Inloggen
voeg je verhaal toe

Verhalen

Causaliteit en de theorie van de handelende persoon

U zit op een avond thuis op uw comfortabele bank naar een tv-programma te kijken. Direct na afloop komt er reclame voor knabbelnootjes op het scherm. Ach ja, denkt u bij uzelf, een handje nootjes, dat is nou precies waar ik trek in heb. Maar ja, toen u vanmorgen voor de spiegel stond, had u zich nog ernstig voorgenomen om vandaag nog te beginnen met afslanken.
Wat doet u?
Nee, u neemt geen knabbelnootjes, want u beschikt over veel zelfdiscipline en uw gezondheid ligt u na aan het hart. Of: Ja, u neemt ze toch, want u bent van aard een Bourgondiër en ach, wat maakt het nou uit of u vandaag of morgen met afslanken begint?
Vraag: hoe kwam het dat u besliste zoáls u besliste? Oftewel: koos u uit vrije wil voor het wel of niet nuttigen van een handje knabbelnootjes?

Wie strikte causaliteit (en daarmee de theorie van het determinisme) verwerpt, zit wel met het probleem dat hij/zij in een wereld moet geloven (en nog wel zijn eigen wereld!) waarin soms gebeurtenissen plaatsvinden die geen enkele oorzaak hebben. Zo'n wereld van fantomen (verschijnselen die zo maar uit het niets verschijnen) is noch voor het gevoel, noch voor het verstand gemakkelijk aanvaardbaar.
Maar wie uitgaat van de stelling dat er in de wereld niets kan zijn en niets kan gebeuren wat niet strikt bepaald is door voorafgaande oorzaken, heeft ook iets uit te leggen. Het betekent immers dat ook ons denken, onze besluitvorming en ons daaruit voortkomende handelen uitsluitend gevolgen zijn van en dus bepaald zijn door voorafgaande (complexen van) oorzaken. Dat is evenmin gemakkelijk aanvaardbaar voor ons gevoel en verstand. Dat we niet de autonome bestuurders zouden zijn van onze eigen hersenprocessen en dus van ons eigen denken en doen, maar dat ook ons denken en doen uitsluitend gevolgen zijn van in- en uitwendige oorzaken is immers volledig in strijd met ons zelfbeeld en onze eigen existentiële beleving.

Akkoord, hebben sommigen gezegd, aangezien onze hersenen tot het fysieke domein behoren waarvoor natuurlijke wetmatigheden gelden, accepteren we dat onze hersenprocessen en daarmee onze wil veroorzaakt worden, maar we gaan ervan uit dat de mens soms zelf de eerste oorzaak is van zijn eigen hersenprocessen en daarmee van zijn eigen wil en zijn eigen gedrag.
Deze zogeheten "theorie van de handelende persoon" is best aantrekkelijk, want ze sluit mooi aan bij het zelfbeeld van de mens als van een zelfstandig en in vrijheid denkend en handelend wezen.
Maar meer positiefs valt er moeilijk over te zeggen, want de logica ervan is ver te zoeken.
De mens zelf eerste oorzaak van zijn eigen hersenprocessen? Wat moeten we ons voorstellen bij "de mens zelf", die als het ware van buiten af (immers buiten zijn hersenen om) zijn eigen hersenprocessen bepaalt?
En hoe zouden we aannemelijk kunnen maken dat (zoals de theorie veronderstelt) binnen een aanvaarde causale samenhang van al het zijnde - waarin dus ook de mens begrepen is - een daarvan onafhankelijk, niét-causaal, dus autonoom gebeuren plaats kan vinden? Wie eenmaal geaccepteerd heeft dat een mens door een onvoorstelbaar ingewikkeld complex van in- en uitwendige oorzaken lichamelijk en geestelijk geworden is zoals hij is en dat die hoedanigheid mede bepalend is voor zijn gedrag, kan dat gedrag vervolgens toch niet in redelijkheid loskoppelen van de oorzakelijkheid en dus van de persoonlijkheidsstructuur van die mens. Als wij zelf ons eigen gedrag bepalen (er dus de oorzaak of mede-oorzaak van zijn), terwijl de hoedanigheid van dat "zelf" (onze persoonlijkheidsstructuur) bepaald is door voorafgaande oorzaken, dan valt toch moeilijk te ontkennen dat ons gedrag een gevolg is van die voorafgaande oorzaken, dus erdoor veroorzaakt is?

Daar komt nog bij dat "oorzaak" betekent: een voorafgaande voldoende voorwaarde zijn (d.w.z.: indien a dan ook b). Wie ondanks de tegenargumenten zou willen volhouden dat een mens de eerste oorzaak kan zijn van zijn eigen handelen, zegt daarmee dus eigenlijk dat die mens een voorafgaande voldoende voorwaarde kan zijn voor zijn handelen. Strikt genomen betekent dat evenwel, dat zijn bestaan op zichzelf dan nóópt tot dat handelen. Maar wie tot een handeling wordt genoopt, is niet vrij. De theorie van de handelende persoon zegt dus eigenlijk het tegenovergestelde van wat zij zeggen wilde.

