Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Interview Andreas Burnier (fragmenten)

HET HEEFT IETS verbazingwekkends: zo woedend en polemisch als Andreas Burnier kan uithalen op papier, zo zorgvuldig en omzichtig formuleert zij nu.
Geduldig luistert zij naar de vragen, zij denkt even na, buigt voorover en antwoordt weloverwogen, genuanceerd, relativerend zelfs.
Beter beschouwd past die ogenschijnlijke gespletenheid naadloos bij haar werk. Woede en wanhoop, rede en geest, felheid en kwetsbaarheid gaan daarin een ongebruikelijk huwelijk aan.
--
Heeft het niet toch iets paradoxaals, vraag ik, dat woede en het verlangen naar harmonie zo hand in hand gaan? Houdt de woede de ik-figuur van de roman niet juist gekluisterd aan het aardse waar zij zo graag aan wil ontsnappen?
'Er bestaan flegmatischer temperamenten dan het mijne', zegt Andreas Burnier lachend. 'Ik ben heftig. Daarnaast zit ik, zoals velen van mijn joodse generatie, met een woede die zo groot is en zo onverteerbaar dat zij onverwerkbaar blijft. Het heeft natuurlijk te maken met mijn totale machteloosheid in de oorlog. Ik was niet zo jong dat ik niets begreep, maar ik was ook niet van de generatie die bij het verzet kon. Ik was een kind van elf, twaalf, dertien jaar. Dus afhankelijk en in zeer hoge mate weerloos. Het uitroeien van je familie, je vrienden, je omgeving is iets dat je niet kunt verwerken.
---
'Woede', vervolgt zij onverstoorbaar, 'is een goede energiebasis die je, voor zover dat mogelijk is, een beetje zou moeten transformeren.
---
Andreas Burnier verklaart haar papieren woede ook met een literaire voorkeur: zij houdt van de hyperbool, de overdrijving.
Burnier: 'De teneur in West-Europa is dat intellectuelen met understatements werken. Dat is een vorm van ironie, maar een hyperbool is dat ook.
De hyperbool is met name een Europees-joodse stijlvorm. Het heeft een beetje te maken met een cultuurverschil.
De Engelse stijl is bij uitstek het understatement - dat kan heel geestig zijn. De Italiaanse en joodse stijl is, zij het met enig verschil, de hyperbool. Wanneer een Italiaan kiespijn heeft, zegt hij: "Ik ga dood! Ik ga dood! Ik lig op sterven! Kom allemaal en neem afscheid van mij."
Als een jood kiespijn heeft, zegt hij: "Ik ga dood, let maar niet op mij". Spreken in hyperbolen is gewoon een toonhoogte, alleen is die tamelijk ongebruikelijk in Nederland.
Het Nederlandse temperament is naar mijn smaak vaak te alledaags, te flegmatisch.
---
Wij zijn eendagsvliegen, wat wij zien is de ondergang en niet dat er reeds na zeven eeuwen weer wat moois gebeurt.
---
In 'De wereld is van glas' onderscheidt vader David drie typen mensen:
zij die zich op aarde thuis voelen alsof zij er altijd hebben gewoond;
zij die vooral de schaduwzijde van het leven op aarde zien;
en zij die zich verdwaald voelen in deze uithoek van het universum.
Andreas Burnier is, zo blijkt uit al haar werk, duidelijk van het laatste soort: 'Ik herkende me indertijd in de brieven van Van Gogh die het gevoel had dat hij een reiziger was die in de verkeerde herberg was terechtgekomen.
Het is een beeld dat mij wel aanspreekt.
Aan de andere kant denk ik: je kunt wel doen alsof je er niet bij hoort, maar je hoort er wel bij.
---
Mijn wereldbeeld is wel dat er allerlei manieren van existeren en diverse niveaus van bewustzijn zijn. Ik geloof niet dat wat wij in ons alledaagse bewustzijn ervaren het allerhoogste is.
Waarom zou het bij ons ophouden? Ik kan mij voorstellen dat, zoals er niveaus onder ons alledaagse bewustzijn of onder onze existentie zijn, er ook niveaus boven de onze zijn. En dat wij afkomstig zijn uit een wereld die de onze omvat, en waarin je weer terugkeert na de dood.
Ik heb in het verleden vaak het verhaal 'Forschungen eines Hundes' van Kafka geciteerd, dat daarover gaat. Een bijzonder slimme hond probeert de realiteit te verklaren. Hoe komt het dat er af en toe voedsel in zijn bak valt? Waarom zweven honden soms in de lucht?
---
Haar meerlagige wereldbeeld heeft Andreas Burnier al lang, haar terugkeer naar het jodendom heeft daar weinig aan veranderd.
Burnier: 'Daarvoor was ik te oud. Ik heb een verpakking gevonden die voor mij ideaal is. Ik heb wel nieuwe dingen geleerd.
Het aangename van het jodendom is voor mij de combinatie van kritisch-rationalisme met devotie en mystiek. Die combinatie is niet speciaal voor aparte mensentypen bedoeld, iedereen kan dat in zichzelf verenigen.
Mooi is ook dat er in het jodendom altijd een snelle terugkeer is naar het alledaagse. Dus je kunt heel diepzinnige, grootse ideeën hebben, enorme gevoelens en prachtige impulsen, maar het moet altijd weer terugkeren naar hier, beide benen op de grond. Na een van de plechtigste, meest verheven dagen van het joodse leven, de Grote Verzoendag, moet je onmiddellijk een hutje bouwen voor het daaropvolgende Loofhuttenfeest. Dat moet je letterlijk gaan timmeren.
Het jodendom heeft, zoals bekend, geen kloosters, geen monnikenordes, maar je zou het hele jodendom als een soort klooster aan huis kunnen beschouwen.
Een kloosterbestaan met een gezin en kinderen en een baan, gewoon midden in de wereld. Als je enigszins traditioneel joods zou leven, dan heb je heel veel religieuze verplichtingen, rituelen en taken.
Tegelijkertijd sta je midden in de wereld en zit je niet ergens in een grot in de bergen. Dat vind ik een optimale houding.'
---

De joodse ethiek is niet een willekeurig voorbeeld voor andere mensen. Het is de bron van de westerse ethiek.
Dat zooitje ongeregeld in de woestijn bedacht 1200 jaar voor het jaar nul een ethisch stelsel dat er in die vorm niet eerder was geweest en dat via het christendom en de islam over de hele wereld is verbreid.
Dat is denk ik een van de belangrijkste bijdragen van het jodendom aan de wereldontwikkeling geweest. De vraag is nu hoe het verder zal gaan op ethisch gebied als mensen steeds meer seculariseren. Voorlopig gaat het nog wel, maar als de herinnering aan onze ethische bronnen helemaal verdwijnt, vraag ik me af waar nieuwe inspiratie voor ethisch gedrag vandaan moet komen.'

De Groene Amsterdammer van 19 februari 1997
Xandra Schutte in gesprek met de schrijfster/wetenschapster
Andreas Burnier/ Catharina Dessaur

Schrijver: Andreas Burnier
Inzender: JM, 22 september 2002


Geplaatst in de categorie: filosofie

3.2 met 15 stemmen 2.087



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)