Feestje
Als ik op een feestje ben heb ik altijd voldoende gespreksstof. Laatst heb ik weer heerlijk staan kletsen over de toestand in de wereld. Prima naar mijn zin gehad.
In een zelfkritische bui vroeg ik me echter de volgende morgen in bed toen af wat ik nou eigenlijk had gezegd. De gesprekken nog eens de revue laten passerend merkte ik dat ik inmiddels best veel stokpaardjes heb. Bijvoorbeeld dat je in de Palestijnse kwestie niet per se een kant hoeft te kiezen. Dat we geneigd zijn om dat wel te doen en dat juist daardoor een oplossing uitblijft.
Of, als het gaat over de aanstaande verkiezingen, dat de drie grootste problemen die we op dit moment hebben, namelijk milieu, migratie en defensie alleen internationaal opgelost kunnen worden en dat ik daarom op een partij ga stemmen die zeer Europees denkt.
Ik begon een beetje een hekel aan mezelf te krijgen en ik wist niet zo goed waarom. Niet omdat er met die meningen iets mis zou zijn. Was het dan misschien omdat ik die gedachten steeds herhaal? Dat doe ik inderdaad, maar wel steeds op een ander feestje. Zo weet ik irritatie wel te voorkomen, geloof ik.
Ik draaide me nog een keer om en bedacht dat eigenlijk het enige dat me dwars zat aan die gesprekken was dat ze werkelijk niets hebben opgebracht. Ik heb niks nieuws gehoord van die anderen. Ze mogen eigenlijk blij zijn dat ik het gesprek op gang hield. Ik heb werkelijk geen witje laten vallen. Zonder mij was het waarschijnlijk maar een saai feest geweest. Maar hoe komt het dat mijn gesprekspartners niet veel te melden hadden?
Ik realiseerde me toen dat ik in plaats van meteen een beschikbaar stokpaardje uit mijn achterzak te halen eerst een ander zijn of haar mening kan laten geven. Ik weet ook best een heel goed trucje om een ander iets te ontfutselen. Je moet het lef hebben om een hele lange stilte te laten vallen. En als dat niet werkt dan zeg je bijvoorbeeld: ‘Ik weet nou echt niet op wie ik moet gaan stemmen op 29 oktober. Help me eens.”
En dan komt het allerbelangrijkste, dan moet je ook nog luisteren.
Voor dat laatste is het dan handig om niet terwijl je luistert al weer te bedenken wat je zo meteen gaat zeggen.
Luisteren is moeilijker dan spreken.
Zie ook: https://www.peterdeliefde.com
Schrijver: Peter de Liefde, 8 oktober 2025