Wat bij na-apen begint
Dan sta je voor een kleine groep mensen die niet weten wat er komt en dan ga je over je boek praten. Best spannend. En dan stel je ze drie vragen, waarmee je bewijst dat ze geen chimpansees zijn. De eerste doet er niet toe, maar de tweede en de derde zijn: wie kent meer dan de helft van de mensen in deze zaal? Niemand. En wie voelt zich veilig. Iedereen.
Chimpansees, kan ik dan vertellen, kunnen dat niet. In een groep zitten met zoveel vreemden. Mensen kunnen dat wel. Wrangham, ik noem hem niet in dit verhaal maar dat had gekund, zegt dat wij in tegenstelling tot chimpansees tam zijn.
Wat ik wel zeg is dat wij kunnen voor-mensen. Er zijn twee manieren om te leren. De ene is dat we kunnen na-apen en de tweede is dat wij kunnen voor-mensen. Na-apen is afkijken, leren door na te doen wat je ziet en voor-mensen is iemand anders iets leren door te laten zien en sterker nog, door te vertellen hoe het moet. Voordoen dus, doceren, les geven. Wij zijn, dat is mijn kernboodschap, geen homo-economici, maar wederkerigheidmensen.
Maar het mooiste van mijn hele optreden zijn de vragen. Vooral vragen waar je nog nooit over hebt nagedacht. Dat maakt dat je niet alleen les geeft, maar – wederkerig – ook leert van de vragensteller. Je moet nadenken over een antwoord en je leert dus van je leerling. Misschien is daar nog een extra woord voor nodig. Wederleren.
18 december 2024
Geplaatst in de categorie: algemeen