Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Doodgewone Wandeling

Soms is een doodgewone wandeling veel ongewoner dan je kunt vermoeden. Ook al is het een wandeling die je wel vaker maakt, toch kan hij opeens heel anders lijken. Een poosje geleden liep ik het mij bekende pad, iets buiten het dorp, af wat langs een boerderij leidt en uitkomt bij een bosje waarachter een landweggetje ligt wat je weer om een groter stuk bos leidt naar het eigenlijke grote Blauwe Bos,
Door het kleine bosje loopt een soort van geitenpad. Je moet opletten om niet over losse takken te struikelen, maar het snijdt een heel stuk af. Het bosje is eigenlijk privéterrein, maar er is geen prikkeldraad geplaatst. Er staan twee huizen. Het ene huis wordt bewoond door vaste bewoners – het andere wordt verhuurd als vakantiewoning. Op een doordeweekse dag zijn er meestal geen mensen. Natuurlijk loop ik er in de vakantietijd of in het weekend niet langs, want het het paadje loopt via hun parkeerterrein.

Goed ik liep over het geitenpad, wat zichzelf wijst naar de er achtergelegen landweg. Aan het eind van het pad gekomen herkende ik de situatie en wilde de landweg af lopen om het grotere onbegaanbare bos heen, richting het echte serieuze bos – het Blauwe Bos.
Plotseling zag ik dat er half achter de bomen verscholen een huis stond en het pad dood liep. Verdorie waar ben ik nu beland vroeg ik me af. Dit klopt helemaal niet. Er staan hier maar twee huizen en aan die landweg staat helemaal geen huis en het loopt er ook niet dood. Even aarzelde ik of ik bij het huis zou aan bellen om te vragen waar of ik nu eigenlijk beland was. Maar na enige aarzeling besloot ik het maar niet te doen. Je weet maar nooit, voor je het weet heb je bij zo’n afgelegen woning een rottweiler of een doberman pincher aan je kont hangen. En het huis maakte ook een doodse verlaten indruk. Ik zag al een krantenartikel met de kop voor me:
‘Man verscheurd door rottweiler’, en waaruit verder bleek dat de eigenaar niet thuis was geweest en het slachtoffer ongevraagd het perceel had betreden, daarmee eigen schuld dikke bult suggererend.
Dus besloot ik het geitenpad terug naar het begin af te lopen en eventueel te kijken waar of ik een afslag had gemist. Net op het moment dat ik wou omdraaien, zwaaide de deur van de naast de woning staande schuur open. Een man, in zwart gekleed, verscheen. Hij had een benig uiterlijk en z’n gezicht was enigszins ingevallen, kortom een beetje sinister. Z’n ogen lagen diep verzonken in z’n oogkassen. Ik huiverde maar groette hem fatsoenshalve.
‘Zoekt u iets meneer,’ vroeg hij beleefd.
‘Nou nee, eigenlijk ben ik zoals wel vaker het achter me liggende bosje doorgelopen en kom hier zoals altijd uit op de landweg die om het grotere bos leidt naar het Blauwe Bos.
‘Wees gerust meneer, u bent inderdaad op die landweg beland.’ ‘Maar uw huis stond er de vorige keren niet, ik zal wel een beetje verdwaald zijn.’
‘Nee meneer, u bent niet verdwaald. Dit is het doorloophuis. Kom maar even kijken.’
‘Maar het pad loopt hier dood en dat was anders niet zo.’ ‘Klopt meneer het staat er tijdelijk.’ ‘Tijdelijk?’ ‘Ja, het staat er soms even voor mensen waarvan ik vermoed dat ze dolende zijn en hier door moeten lopen om hun weg te vinden, wat ze vaak zelf niet eens beseffen. De dolende zielen.’ ‘Beste man, wat voor klinkklare onzin is dit en ik ben geen dolende ziel?’ ‘Het is geen onzin meneer, soms moeten mensen hier doorheen om hun weg te vervolgen en aan de andere kant te komen.’ Ik keek langs de man, in z’n schuur, hij had de deur open laten staan. De schrik sloeg me lichtelijk om het hart. Aan de ene wand had hij diverse blinkende zeisen hangen. Het viel me op, omdat er net een zonnestraal op viel. Verdorie dacht ik – hier klopt iets niet, ik moet terug. M’n gevoel zei me dat ik moest oppassen om niet ergens te belanden waar ik niet wou. Vlug legde ik de puzzelstukjes op een rij – een doods tijdelijk huis, een doodlopende landweg, een man die een doodse sinistere indruk maakt en wat moet een man met zo veel diverse soorten en maten zeisen.

‘Meneer,’ zei ik, ‘ik vermoed dat ik een verkeerde afslag heb genomen. Ik kom later wel eens langs.’
‘Aan u nog de keus,’ meende de man.
Ik had de hele situatie al eens goed bekeken op Google Earth; er stonden slechts de twee mij bekende woningen in dat kleine bos.
Was ik toch op een of andere gekke manier verdwaald? Of was ik net de dood ontlopen? Was het blijkbaar nog niet mijn tijd? Het zal misschien voor altijd een raadsel blijven. Wat je soms al niet meemaakt op een doodgewone alledaagse wandeling.

P.S. Ik zie u denken: best een mysterieus onzinnig verhaal, maar hij zal wel de weg zijn kwijt geraakt.
Gelukkig ken ik mezelf en weet dat ik gemakkelijk verdwaal. Toch nog maar eens op Google Earth inzoomen. Er lopen drie parallelle paden naar het bos. Het derde pad leidt langs het bosje en gaat over op de landweg die om het bosje loopt.
Het tweede pad loop ik nooit af, want daar huist een paardenfokker en een opvang voor honden. Te veel kans op trammelant.
Nu bleek dus het tweede huis helemaal aan het eind van dit tweede pad te liggen. Dus ik was al oplettend om niet over takken te struikelen, verkeerd gelopen en daar uitgekomen. Mijn mysterieus einde van het verhaal was inderdaad pure fantasie.
Toch ben ik het afgelopen weekeinde per ambulance met hartritmestoornissen naar het UMCG afgevoerd. Gelukkig konden ze het probleem verhelpen en voel ik me nu al weer ietsje beter.

Wat het bedenken van het slot van het bovenstaande verhaal betreft was het toch al of niet een ingeving voor wat er komen ging? Misschien is dat wel het werkelijke mysterieuze van dit verhaal.

Schrijver: catrinus
2 oktober 2022


Geplaatst in de categorie: individu

5.0 met 1 stemmen 115



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)