kwamen vogels vandaan vliegen.
Ralf vroeg Flora om haar hand en zoals gebruikelijk is in sprookjes zei ze ja.

Albi en zijn bruid Ka Wu Kan nodigden iedereen uit voor de bruiloft en dansend en zingend vertrok het gezelschap naar het eiland voor de kust om feest te vieren.

Ik zwaaide hen na tot ik ze niet meer kon zien en maakte nog een foto van de grote steen die als een enorme vermanende vinger naar de hemel wees.

De wolken dreven langzaam voorbij en de zon kwam erachter vandaan.
Een raar gevoel trok door me heen. Eerst wist ik niet wat het was. Natuurlijk… ineens wist ik het. Het verhaal was klaar.

Het vakantiegevoel kriebelde in mijn buik. Ik kon mijn pen en papier opbergen.
Mijn vakantie kon beginnen.

Einde

Schrijver: Willy Vittali, 19 november 2008


Geplaatst in de categorie: kinderen

2.6 met 7 stemmen 308



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)