Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Haar telefoontje

Catherina belde me toen ik net terug was in Nederland. Eigenlijk was het mijn eerste volledige Nederlandse dag terug in routine. We hadden veel ruzie gemaakt de laatste dagen dat ik in Griekenland was. Bij wijze van afkoelingsperiode was ik naar huis gegaan, hoewel mijn terugkeer al veel eerder gepland was. Ik was inmiddels twee jaar, praktisch onafgebroken, in Griekenland geweest. Het was tijd voor een terugkeer naar de Nederlandse netheid. Twee jaar lang kookte ik dagelijks voor haar, zodat het eten klaar stond wanneer ze thuis kwam van haar laatste colleges. Ze doceerde iets dat met programmeren te maken had. C++ of zo. Ik had er weinig verstand van. Het boeide me ook niet zo veel. Ik knikte altijd lief als ze vertelde wat ze die dag aan haar studenten had voorgelegd en sommige termen leerde ik herkennen. Zo kon ik naar eerdere lessen refereren zonder te weten waar het eigenlijk allemaal precies om ging.

Ik kookte veel pasta. Niet eens omdat het gemakkelijk is, want zo een slechte kok ben ik niet. Ik waardeer pastagerechten gewoon heel erg. Zo kan ik op duizenden verschillende manieren een pan spaghetti op tafel zetten. Zo lang ik maar wat varieer met pesto, verse basilicum, knoflook, rode wijn, oregano en geraspte kaas. Er zijn nog veel meer ingrediënten te bedenken. Kastanjechampignons zijn lekker ter afwisseling. Ook spinazie in combinatie met gruyère kan tot een overheerlijke pasta leiden. Ik had altijd een tevreden eter. Na het eten verzekerde ze me regelmatig dat ik mezelf weer eens overtroffen had. Soms wist ik dat ze het echt meende.

Maar de dag dat ze me belde was een dag als alle dagen. Ik had die ochtend mijn huis verlaten rond acht uur, zodat ik mooi op tijd op de faculteit zou zijn. Daar aangekomen had ik nog net tijd genoeg gehad om de krant te lezen. De dollar stond op zeventig eurocent. Gunstig omdat ik vaak dingen uit de VS over laat vliegen. Rond half tien zat ik in het kantoor van de faculteitsdirecteur voor mijn sollicitatiegesprek. In de praktijk zou het een gezellig gesprek zijn. Ik wist tevoren al dat ik toch weer aangenomen zou worden. Niettemin was ik, om het te vieren, tussen de middag een kop koffie gaan drinken bij Het dorstige kalf, ooit mijn stamcafé. Om vier uur was ik al weer thuis. Tijdelijk was ik ingetrokken in zo’n volledig ingerichte penthouse, waar ik mijn draai amper kon vinden. Het was ook een behoorlijk leeg appartement. De stapels papier en eigen fotolijstjes waren nog niet uitgepakt. Maagdelijk, als ware het beschermd door een vlies wachtend op mijn komst, lag het voor mijn voeten. En mijn voeten wilden niet. Mijn voeten misten Griekse bodem. Mijn ogen misten totale chaos.

Ik maakte een magnetronmaaltijd klaar die ik eerder die dag snel gehaald had. Het was een treurige dag om mee te beginnen. Ik weet zeker, het moet hebben geregend. En toen ging de telefoon.

In eerste instantie het mooiste geluid dat ik ooit gehoord had. Achteraf het begin van een slopende periode. Ze wilde niet meer. Ze was tot het besef gekomen dat ze onze relatie wilde beëindigen. Eigenlijk kwam het niet eens zozeer als een schok. Het hing al tijden in de lucht. Maar toen ik het haar zo hoorde zeggen, brak er iets van binnen.

Toen ik de telefoon in slowmotion had neergelegd, wist ik zeker wat ik moest doen. Daarna zou ik nog zo vaak twijfelen. Aan mezelf, aan mijn acties, aan alles waaraan ik twijfelen kon. Nu wist ik zeker dat ik weg moest hier. Die beklemmende kilte van deze Jan des Bouvrie inrichting zou me anders vangen. Als ik hier nu niet wegging zou ik morgen niet meer wakker worden.

Die avond pakte ik nog de trein. Ik had geen idee waarheen ik ging. Uiteindelijk stapte ik uit op station Berlin Zoölogischer Garten. Met net iets meer geld dan alleen voor de terugreis liep ik wat winkeltjes in en uit. Ineens stond ik voor de Gedächtniskirche. De symboliek was treffend, maar ook beangstigend. Mijn gestel was binnen enkele uren in verval geraakt, gelijk deze kerk. Ik heb er niet lang gestaan. Zo snel ik kon pakte ik de trein terug naar Nederland. Ik was mezelf tegengekomen. Ik had mijn spiegelbeeld gezien. Jaren was ik op zoek geweest naar innerlijke rust, waarvan ik zeker wist dat die in de ontdekking van ware liefde lag, en juist nu ik dacht dat ik die gevonden had bij Catherina, bleek ook dit een lege dop. Van alle plekken op de wereld moest ik tot dat inzicht komen in Duitsland. Dat zou ik mijn vader nooit kunnen vertellen.

Schrijver: Roel van Rijswijk, 2 oktober 2005


Geplaatst in de categorie: ex-liefde

4.3 met 15 stemmen 879



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)