Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

De kunstschilder.

In mijn vorig leven omstreeks 1883 hebben mijn ouders mij uit het huis geschopt, omdat ik in hun ogen een doortrapte zakkenroller was, maar als ik veel buit had en heerlijke gerechten had gekocht, aten ze wel mee en sloeg mijn vader op mijn schouder, dat ik een toffe jongen was. Ze waren vooral gek op orgaanvlees, zoals milt, pens, hart en longen en mijn moeder, die van Franse afkomst was kon het verrukkelijk klaarmaken. Maar zoals gezegd ben ik vertrokken en had een rugzak vol brood en flessen water bij me. Wij woonden in Brabant en ik wist waar de postkoets naar Parijs vertrok en ik trof het want de koetsier, genaamd Diederik, kende ik van het tuchthuis waarin ik met hem een jaar lang heeft vertoefd.

Hij zei:
''Stap in Kees, je kunt naast mij zitten, gelukkig is het lekker weer.''
Hij mende met een lange zweep de twee witte schimmels en we gingen op reis. Heerlijk zat ik op de bok te genieten van de reis door de bossen. In België stopte de koetsier bij een herberg, genaamd koek en Jopie en deden ons te goed aan een eenvoudige maaltijd met veel bier. Het deed mij een plezier dat de welgevormde dochter van de herbergier steeds naar mij lonkte en knipoogjes gaf, maar helaas we moesten weer vertrekken. Ze zwaaide nog een hele tijd naar me.

''Waarom ga je naar Parijs, Kees?
''Mijn ouders hebben mij het huis uitgeschopt en de politie zoekt mij wegens zakkenrollerij en ik voel er niet veel voor weer opgesloten te worden in een tuchthuis. Misschien kan ik een baan vinden in Parijs en zo niet dan ga ik verder Frankrijk in. Mijn hobby is schilderen van landschappen en ik had in de krant gelezen, dat in de buurt van Fontaine een beroemde schilder woonde. De naam weet ik niet precies, maar ik dacht dat het Alfred en nog wat was, dat kom ik wel te weet. Zijn vader was een rijke zakenman en zijn zoon Alfred moest van hem een tijdje naar Londen om de Engelse taal goed onder de knie te krijgen. Gelukkig maar, want Frans versta ik niet en met Engels kan ik mij goed redden.

In Parijs werd de post afgegeven in andere postkoetsen om verder vervoerd te worden en Diederik moest weer terugkeren en de nacht doorbrengen in een herberg. Ik bedankte hem vriendelijk en ging een slaapplaats zoeken bij de zwervers langs de Seine. Wonder boven wonder ontmoette ik daar Antonio, een Italiaanse zwerver, die in Nederland zijn geluk zocht, maar niet vond. Toch zag hij er niet uit als en echte zwerver, want hij droeg een mooi zwart kostuum en een hoed, zoals Italiaanse mannen er gewoonlijk uitzien. Buiten was het nog bloedheet en ik mocht naast hem slapen. Tegen de ochtend was het toch koud geworden en gooide hij een deken over mij heen. Laat ik nou voelen, dat hij dicht tegen mij aan kroop, hij zou toch geen rare dingen gaan doen, dacht ik.

Gelukkig gebeurde dat niet, maar hij had mij wel nat geplast, want toen ik wakker werd zag ik zijn leuter uit zijn gulp hangen. Mijn hele broek was nat en ik vloekte als een bezetene. Hij sliep nog en zonder afscheid te nemen ben ik weggelopen en heb een broek van een andere zwerver meegenomen, zodat ik weer met een droge broek verder kon lopen. Even buiten Parijs kon ik met een boer mee rijden naar Fontaine, ongeveer 65 kilometer verderop. Een aardige man, hij gaf mij brood en melk.

Toen ik daar wandelde in het bos van Fontaine hoorde ik schoten en zag, dat jagers op wilde zwijnen en herten vuurden, vond ik wel zielig voor die beesten. Opeens zag ik bij een dikke boom een man zitten, die op een doek een schilderij bijna af had, het beeldde uit een weg langs een bosrand, prachtig met veel kleuren. Het leek op een koude herfstdag met aan het einde van de weg een wit huisje en een blauwe hemel met een paar witte wolken tussen de hoge bomen. Ik zag het meteen, het was een vrije impressionistische stijl, waarbij de kleuren en penseelstreken een schilderij liet zien van levendigheid en vrolijkheid, het maakte mij ook vrolijk.

De man was zeker gewend, dat voorbijgangers bleven kijken en toen wist ik het weer, het was Alfred Sisley, die in 1899 is overleden aan keelkanker. Een schilder, die niet op de voorgrond trad, maar veel schilderijen heeft gemaakt, vooral van het platteland, waar hij zoveel van hield.

Schrijver: kees niesse, 27 oktober 2011


Geplaatst in de categorie: afscheid

1.0 met 2 stemmen 186



Er zijn 2 reacties op deze inzending:

Naam:
Han Messie
Datum:
27 oktober 2011
Email:
hmessielive.nl
Droombeelden of herinneringen uit een werkelijk vorig leven? In ieder geval is jouw verhaal vol spannende ontdekkingslust en moed om ondanks alle tegenslag het hoofd omhoog te houden en verder te gaan.
Je hebt nu een keurig huwelijksleven, maar de streken uit jouw jeugd staan je kennelijk nog scherp genoeg voor de geest om een onuitputtelijke bron van verhalen te hebben.
Naam:
Joanan Rutgers
Datum:
27 oktober 2011
Heel gedurfd en vrijgeestig om aan te sluiten bij mijn voorliefde voor de impressionisten, je melige fantasie verbloemt diepere betrokkenheden, je zelfspot is je grote kracht, maar waarom durf je jezelf niet serieuzer te nemen?
Je bent in feite echt niet veel van F.W. Hermans verwijderd, waar die verstikte in zijn zelfrespect!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)