Noensolliciteren
Gisteren zat ik in de stoptrein tussen Hengelo en Enschede en hoorde een gesprek tussen twee vrienden. Twee studenten die dezelfde opleiding deden. Helaas kan ik u niet vertellen welke opleiding, maar wel dat de ene zijn stage al had afgerond en de ander geen stageplaats kon vinden. ‘Ik heb al heel wat keer geprobeerd, maar het lukt steeds niet’.
‘Dat had ik ook,’ bekende de ander, ‘maar toen heb ik een keer genoensolliciteerd. Ik werd meteen uitgenodigd. Meteen raak.’
Je kon het niet aan ze horen, ze spraken niet alleen goed Nederlands, maar ook accentloos. Ze hadden zelfs niet het Twentse accent. Je kon het niet aan ze horen, maar wel aan ze zien. Het waren studenten met een allochtone achtergrond. Marokkaans? Ik vermoed het, maar het kan niet zo goed Turks geweest zijn of iets daartussenin. In Twente zat nogal wat textielindustrie. Twee jongens die aan de weg probeerden te timmeren en die op weg waren naar een mooie carrière als ze maar de kans krijgen. Een kans van ons. En om die kans te krijgen solliciteren ze noen. Niet onder eigen naam. Ik vroeg hoe vaak hij onder zijn eigen naam had gesolliciteerd en hoe vaak onder de Nederlandse naam.
‘Twintig keer onder mijn eigen naam en één keer onder een Nederlandse naam. Ik moest het wel meteen uitleggen, toen ik op het gesprek kwam, maar ze begrepen het. Ik kreeg de stageplaats.’
Geplaatst in de categorie: maatschappij