De zachte krachten zullen zeker winnen
Zachte krachten zullen zeker winnen, schreef Henriëtte Roland-Holst in 1918. Ze was een socialiste of misschien zelfs een communiste in hart en nieren. Ze moet over een gedreven persoonlijkheid hebben beschikt die in een mannenwereld overeind bleef, maar ook bleef zoeken. Soms was ze lid van de sociaaldemocratische SDAP, dan weer van de communistische CPH of de CPN. Ze vormde een partij binnen de SDAP en werd eruit geknikkerd, maar haar vertaling van De Internationale bleef het lijflied van diezelfde SDAP.
Deze vrouw schreef in 1918 dat de zachte krachten zeker zullen winnen. De Eerste Wereldoorlog liep ten einde of was net afgelopen toen ze het schreef. Het socialisme had in 1914 de slag om de arbeider verloren. De oorlog was een strijd die vooral werd gevochten door arbeiders in de loopgraven in Frankrijk en België. Ze hadden voor hun staat in plaats van voor hun klasse gekozen.
Maar Henriëtte Roland-Holst bleef hopen. Die hoop was gestoeld op de Russische revolutie en in 1918 op de mislukte revolutie in Nederland. Ze bleef blijkbaar geloven in de zachte krachten.
En terecht, zo zou ik haar willen zeggen. Het zijn niet de harde krachten, de kanonnen, de grote mannen als de Keizer van Duitsland, de Tsaar van Rusland of Lenin en niet grote mannen als Hitler of Mussolini van wie korte tijd leek dat ze de sleutel naar de macht hadden gevonden. Het was Eleanor Roosevelt die na de Tweede Wereldoorlog uiteindelijk de grootste overwinning in de wacht sleepte: de verklaring van de rechten van de mens. Een krachtig pleidooi voor menselijkheid. Een zachte kracht die vandaag de dag en niet voor het eerst door de Verenigde Staten met voeten wordt getreden, maar die datzelfde land lange tijd tot grootste en machtigste natie ter wereld maakte. Het land was natuurlijk groot dankzij de eigen industrie, maar ook dankzij bondgenoten in de hele wereld.
Die kracht wordt nu door de harde hand van Trump en de zijnen uitgehold. Hij valt Mexico, Canada en Europa aan, de beste bondgenoten die de Verenigde Staten ooit had. Hij kiest voor totaal onbetrouwbare bondgenoten als Netanyahu en Poetin, omdat hij meent dat machtige mannen de wereld wel kunnen verdelen en hij, met het leger van de Verenigde Staten eigenaar van de beste kaarten, hij zal uit de deals het grootste deel krijgen.
De zachte krachten van Europa en Oekraïne doen er wat hem betreft niet toe. Maar dan rekent hij buiten Henriëtte Roland-Holst, de communiste, de feministe, de vrouw van het gedicht. Hij rekent buiten de waarheid die zij beschreef: het zijn zeker de zachte krachten die zullen winnen. Henriëtte voegde daar in de tweede strofe van haar gedicht aan toe: ‘in ’t eind’.
We zullen geduld moeten hebben. Het kost soms jaren dat de harde krachten in hun overmoed zichzelf uitputten. Het kost soms vele doden, zoals Henriëtte zag in de Eerste Wereldoorlog en Eleanor Roosevelt zag in de Tweede Wereldoorlog. Maar in ’t eind, het is zeker, winnen de zachte krachten.
Geplaatst in de categorie: actualiteit