Inloggen
voeg je dagcolumn toe

Dagcolumn

De tijd van de wolven

Toen de Russen, Amerikanen, Engelsen en Fransen met hun tanks Duitsland binnen reden, werd het land bezet. En bevrijd. Er was geen verschil. Dat het bezet werd, zag je aan het felle verzet dat werd geboden tot aan de laatste man of tot de laatste kogel, wat ook maar als eerste opraakte. Dat het bevrijd werd, zag je aan het vrijwel totaal ontbreken van verzet nadat de Duitsers hun wapens hadden neergelegd.

Ik las het boek Wolfszeit - de tijd van de wolven - van Harald Jähner dat over de tijd na de bezetting en bevrijding gaat. Dat deed ik, omdat ik nieuwsgierig was hoe Duitsland van totale chaos uitgroeide tot een Wirtschafstwonder en de basis legde voor de grootste Europese economie en dus ook voor de Europese macht in de wereld. Hoe kon dat en ook, hoe kon dat zo snel? Ik las het ook, omdat ik een optimistisch boek zocht. Een boek dat uitlegde hoe een heel land van totaal niets en van een totale dictatuur binnen een generatie uitgroeide tot een land dat niet misstond tussen de andere landen van het Rijke Westen of het iets minder Rijke Oosten van Europa. Want we mogen niet vergeten dat de prestatie aan beide kanten van het ijzeren gordijn werd geleverd. De Bondsrepubliek werd een voorbeeldige sociaaldemocratische kapitalistische staat, terwijl de DDR een voorbeeldige communistische staat werd. Beiden met alle plussen en minnen van beide systemen.

Als dat kon, dacht ik, dan kunnen we ook de coronacrisis overwinnen en de klimaatcrisis met zelfvertrouwen tegemoet treden.

Maar terwijl ik het boek las, zag ik naast verschillen ook onverwachte overeenkomsten tussen het Duitsland van 1945-46 en het Nederlandse coronaland. Duitsers gingen zo snel mogelijk na de bevrijding met de bezetters naar theater, concerten en kroegen. Terwijl veel mensen dakloos waren, probeerden ze toch het theater te openen om de ellende te vergeten. En ze gingen niet allemaal naar jazz, maar ook naar Bach en Mozart. Cultuur was weer belangrijk. Boeken werden snel weer gedrukt, kranten werden verspreid. Dát hadden de mensen aan beide zijden van het front gemist en toen de wapen zwegen konden ze naast elkaar genieten van de meest moderne kunst.

En opvallend: de kunst werd meteen weer politiek. De fascistische kunst werd natuurlijk verbannen als minderwaardig, maar de Russen hadden hun sociaal-realistische kunst en de CIA promootte abstracte kunst die, o ironie, door de eigen politici niet serieus werd genomen. Er was een heel programma opgezet met Duitsers die in Amerika de kunst leerden kennen en Duitse musea die leenden van Amerikaanse musea. Het werd zo’n succes, dat de Amerikaanse musea lege muren kregen.

Maar wat ook indruk op mij maakte was dat Duitsland ook een hongerwinter had. Niet in 1945, zoals Nederland, maar in 1946. In 1945 hadden ze nog alles kunnen roven om in ieder geval de eigen monden te voeden, maar in 1946 werden ze op rantsoen gezet. De geallieerden probeerden de Duitsers wel te voeden, maar er waren zoveel vluchtelingen en reizen ging zo traag, dat het ondoenlijk was om iedereen te voorzien van voldoende voedsel. Zelfs in 1947 lukt het nog niet. Er waren mensen onderweg van de kampen naar huis, Joden, maar ook mensen die te werk waren gesteld. Een deel van hen wenste zelfs niet terug te keren naar hun land dat nu communistisch was geworden. Naast deze groep was een groot aantal Duitse soldaten op weg naar waar zij hoopten dat hun huis nog stond en waar ze hoopten dat hun vrouw en kinderen woonde. Verder waren er Duitsers die uit de Tsjechische gebieden kwamen die Hitler het motief of de smoes had gegeven om Tsjecho-Slowakije binnen te vallen. Tenslotte was er nog het grote aantal Duitsers dat op Duits gebied woonde, dat door de Russen aan Polen was gegeven en waarvan de Polen vonden dat daar dus geen Duitsers meer mochten wonen.

De straf voor de oorlog was heel zwaar en trof Duitsers die Hitler actief hadden gesteund even hard als Duitsers die nooit iets hadden gedaan om Hitler tegen te houden en de Duitsers die zich tegen Hitler hadden verzet. Geschiedenis is nooit rechtvaardig. Van de 75 miljoen mensen in Duitsland waren 40 miljoen op weg naar huis – soms jarenlang. In sommige dorpen en steden werden meer vluchtelingen opgevangen dan er mensen woonden. De termen die tot 1945 door Duitsers voor Joden werden gebruikt, werden zonder omhaal nu ingezet om de lage rang van de vluchtelingen aan te duiden. Mensen degradeerden van Über- naar Untermensch. De grenzen van ons en zij werden nieuw getrokken.

Ook de grenzen van bezit werden nieuw getrokken. Er was sprake van Besitzdurcheindander – bezit vermenging. Veel mensen waren niet thuis en wat in dat huis aan eten of onderdak was, kon door iedereen worden gebruikt. De nood was hoog. En als je dan jaren later thuis kwam, kon het zomaar zo zijn, dat niemand je oude recht erkende en dat je verder op zoek moest naar een plek om te slapen.

Dit Duitsland is natuurlijk niet te vergelijken met ons luxe coronalandje. Hier klagen we over trauma's van de jeugd die zich niet goed kan ontwikkelen, maar daar kwamen mensen met trauma’s uit de oorlog, trauma’s van verkrachtingen tijdens de bevrijding, trauma’s van wachten op mensen die nooit meer terugkwamen of als ze wel terugkwamen zo vol met trauma’s zaten dat ze hun vrouw gingen slaan of aan de drank raakten. Als ze het niet al waren.

Dit Duitsland is ondanks alles het Duitsland van Merkel geworden. En als dat kan, nou, dan moeten wij toch verdorie die lock down toch ook wel aankunnen?

Schrijver: Jan R. Lønsing, 13 februari 2021


Geplaatst in de categorie: actualiteit

4.8 met 4 stemmen 114



Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)