Inloggen
voeg je dagcolumn toe

Dagcolumn

Voor geluk is geen markt

----------------------------------------------------------------------------------------------------
De maandag-dagcolumn is een herhaling van de dagcolumn van 10 jaar geleden.
Interessant om te zien in hoeverre denkbeelden en zienswijzen van toen nu nog geldingskracht hebben.
Onderstaande column is op 12 juni 2010 geplaatst door Jos Zuiderwijk (1948 - 2014)

-----------------------------------------------------------------------------------------------------

Van politiek word je niet gelukkig en van boodschappers die ons dat wel beloven al helemaal niet. Hoe verschillend ook de bestaande democratieën, de veranderingen na regeringswisselingen blijven bescheiden.
Gekozen vertegenwoordigers blijken steeds bereid zich te voegen naar bestaande realiteiten. Kenmerkend zijn de kleine marges voor vernieuwing, verandering. Hervormen kan, maar steeds met kleine beetjes.
‘Piecemeal engineering’ heet dat bij de filosoof Popper:
'Fundamentele hervormingen’ in maatschappij en economie lopen op rampen uit. Destabiliseren al bij aankondiging doorgaans het geheel. Verantwoordelijke regeerders voorzien dat en houden zich in toom. Zij vrezen de chaos, waarin te vaak ook geweld regeert.

‘De maatschappij’ wordt gedragen en ingevuld door vele instanties. Dat heet ‘de vrije’ oftewel de niet-gepolitiseerde samenleving. Zij zijn de instituten en maatschappelijke machts(f)actoren die regeerders erkennen en waar ze mee rekening houden. Dat kunnen andere overheden zijn met eigen zeggingsgebied (zoals de Hoge Raad), overlegpartners, lobby’s of stilzwijgend in acht worden genomen.
Staatsrechtelijk: door de machtenspreiding – de trias politica. Maatschappelijk: multinationals, belangenorganisaties, werkgevers, kerk, vakbonden, wetenschap etc. Zij geven samen gestalte aan ‘de bestaande orde’, die los van ‘de politiek’ in beweging is. Anders gezegd: voor ‘niet aangestuurde’ verandering zorgen.

Je kunt wellicht zelfs zeggen dat in hoog ontwikkelde samenlevingen als de onze de eerste zorg voor regeringen is maatschappelijke processen vooral niet echt te storen. Daar worden immers welzijn en welvaart gemaakt.

De politiek biedt daarmee een bescheiden ingang voor de uitoefening van wat heet de volkssoevereiniteit. Dat is onze gezamenlijke heerschappij op een stuk grond. Hoe kunnen wij met wat daarmee rest aan onze zeggenschap politiek overleven?
De Oostenrijkse econoom Schumpeter heeft daarvoor in 1942 kernachtig en overtuigend een antwoord geformuleerd. Wij burgers streven in ons gewone leven steeds welzijn na en kiezen daartoe voortdurend en overal. Dat is geen eenheidsworst al sluiten vraag en aanbod meer of minder op elkaar aan. In diversiteit toch goeddeels gestructureerd in stabiele tijden.
In dat kader plaatste Schumpeter de politieke wilsvorming. Stemmen is een vorm van marktgedrag. Waarbij de vrijheid gegarandeerd wordt door concurrentie:

‘De democratische methode is die institutionele regeling om tot politieke besluitvorming te komen waarbij individuen de beslissingsmacht verkrijgen door middel van een concurrentiestrijd om de stemmen van de burgers.’*

Die aanbieders moeten voor een adequate marktwerking wel aan enkele eisen voldoen. Allereerst zelf overtuigd aanhanger zijn van de methode. Daarnaast strijdpunten aan kiezers offreren die tegemoet komen aan de vraag. Schumpeter gaat daarbij uit van consumentensoevereiniteit als invulling. Hoe vreemd en irrationeel ook, de aanbodzijde dient in wat leeft en boven komt drijven te voorzien. De kandidaten dienen daarom over een windhaanachtige lenigheid te beschikken.

Tegelijkertijd valt of staat de democratie met het vermogen van de politici om er gezamenlijk verantwoordelijkheidsbesef op na te houden. Inhoudende de wil en kunde om ‘de realiteit’ zoals boven aangeduid te respecteren en daartoe ‘irrationele uitspraken’ van het kiezersvolk om te buigen te nuanceren en in reikwijdte te miniseren. Het volk beschikt immers niet over dezelfde kennis en inzichten voor verantwoorde uitvoering. Tevens zijn er maar eens in de zoveel jaren verkiezingen, en moet de democraat vertrouwen op enerzijds de apathie van grote aantallen kiezers en anderzijds op gezagsuitstraling en overtuigingskracht.

De groep van verantwoordelijke regeerders in parlement en regering heet bij Schumpeter de 'political class’. Een elite die, hoe divers ook qua politieke samenstelling, indringers, die na de verkiezingen niet willen dimmen, buiten de feitelijke machtsuitoefening moet sluiten. De PvdA deed dat tijdens de Koude Oorlog met de CPN: te revolutionair om te regeren, de boel zou op drift raken, het kapitaal vluchten. Tegelijkertijd gingen de PvdA-leiders steeds het land in om verantwoording af te leggen. De dictatuur van het proletariaat bleef lang lokken.

Nu moet de VVD aan de bak. Kan en wil Wilders zijn programma zodanig inslikken dat het land rustig blijft en het buitenland kans krijgt vertrouwen te herstellen? En hoe staat het met Geerts collega’s?
Moeilijke opgave voor de historicus Mark Rutte, uiteraard welbekend met Schumpeter. Al lijkt hij aan Schumpeters eisen te voldoen, we moeten afwachten.


* 'Capitalism Socialism and Democracy' 1942, vertaling H. Daudt ‘Echte politicologie’ blz 378.


Zie ook: http://books.google.nl/bo...247&lpg=PA247&dq=schumpeter+de

Schrijver: Jos Zuijderwijk, 1 juni 2020


Geplaatst in de categorie: wetenschap

4.1 met 8 stemmen 661



Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
J.de Groot
Datum:
2 juni 2020
Interessant om terug te lezen.
Jos Zuijderwijk - (RIP 2014)

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)