Aan wie vreest, hier volledig vast te lopen in een conflict tussen verstand en gevoel, tussen redenering en beleving, wordt een handreiking gedaan door Raymond M. Smullyan. Deze benadert in zijn essay "Is God een Taoïst" het probleem van de wilsonvrijheid op een heel andere manier. De veronderstelling, zegt hij, dat determinisme en vrije wil elkaar uitsluiten, suggereert een schijntegenstelling. Iemands wil kán namelijk niet in strijd zijn met de wetten van de natuur, aangezien ze er deel van uitmaakt, er één mee is.
Hij haalt de uitspraak van Goethe aan: "juist als we ons tegen de natuur proberen te verzetten, handelen we in overeenstemming met de wetten van de natuur". De zo geheten "wetten van de natuur" geven geen voorschriften, maar beschrijven (onder meer) de manier waarop wezens handelen. Volgens de leer van de vrije wil bepaalt de mens zelf zijn daden en volgens de leer van het determinisme worden zijn daden bepaald door iets wat ogenschijnlijk buiten hem ligt. De verwarring wordt grotendeels veroorzaakt doordat we de werkelijkheid splitsen in een "ik" en een "niet-ik". Maar, vraagt Smullyan, waar houdt dan het universum op en begin "ik"? Of waar houd "ik" op en begint het universum? Als je dat zo genaamde "ik" en die zo genaamde "natuur" als één geheel ziet, vervalt de vraag: beheers ik de natuur of beheerst de natuur mij?

Een elegante redenering is dit wel, maar of ze het dilemma oplost...?
Als mijn "ik" één geheel vormt met "de natuur", maar causaliteit intrinsiek deel uitmaakt van die natuur, hoe vrij is dan de natuur, dus hoe vrij ben ík?

Schrijver: N. Wamelink, 2 april 2005


Geplaatst in de categorie: filosofie

3.5 met 12 stemmen 1.460



Er zijn 6 reacties op deze inzending:

Naam:
N. Wamelink
Datum:
11 april 2005
Email:
Daar kan ik een heel eind in meegaan, hoewel ik bezwaar heb tegen het woord "objectieve". Ik ben van mening dat een mens niet in staat is zich objectieve kennis van de wereld te verwerven. Geluidsgolven en lichttrillingen bijvoorbeeld worden via onze zintuigen doorgegeven aan onze hersenen en daar "vertaald" in geluiden en beelden. Ons wereldbeeld vindt zijn begrenzing in de beperktheid van onze zintuiglijke organisatie. Zouden wij over een andere zintuiglijke organisatie beschikken – bijvoorbeeld die van een vleermuis – dan zouden we een ander wereldbeeld hebben. De "objectieve" wereld verschilt ongetwijfeld van ons subjectieve wereldbeeld. Sterker nog: geen twee mensen hebben (verschillend als ze zijn) een congruent wereldbeeld.

Ik ben het eens met de stelling dat een mens handelt in overeenstemming met zijn eigen innerlijke natuur (die hij niet heeft kunnen kiezen) en omdat dit een handelen is in causaal verband, is het m.i. strikt genomen niet "vrij".
Naam:
Willem Houtgraaf
Datum:
9 april 2005
Email:
whoutgraafhotmail.com
Ik stel me vrije wil niet voor als een vermogen om [onoorzakelijk] handelingen te kunnen initiëren, maar als een objectieve kennis van de wereld, waarop de handelingen gebaseerd worden. In dat geval denkt en handelt iemand in overeenstemming met zijn eigen innerlijke natuur, losstaande van allerlei invloeden zoals toeval, niet-eigen verlangens en vreemde kennis. Strikt genomen is dit nog steeds causaal.
Naam:
N. Wamelink
Datum:
5 april 2005
Email:
heer Ridzerd

Potverdikkeme, heer Ridzerd, u hebt nog gelijk ook. Zelf moest ik er bij het schrijven de kop ook goed bij houden. Maar dat uw intelligentie tekort zou schieten, wil er bij mij niet in. Het is niet moeilijker te begrijpen dan dat een plus een twee is. Hoewel ik tegelijkertijd moet toegeven dat ook dat sommetje een moeilijke kant heeft, want de uitkomst is ook wel eens drie en soms anderhalf. Effe doorzetten!

Willem Houtgraaf

Volgens mij word je niet geboren met een vrije wil en kun je hem ook niet verwerven. Een "vrije wil" verdraagt zich eenvoudig niet met strikte causaliteit, aangezien deze dan niet op hersenprocessen van toepassing zou zijn. Hoe dat mogelijk zou zijn, heeft niemand mij nog kunnen uitleggen. Dat we een ingeboren "gevoel" hebben over een vije wil te beschikken, is wat anders. Maar die subjectieve ervaring hoeft niet in overeenstemming te zijn met de objectieve werkelijkheid.

jmz

Ik bedoelde inderdaad een (vrijwel onvoorstelbare) nachtmerrieachtige wereld, waarin gebeurtenissen zouden plaatsvinden zonder oorzaak en zonder gevolg.
Naam:
jmz
Datum:
3 april 2005
Email:
Heel boeiend. Ik greep de Van Dale voor "fantomen". Ik begrijp denk ik wel wat u er hiermee bedoelt, maar Van Dale geeft 2 betekenissen waarvan alleen de eerste in de richting van uw betekenisgeving lijkt te gaan: "schrikwekkend droombeeld - spook, schim, geestverschijning". De 2e is med. "oefenmodel v/h menselijk lichaam of deel ervan". Is uw betekenis ontleend aan een discipline of denkrichting?
Naam:
Willem Houtgraaf
Datum:
2 april 2005
Email:
Whoutgraafhotmail.com
Volgens mij moet je vrijheid van wil en handelen verwerven. Je wordt er niet mee geboren.
En ja, alle gradaties van vrijheid zijn in overeenstemming met de wetten van de natuur.
Naam:
Ridzerd
Datum:
2 april 2005
Email:
rmvdhome.nl
Potverdorie, heer Wamelink, hier moet men de kop wel goed bij hebben.
Mijn intelligentie schiet weer te kort.

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)